Cover
ابدأ الآن مجانًا DAG Organisaties begrijpen soorten organisaties en mandaat.pptx
Summary
# Wat is een organisatie
Dit gedeelte definieert het concept van een organisatie als een samenwerkingsverband van mensen en middelen dat gericht is op het bereiken van overeengekomen doelen.
### 1.1 Definitie en kernelementen van een organisatie
Een organisatie kan gedefinieerd worden als een groep mensen en middelen die in een onderlinge samenwerking activiteiten ontplooien, zoals het produceren van goederen of het leveren van diensten, ter bereiking van overeengekomen doelen. Het is dus essentieel om te begrijpen dat een organisatie een doelgericht samenwerkingsverband is. De belangrijkste elementen die hierbij komen kijken zijn:
* **Mensen:** De individuen die deel uitmaken van de organisatie en hun inspanningen bundelen.
* **Middelen:** De faciliteiten, materialen, kennis en andere bronnen die ter beschikking staan.
* **Samenwerking:** Het gecoördineerd en gezamenlijk werken van mensen en middelen.
* **Activiteiten:** De concrete taken en processen die worden uitgevoerd.
* **Overeengekomen doelen:** De specifieke resultaten die de organisatie tracht te realiseren en waarover consensus bestaat binnen de organisatie.
> **Tip:** Deze definitie is cruciaal en kan een belangrijk onderdeel vormen van een examen, dus zorg ervoor dat je deze goed onthoudt.
### 1.2 Ontstaan van organisaties
Organisaties ontstaan vanuit een ervaren nood in de samenleving. Het doel van een organisatie is om een antwoord te bieden op deze geïdentificeerde noden. Dit principe is bijzonder relevant binnen de zorg- en welzijnssector, waar organisaties vaak specifiek worden opgericht om tegemoet te komen aan kwetsbaarheden of behoeften van bepaalde bevolkingsgroepen.
### 1.3 Soorten organisaties
Organisaties kunnen op verschillende manieren gecategoriseerd worden, afhankelijk van hun doelstellingen, structuur en financiering. Belangrijke onderscheidingen zijn:
#### 1.3.1 Profit- en non-profitsector
* **Profitsector:** Organi
---
# Soorten organisaties in zorg en welzijn
Dit deel van de studie behandelt de diverse typen organisaties die actief zijn binnen de zorg- en welzijnssector, met aandacht voor hun oorsprong, verschillende indelingen en de rol van de sociale economie.
### 2.1 Wat is een organisatie?
Een organisatie wordt gedefinieerd als een samenwerkingsverband tussen mensen en middelen, die gezamenlijk activiteiten ontplooien om overeengekomen doelen te bereiken. Essentieel is dat het een doelgericht samenwerkingsverband betreft.
### 2.2 Soorten organisaties in zorg en welzijn
Organisaties ontstaan vanuit een ervaren nood in de samenleving. Ze bieden een antwoord op deze noden, wat leidt tot een breed scala aan zorg- en welzijnsorganisaties die zich richten op uiteenlopende sectoren, thema's en doelgroepen. De overheid erkent deze noden en reguleert deze via decreten, zoals het decreet lokaal sociaal beleid of het woonzorgdecreet.
#### 2.2.1 Indelingen van organisaties
Organisaties kunnen op verschillende manieren worden ingedeeld. De belangrijkste indelingen zijn:
1. **Profit en non-profit organisaties:**
* **Profitsector:** Ondernemingen waarvan het hoofddoel het maken van winst is.
* **Non-profitsector:** Organisaties waarin sociaal engagement en maatschappelijke impact belangrijker zijn dan winstbejag. Binnen de non-profitsector wordt vaak gesproken over "sociale profit" of de "Vlaamse sociale profit".
> **Tip:** De overheid stimuleert goed bestuur binnen zowel de profit- als de sociale profitsector door middel van brochures met aanbevelingen over missie, visie, bestuursorganen, transparantie en stakeholderbetrokkenheid. Stakeholders zijn alle belanghebbenden binnen een organisatie.
2. **Openbaar, privaat en VZW:**
* **Openbare sector (publieke sector):** Omvat overheidsdiensten en parastatalen (autonome overheidsbedrijven) die essentiële voorzieningen voor burgers garanderen en inwoners beschermen. Werknemers zijn ambtenaren. Voorbeelden zijn gemeentebesturen, politie, brandweer, OCMW's, onderwijsinstellingen, De Lijn, Kind & Gezin, de NMBS, de Post, ziekenhuizen en bibliotheken.
* **Private sector:** Het segment van de economie dat eigendom is van individuen en organisaties met winst als primair doel. Financiering komt van eigenaren of aandeelhouders. Voorbeelden zijn zelfstandige thuisverpleegkundigen, private woonzorgcentra en assistentiewoningen.
* **VZW-statuut (Vereniging zonder winstoogmerk):** Een groep personen die een belangeloos doel nastreven. Een VZW moet uit minstens twee personen bestaan en leden mogen geen vermogensvoordeel halen uit de VZW. Een VZW heeft eigen rechtspersoonlijkheid, wat betekent dat de organisatie zelf rechten en plichten heeft, los van haar leden. Leden hebben een beperkte aansprakelijkheid. Bij oprichting zijn een algemene vergadering (hoogste bestuursorgaan) en een raad van bestuur verplicht. Dit statuut valt onder de non-profit sector.
3. **Sociale economie:**
* Bestaat uit bedrijven en initiatieven die primair gericht zijn op het realiseren van maatschappelijke meerwaarde, met een sterke nadruk op de tewerkstelling van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Voorbeelden zijn kringloopwinkels, sociale restaurants, energiesnoeiers, groenwerkers en fietspunten.
#### 2.2.2 Voorbeelden van organisaties en hun indeling
Hieronder volgt een analyse van diverse organisaties met betrekking tot hun sector, statuut en de sociale economie:
* **CAW (Centrum Algemeen Welzijnswerk):** Non-profit, VZW, geen sociale economie.
* **Armonea (woonzorgcentra, assistentiewoningen):** Profit, privé, geen sociale economie.
* **OPZ Geel (Openbaar Psychiatrisch Zorgcentrum Geel):** Non-profit (extern verzelfstandigd agentschap van de Vlaamse overheid), openbaar (federale overheid), geen sociale economie.
* **CM (Christelijke Mutualiteit):** Non-profit, waarschijnlijk VZW, geen sociale economie.
* **Lidwina (beschutte werkplaats / maatwerkbedrijf):** Non-profit, VZW, ja, sociale economie.
* **Helan Zorgwinkel (commerciële tak van Helan ziekenfonds):** Profit (commerciële activiteiten), privé, geen sociale economie.
* **Bond zonder Naam:** Non-profit, VZW, geen sociale economie.
* **De Waaiburg (opvangcentrum voor dak- en thuislozen):** Non-profit, VZW, geen sociale economie.
* **Kringwinkel (kringloopcentra):** Non-profit, meestal VZW, ja, sociale economie.
* **Thuiszorg Kempen (gezinszorg, poetshulp):** Non-profit, VZW (onderdeel van vzw Welzijnszorg Kempen), geen sociale economie.
* **Zorgbedrijf Antwerpen:** Non-profit, statuut kan variëren (openbaar/VZW/privé), geen sociale economie.
* **Fedasil (Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers):** Non-profit, openbaar (federale overheid), geen sociale economie.
#### 2.2.3 Financiering van organisaties
Organisaties in zorg en welzijn worden op diverse manieren gefinancierd:
* **Lokale besturen:** Ontvangen algemene werkingssubsidies van de Vlaamse overheid, zonder specifieke voorwaarden of verantwoording. Het Gemeentefonds speelt hierin een centrale rol voor basisfinanciering en herverdeling. Daarnaast ontvangen ze specifieke subsidies voor bepaalde doelen of opdrachten waarover wel verantwoording afgelegd moet worden (bv. project-, werkings- of investeringssubsidies).
* **Subsidiedatabank:** Het Departement Financiën en Begroting van de Vlaamse overheid brengt subsidies in kaart die toegekend of uitbetaald werden aan ondernemingen, organisaties, feitelijke verenigingen en lokale besturen. Er is ook een subsidiedatabank die steunmaatregelen vanuit de provinciale, Vlaamse, federale en Europese overheid voor ondernemers weergeeft.
### 2.3 Mandaat sociaal werker
Het mandaat van een sociaal werker is breed gedefinieerd door internationale standaarden.
* **Internationale definitie van sociaal werk:** Sociaal werk bevordert sociale verandering, ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van mensen. Principes zoals sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit zijn hierbij cruciaal. Sociaal werk maakt gebruik van theorieën uit diverse disciplines om uitdagingen in het leven aan te pakken en het welzijn te verbeteren.
* **Mandaat binnen de organisatie:** Sociaal werkers hebben, vanuit de organisatie waarin ze werken, bevoegdheden om in naam van die organisatie beslissingen te nemen en taken uit te voeren ten gunste van cliënten of doelgroepen. Dit mandaat is vaak omschreven in de missie en visie van de organisatie.
* **Discretionaire ruimte:** Dit is de ruimte die sociale professionals krijgen en nemen om wetten, regels, protocollen en contexten te interpreteren en hier professioneel naar te handelen.
> **Tip:** Sociaal werkers ervaren een dilemma tussen de wens voor zelfredzaamheid van hun cliënten enerzijds, en de maatschappelijke tendensen die afhankelijkheid en respect voor diversiteit lijken te negeren anderzijds.
### 2.4 Politiserend werken
Politiserend werken is een essentieel aspect van het sociaal werk.
* **Karakteristieken:** Sociaal werkers dienen pragmatisch, onderzoekend en reflectief te zijn, met een wetenschappelijke, methodische en contextgerichte benadering. Politiserend werken situeert zich tussen het (lokale) sociale beleid, de professionele organisatie en de burger of cliënt.
* **Doelstelling:** Het bevorderen van maatschappelijke en beleidsverandering door het uiten van de stem van sociaal werkers. Ze benoemen belemmeringen, stellen denkpatronen in vraag en formuleren alternatieven. Dit politieke engagement is intrinsiek aan sociaal werk en gericht op het creëren van meer gelijkheid, democratie en duurzaamheid.
* **Praktijken:** Dit kan onder meer via interventies die sensibiliseren en de publieke sfeer bewust maken van specifieke maatschappelijke kwesties.
> **Tip:** Sociaal werk is niet neutraal. Het erkennen van de dilemma's en het actief inzetten op politiserend werken zijn cruciale aspecten van de professionele rol.
---
# Mandaat van de sociaal werker
Het mandaat van de sociaal werker omvat de professionele bevoegdheden en de ruimte voor interpretatie en professioneel handelen binnen de context van de organisatie en maatschappelijke uitdagingen.
### 3.1 Internationale definitie en het mandaat van sociaal werk
De internationale definitie van sociaal werk, zoals vastgesteld door de IFSW, benadrukt de praktijkgerichte aard van het beroep en de academische discipline. Deze definitie stelt dat sociaal werk zich richt op:
* **Sociale verandering en ontwikkeling:** Het actief bijdragen aan positieve maatschappelijke transformaties en groei.
* **Sociale cohesie:** Het bevorderen van verbinding en samenhang binnen gemeenschappen.
* **Empowerment en bevrijding van mensen:** Het versterken van individuen en groepen om controle over hun leven te verkrijgen en barrières te overwinnen.
Centraal binnen deze definitie staan de principes van:
* **Sociale rechtvaardigheid:** Het streven naar een eerlijke en gelijke samenleving.
* **Mensenrechten:** Het respecteren en verdedigen van de universele rechten van ieder individu.
* **Collectieve verantwoordelijkheid:** Het erkennen van de gedeelde plicht om voor elkaar en de samenleving te zorgen.
* **Respect voor diversiteit:** Het erkennen en waarderen van de veelheid aan achtergronden, identiteiten en perspectieven.
Deze principes worden ondersteund door theorieën uit het sociaal werk zelf, sociale wetenschappen, geesteswetenschappen en inheemse kennis. Hierdoor betrekt sociaal werk zowel individuen als structuren om levensuitdagingen aan te pakken en het algehele welzijn te verbeteren.
### 3.2 Het professionele mandaat van de sociaal werker
Binnen de organisatie heeft de sociaal werker een mandaat om in te zetten op de in de internationale definitie genoemde doelstellingen. Dit betekent dat de sociaal werker bevoegdheden heeft om, namens de organisatie, beslissingen te nemen en taken uit te voeren die gericht zijn op de ondersteuning van de cliënt of doelgroep. Deze bevoegdheden en de reikwijdte ervan worden idealiter omschreven in de missie en visie van de organisatie.
**Tip:** Begrijp dat het mandaat van een sociaal werker tweeledig is: het is zowel een opdracht vanuit het beroepsprofiel (internationale definitie) als een bevoegdheid die voortvloeit uit de specifieke organisatie waarin men werkzaam is.
### 3.3 Discretionaire ruimte van sociaal werkers
Naast het formele mandaat beschikken sociaal werkers over een **discretionaire ruimte**. Dit is de ruimte die professionals krijgen en zelf nemen om wetten, regels, protocollen en de specifieke context waarin zij werken te interpreteren en hier professioneel, ethisch en doelgericht naar te handelen. Deze ruimte is essentieel voor het leveren van passende en effectieve hulpverlening, aangezien de praktijk zelden eenduidig is.
### 3.4 Dilemma's in het sociaal werk en de eigen stem
Het professionele handelen van sociaal werkers wordt gekenmerkt door een intern dilemma tussen:
* De wens voor zelfredzaamheid, eigen kracht en burgerkracht van kwetsbare mensen en groepen.
* De neiging van de samenleving om overbodigheid, gebrek aan respect en (onderlinge) afhankelijkheid te negeren of te bagatelliseren.
Dit dilemma uit zich bijvoorbeeld in situaties waar de samenleving minder ondersteunend is, wat een uitdaging vormt voor de zelfredzaamheid van de cliënt.
**Voorbeeld:** Een sociaal werker ondersteunt een cliënt bij het vinden van huisvesting. De cliënt heeft beperkte middelen en wordt geconfronteerd met discriminatie op de huurmarkt. De organisatie van de sociaal werker heeft een procedure voor huisvestingsaanvragen, maar deze procedure houdt onvoldoende rekening met de specifieke noden en barrières waar de cliënt mee te maken heeft. De sociaal werker moet hierin de ruimte zoeken om de procedure flexibel toe te passen en te pleiten voor meer aandacht voor de cliënt zijn specifieke situatie, wat een vorm van politiserend werken inhoudt.
### 3.5 Politiserend werken als onderdeel van het mandaat
Politiserend werken is een integraal onderdeel van het mandaat van de sociaal werker en vloeit voort uit de gerichtheid op sociale verandering en rechtvaardigheid. Het houdt in:
* **Interventies en praktijken die bijdragen aan het publieke debat:** Het publiekelijk aankaarten van maatschappelijke kwesties en het stimuleren van discussie over de inrichting van de samenleving.
* **Het uitdagen van de samenleving:** Het confronteren van bestaande ongelijkheden en het streven naar meer gelijkheid, democratie en duurzaamheid.
* **Sensibiliseren en bewustmaken:** Het publiekelijk gevoelig maken voor bepaalde kwesties en het informeren van het publiek.
Sociaal werkers laten hierbij hun stem horen door belemmeringen te benoemen, denkpatronen in vraag te stellen en alternatieven te formuleren. Als democratische professionals dragen zij zo bij aan maatschappelijke en beleidsverandering. De gerichtheid op sociale verandering, sociale cohesie, empowerment, bevrijding, rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit, zoals opgenomen in de internationale definitie, onderstreept de politieke opdracht die in de kern van het sociaal werk zit.
**Tip:** Politiserend werken is niet het partijdig kiezen voor een politieke partij, maar het ageren vanuit een professionele ethiek om maatschappelijke structuren te beïnvloeden ten gunste van sociale rechtvaardigheid en welzijn.
---
# Politiserend werken door sociaal werkers
Politiserend werken door sociaal werkers houdt in dat zij actief bijdragen aan maatschappelijke en beleidsverandering door belemmeringen te benoemen en alternatieven te formuleren.
### 4.1 Het mandaat van de sociaal werker
Het mandaat van een sociaal werker is breed en geworteld in de internationale definitie van sociaal werk. Deze definitie benadrukt de bevordering van sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van mensen. Centrale principes hierbij zijn sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit.
Binnen een organisatie heeft de sociaal werker specifieke bevoegdheden om in naam van die organisatie beslissingen te nemen of taken uit te voeren, wat doorgaans is vastgelegd in de missie en visie van de organisatie. Daarnaast bestaat er discretionaire ruimte: de ruimte die sociaal professionals krijgen en nemen om wetten, regels, protocollen en contexten te interpreteren en hier professioneel naar te handelen.
De eigen stem van sociaal professionals wordt vaak gekenmerkt door een dilemma tussen de wens voor zelfredzaamheid, eigen kracht of burgerkracht van kwetsbare mensen en groepen, en een maatschappelijke neiging die overbodigheid, gebrek aan respect en onderlinge afhankelijkheid negeert. Dit dilemma kan zichtbaar worden wanneer de wens voor zelfredzaamheid van de cliënt botst met een samenleving die niet meewerkt.
### 4.2 De kern van politiserend werken
Politiserend werken is een fundamenteel aspect van het sociaal werk en kan worden omschreven als alle interventies en praktijken die bijdragen aan het publieke debat over hoe de samenleving is ingericht. Het doel is de samenleving uit te dagen zich te positioneren ten opzichte van bestaande ongelijkheden en te streven naar meer gelijkheid, democratie en duurzaamheid.
Sociaal werkers die politiserend werken, laten hun stem horen over de vraag hoe onze samenleving het best georganiseerd kan worden. Ze benoemen belemmeringen, stellen denkpatronen in vraag en formuleren alternatieven. Als democratische professionals dragen zij zo bij aan maatschappelijke en beleidsverandering.
Politiserende praktijken zetten vaak in op sensibilisering, waarbij ze de publieke sfeer bewust maken of gevoelig maken voor een bepaalde kwestie. Dit kan bijvoorbeeld door het delen van inspirerende praktijken en verhalen, zoals te vinden is op platformen die zich richten op dit thema.
#### 4.2.1 Kenmerken van politiserend werken
Politiserend werken vereist dat sociaal werkers pragmatisch, onderzoekend en reflectief te werk gaan. Ze hanteren een wetenschappelijke en methodische benadering, en houden rekening met de specifieke context. Het politiserende aspect bevindt zich op het snijvlak van (lokaal) sociaal beleid, de professionele organisatie en de burger of cliënt.
> **Tip:** Politiserend werken is geen optionele activiteit, maar zit in de kern van het sociaal werk. De gerichtheid op sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van mensen, naast principes als rechtvaardigheid en mensenrechten, getuigen hiervan.
> **Voorbeeld:** Een sociaal werker die een campagne start om aandacht te vragen voor de schrijnende leefomstandigheden van bepaalde groepen, door middel van het delen van getuigenissen en het organiseren van publieke debatten, is bezig met politiserend werken. Dit daagt de samenleving uit om deze ongelijkheden onder ogen te zien en streeft naar verbetering.
---
# Actualiteit en toepassing
Dit gedeelte onderzoekt de hedendaagse relevantie van sociaal werk in de praktijk, met een specifieke focus op het niet-neutrale karakter van het beroep en de ethische dilemma's waarmee sociale professionals geconfronteerd worden.
### 5.1 Het niet-neutrale karakter van sociaal werk
Sociaal werk is inherent niet-neutraal. Dit betekent dat de sociaal werker, ondanks de ambitie om objectief te handelen, onvermijdelijk keuzes maakt die beïnvloed worden door waarden, normen en de maatschappelijke context. Deze niet-neutraliteit komt voort uit de kernprincipes van sociaal werk, zoals het bevorderen van sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit.
> **Tip:** Denk bij het 'niet-neutrale' aspect aan de definitie van sociaal werk die stelt dat het gericht is op het bevorderen van sociale verandering en ontwikkeling. Dit vereist actief ingrijpen en het nemen van standpunten, wat per definitie niet neutraal is.
### 5.2 Het dilemma van de sociale professional
Het beroep van sociaal werker wordt gekenmerkt door een fundamenteel dilemma:
* **De wens voor zelfredzaamheid van de cliënt:** Sociale professionals streven ernaar de zelfredzaamheid, eigen kracht en burgerkracht van kwetsbare mensen en groepen te bevorderen. Dit houdt in dat men de autonomie van de cliënt respecteert en hem of haar in staat stelt eigen keuzes te maken en verantwoordelijkheid te dragen.
* **De neiging van de samenleving die niet meewerkt:** Tegelijkertijd is er een maatschappelijke realiteit die kwetsbaarheid, gebrek aan respect en (onderlinge) afhankelijkheid soms negeert of bagatelliseert. Dit kan leiden tot situaties waarin de samenleving niet de nodige ondersteuning biedt of juist belemmerend werkt voor de zelfredzaamheid van cliënten.
Dit spanningsveld tussen de individuele wens tot zelfredzaamheid en de maatschappelijke realiteit die deze wens soms ondermijnt, vormt een ethisch dilemma voor de sociale professional. De professional moet navigeren tussen het ondersteunen van de cliënt binnen de bestaande structuren en het bepleiten van veranderingen om die structuren rechtvaardiger te maken.
> **Voorbeeld:** Een sociaal werker begeleidt een alleenstaande ouder met een laag inkomen die moeite heeft met het vinden van betaalbare kinderopvang en een geschikte woning. De professional werkt aan de zelfredzaamheid van de ouder door te helpen bij het vinden van lokale voorzieningen en het aanvragen van subsidies. Tegelijkertijd ervaart de professional dat het tekort aan sociale woningen en de hoge kosten van kinderopvang structurele problemen zijn die buiten de directe invloedssfeer van de cliënt liggen. Het dilemma ontstaat wanneer de professional moet beslissen hoe ver de eigen rol reikt: blijft deze beperkt tot individuele hulpverlening of moet de professional ook actief pleiten voor beleidsverandering op lokaal of zelfs nationaal niveau?
### 5.3 De rol van 'politiserend werken'
Om het dilemma van de sociale professional te adresseren en het niet-neutrale karakter van het beroep te omarmen, is 'politiserend werken' essentieel.
**Wat is politiserend werken?**
Politiserend werken omvat alle interventies en praktijken die bijdragen aan het publieke debat over hoe de samenleving ingericht moet worden. Het doel hiervan is de samenleving uit te dagen zich te positioneren ten opzichte van bestaande ongelijkheden en te streven naar meer gelijkheid, democratie en duurzaamheid.
Sociale werkers die politiserend werken:
* Laten hun stem horen over hoe onze samenleving het best georganiseerd kan worden.
* Benoemen belemmeringen in de maatschappij.
* Stellen denkpatronen en bestaande structuren in vraag.
* Formuleren alternatieven voor de huidige situatie.
* Dragen als democratische professionals bij aan maatschappelijke en beleidsverandering.
De gerichtheid op sociale verandering en ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van mensen, evenals de centrale principes zoals rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en respect voor diversiteit, getuigen van de politieke opdracht die in de kern van sociaal werk zit.
Politiserend werken kan zich uiten in diverse praktijken, waaronder het sensibiliseren van het publiek voor bepaalde kwesties, het organiseren van bewustmakingscampagnes, en het ageren op beleidsniveau.
> **Tip:** Politiserend werken is geen apart 'project', maar een intrinsiek onderdeel van het sociaal werk dat de professionele organisatie, het (lokale) sociaal beleid en de burger/cliënt met elkaar verbindt. Het vereist dat de sociaal werker pragmatisch, onderzoekend, reflectief, wetenschappelijk, methodisch en contextgericht te werk gaat.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Organisatie | Een organisatie is een doelgericht samenwerkingsverband van mensen en middelen die, door onderlinge samenwerking, activiteiten ontplooien om overeengekomen doelen te bereiken. |
| Mandaat | Het mandaat van een sociaal werker omvat de bevoegdheden en de opdracht om in te zetten op sociale verandering, ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van cliënten, conform de internationale definitie van sociaal werk. |
| Discretionaire ruimte | Dit is de ruimte die sociaal professionals krijgen en nemen om wetten, regels, protocollen en contexten te interpreteren en hier professioneel naar te handelen, wat flexibiliteit in hun werk toelaat. |
| Politiserend werken | Politiserend werken is het proces waarbij sociaal werkers hun stem laten horen over de organisatie van de samenleving, belemmeringen benoemen, denkpatronen in vraag stellen en alternatieven formuleren om bij te dragen aan maatschappelijke en beleidsverandering. |
| Profitsector | De profitsector omvat ondernemingen die als hoofddoel hebben winst te maken door de verkoop van goederen of diensten. |
| Non-profitsector | De non-profitsector richt zich niet primair op winst maken, maar op het realiseren van een sociaal of maatschappelijk doel, waarbij sociaal engagement centraal staat. |
| Openbare sector | De openbare sector, ook wel publieke sector genoemd, omvat overheidsdiensten en parastatalen die essentiële voorzieningen leveren aan burgers en verantwoordelijk zijn voor de bescherming van inwoners. |
| Private sector | De private sector is het deel van de economie dat onder controle staat van individuen en organisaties met winst als primair doel, gefinancierd door eigenaren of aandeelhouders. |
| VZW (Vereniging zonder winstoogmerk) | Een VZW is een groep personen die een belangeloos doel nastreven, zonder dat de leden vermogensvoordeel mogen genieten; de VZW heeft een eigen rechtspersoonlijkheid en beperkte aansprakelijkheid voor haar leden. |
| Sociale economie | De sociale economie bestaat uit bedrijven en initiatieven die primair een specifieke maatschappelijke meerwaarde willen realiseren, met bijzondere nadruk op de tewerkstelling van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. |
| Decreten | Decreten zijn wetten die door het Vlaams Parlement worden gestemd en waarin de overheid noden erkent en regelgeving vastlegt, bijvoorbeeld het decreet lokaal sociaal beleid. |
| Gemeentefonds | Het Gemeentefonds is het centrale instrument voor de structurele algemene financiering van lokale besturen, bedoeld voor basisfinanciering en herverdeling van middelen naar financieel minder draagkrachtige besturen. |
| Subsidiedatabank | De subsidiedatabank geeft een overzicht van steunmaatregelen en subsidies die beschikbaar zijn voor ondernemers vanuit verschillende overheden (provinciaal, Vlaams, federaal, Europees). |