Cover
ابدأ الآن مجانًا Samenvatting Duurzame rechtvaardigheid goede versie kopie!.docx
Summary
# Polarisatie en conflictdynamieken
Dit document behandelt de complexiteit van polarisatie en conflictdynamieken, de oorzaken en rollen binnen polarisatie, en de impact ervan op de samenleving, met specifieke aandacht voor de rol van sociaal werk.
## 1. Polarisatie en conflictdynamieken
### 1.1 Polarisatie: aard en typen
Polarisatie kan worden gezien als een proces dat de kloof tussen opvattingen of conflicterende wereldbeelden vergroot. Het is niet synoniem met conflict, hoewel het een conflict wel kan verergeren. Er worden twee hoofdvormen onderscheiden:
* **Ideologische polarisatie:** Dit type polarisatie ontstaat door tegenstellingen in opvattingen of wereldbeelden, zoals bijvoorbeeld met betrekking tot de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie. Het gaat om de manier waarop mensen de wereld zien.
* **Affectieve polarisatie:** Dit type polarisatie richt zich meer op identiteitskwesties en de manier waarop we over elkaar denken. Het raakt mensen vaak dieper op emotioneel niveau.
### 1.2 Conflict versus polarisatie
Hoewel beide concepten verwant zijn, verschillen ze significant:
* **Conflict:**
* Duidelijke probleemeigenaren (bijvoorbeeld een ruzie met een familielid, een scheiding, of een discussie tussen twee groepen in een klas).
* Betrokkenen zijn gemakkelijk herkenbaar.
* Bemiddeling is over het algemeen gemakkelijker.
* Conflicten kennen vaak vier fasen: preventie, interventie, bemiddeling en verzoening.
* **Polarisatie:**
* Een individu kan kiezen of hij/zij wel of niet betrokken raakt bij een polarisatieproces.
* Zodra een standpunt wordt ingenomen, kan men in een dynamiek terechtkomen waar individuele invloed beperkt is.
* Het kan gedwongen voelen om een standpunt in te nemen, bijvoorbeeld in het geval van het conflict tussen Israël en Palestina, waar niet-partijdigheid als medeplichtigheid kan worden gezien.
* Het is minder duidelijk wie aangesproken kan worden of wie polarisatie versterkt.
* Polarisatie kan een conflict heftiger maken.
* Conflicten kunnen worden opgelost, zelfs als de onderliggende polarisatie niet is opgelost (het "Balkan-effect").
### 1.3 Oorzaken en voedingsbodems van polarisatie
Verschillende factoren dragen bij aan de versterking van polarisatie:
* **Soort democratie:**
* Consensusdemocratieën met proportionele kiesstelsels (zoals België) kunnen leiden tot een genuanceerdere, minder zwart-wit polarisatie, omdat coalitievorming noodzakelijk is.
* Meerderheidsdemocratieën met meerderheidsstelsels (zoals de VS) kunnen leiden tot een sterkere tweedeling.
* **Vertrouwen in instellingen:** Een afnemend vertrouwen in overheden en instellingen maakt burgers vatbaarder voor polarisatie.
* **Publiek debat en sociale media:**
* Een toename van beledigende, racistische, seksistische of bedreigende berichten op sociale media, met een verhoogde toxiciteit, draagt bij aan de verharding van het publieke debat.
* Nieuwsmedia kunnen als katalysator fungeren door bijvoorbeeld twee tegenovergestelde partijen gelijktijdig aan het woord te laten, zelfs als de ene partij een veel grotere aanhang heeft dan de andere. Dit geeft beide kanten evenveel aandacht en versterkt zo de polarisatie.
### 1.4 Drie wetmatigheden van polarisatie
* **Wetmatigheid 1: Gedachteconstructie:** Polarisatie wordt gevormd en is geen objectief feit. Het 'wij/zij'-beeld wordt gecreëerd. Alles wat wordt gezegd over een groep dat de identiteit versterkt, draagt bij aan polarisatie. Dit beeld kan veranderen.
* **Wetmatigheid 2: Brandstof:** Polarisatie heeft brandstof nodig om te blijven bestaan. Iedereen kan brandstof leveren, inclusief voorstanders, tegenstanders en sociale media.
* **Wetmatigheid 3: Gevoelsdynamiek:** Hoe groter de polarisatie, hoe feller de gevoelens en de 'hitte', hoe kleiner de redelijkheid en hoe minder open mensen staan voor informatie.
### 1.5 Rollen binnen polarisatie
Verschillende rollen spelen een specifieke functie in het dynamiek van polarisatie:
* **Pusher:** Deze personen leveren brandstof voor het wij/zij-denken, verhogen de polarisatiedruk en zijn vaak overtuigd van hun eigen morele gelijk.
* **Joiner:** Dit zijn individuen die partij kiezen binnen een spanningsveld, vaak minder extreem dan pushers, maar zich aansluiten bij een kamp op basis van hun waardenkader.
* **Silent Group:** Deze groep kiest geen kant en kan bestaan uit onverschilligen of juist zeer betrokken individuen die neutraliteit nastreven. De motivatie kan variëren van desinteresse tot een genuanceerde visie of het erkennen van waarheden aan beide kanten. Dit is vaak de grootste groep, maar komt zelden aan bod in het debat. Neutraliteit wordt soms verwacht van bepaalde beroepen, zoals leerkrachten of politieagenten.
* **Bruggenbouwer:** Deze personen staan boven de partijen, proberen polarisatie tegen te gaan, organiseren dialoog en bieden een tegennarratief. Ze lopen echter het risico gedoogd te worden of juist aandacht te krijgen van pushers. Dit is niet de primaire rol van sociaal werkers.
* **Zondebok:** In tijden van toenemende polarisatie voelen mensen zich gedwongen een kant te kiezen. Degenen die geen kant kiezen, dreigen zondebok te worden.
### 1.6 De rol van sociaal werk in polarisatie
Sociaal werkers zijn goed geplaatst om met polarisatie om te gaan vanwege hun competenties.
* **Op korte termijn:**
* **Interventie:** Niets doen als de emoties te hoog oplopen.
* **Bemiddeling:** Niet groepen samenbrengen, maar luisteren en erkenning geven voor de eigen ervaringen en perspectieven.
* **Op lange termijn:**
* **Preventie:** Werken aan sociale cohesie en het zoeken naar gemeenschappelijke grond. Dit maakt het gemakkelijker om in tijden van polarisatie of conflict als vertrouwenspersoon te fungeren.
* **Verzoening:** Mensen eventueel samenbrengen.
**Game changers (vier manieren om de dynamiek te veranderen):**
* **Geen aandacht geven aan pushers:** Minimaliseer de aandacht voor de extremen.
* **Richten op andere doelgroepen:** Focus op groepen die nu niet aan bod komen.
* **Midden (silent group) versterken:** Geef de 'stille groep' een stem en breng hen in beeld.
* **Onderwerp veranderen:** Ga niet in op identiteitskwesties, maar op gedeelde vragen, zorgen en dilemma's.
* **Zelf van positie veranderen:** Neem een middenpositie in, luister authentiek naar andere meningen en toon mildheid.
**Houding van sociaal werkers:**
* Onderzoek doen zonder conclusies.
* Vertrouwen opbouwen.
* Meerzijdige partijdigheid hanteren.
* Niet moraliseren.
* Zichzelf kwetsbaar opstellen.
* Actief luisteren.
* Kleine stappen waarderen.
### 1.7 Kritiek op Brandsma's benadering
* Polarisatie kan soms nodig zijn voor verandering en is essentieel voor het democratische debat.
* Het negeren van pushers is niet altijd de beste aanpak, afhankelijk van de praktijkcontext (bv. werken met geradicaliseerde jongeren).
* Het richten op het midden kan de status quo bevorderen en de machtsverhoudingen niet veranderen.
---
**Tip:** Het onderscheid tussen conflict en polarisatie is cruciaal. Een conflict kan opgelost zijn, terwijl de onderliggende polarisatie nog steeds sluimerend aanwezig is.
**Tip:** De drie wetmatigheden van polarisatie (gedachteconstructie, brandstof, gevoelsdynamiek) bieden een nuttig kader om te begrijpen hoe polarisatie zich ontwikkelt en in stand wordt gehouden.
**Voorbeeld:** Media die een klimaatwetenschapper tegenover een klimaatontkenner plaatst, geeft beide kanten een gelijk podium, ondanks het enorme verschil in wetenschappelijke consensus, en versterkt zo de polarisatie.
---
# Mens en maatschappij: rechten, risico's en migratie
Hieronder volgt een gedetailleerde samenvatting over "Mens en maatschappij: rechten, risico's en migratie", opgesteld voor studie-examendoeleinden.
## 2. Mens en maatschappij: rechten, risico's en migratie
Dit gedeelte behandelt de evolutie van mensenrechten, de transitie van welvaartsstaat naar risicomaatschappij, en de complexiteit van migratie.
### 2.1 Mensenrechten
Mensenrechten zijn universele en onvervreemdbare rechten die ieder individu bezit, ongeacht afkomst, geslacht, religie of andere kenmerken. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) uit 1948 vormt een cruciaal internationaal kader voor deze rechten en verplicht ondertekenende landen tot respect, bescherming en actieve bevordering ervan.
#### 2.1.1 Generaties mensenrechten
Er worden doorgaans drie generaties mensenrechten onderscheiden:
* **Eerste generatie: Burgerlijke en politieke rechten**
Deze rechten beschermen het individu als persoon in de samenleving en omvatten onder meer vrijheid van meningsuiting, godsdienst, gedachte, privacy, het recht op een eerlijk proces en de vrijheid van beweging.
* **Tweede generatie: Sociaal-economische en culturele rechten**
Deze rechten richten zich op individuele gelijkheid en omvatten onder meer het recht op huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, arbeid, een eerlijk loon en vrije tijd. Sociaal werkers komen veelvuldig in contact met deze rechten.
* **Derde generatie: Collectieve solidariteitsrechten**
Deze rechten betreffen de rechten van groepen of de samenleving als geheel, zoals het recht op een gezonde leefomgeving, biodiversiteit en vrede.
#### 2.1.2 Kritiek en alternatieven op het algemene kader
Kritiek op het bestaande kader richt zich op de mogelijke hiërarchie tussen individuele en collectieve rechten, en een vermeende Westerse vertekening waarbij individuele rechten boven collectieve of sociaal-economische rechten worden geplaatst.
> **Tip:** Jim Ife's "Human Rights From Below" biedt een alternatieve kijk door meer aandacht te besteden aan diverse gebruiken en niet-Westerse perspectieven op mensenrechten, die hij indeelt in zeven arena's: sociaal, economisch, civiel en burgerlijk, cultureel, milieu, spiritueel en overleving.
### 2.2 Van welvaartsstaat naar risicomaatschappij
De maatschappij is geëvolueerd van een welvaartsstaat, waar de sociale strijd gericht was op verdeling van welvaart (bv. stemrecht, loonsverhoging), naar een risicomaatschappij. In deze nieuwe realiteit verschuift de focus naar de verdeling van door mensen veroorzaakte risico's en onzekerheden.
#### 2.2.1 Kenmerken van de risicomaatschappij
* **Verdeling van risico's:** De kernvraag wordt wie slachtoffer is van en wie de grootste lasten draagt van diverse risico's, zoals klimaatverandering, pandemieën en internationale conflicten.
* **Gebrek aan antwoorden van bestaande instituties:** Welvaartsstaatinstellingen hebben vaak moeite om antwoorden te bieden op de (gepercipieerde) risico's van de hedendaagse samenleving. Dit kan leiden tot een verschuiving van problemen naar hogere bestuursniveaus en een afname van vertrouwen.
* **Enscenering van risico's:** Bepaalde risico's worden maatschappelijk geconstrueerd of 'in scène gezet' om angst aan te jagen, wat niet altijd overeenkomt met objectieve risico's. Sociale media en politiek spelen hierin een grote rol. Wie de risico's bepaalt, heeft macht.
* **Ongelijkheid in risicoverdeling:** De gevolgen van risico's zijn ongelijk verdeeld, waarbij de meest kwetsbare groepen vaak de grootste lasten dragen. Mondiale verbanden en de globalisering spelen hierbij een rol.
#### 2.2.2 Gevolgen van de risicomaatschappij
* **Verlies van vertrouwen:** Minder vertrouwen in de politiek door de machteloosheid van nationale politiek ten opzichte van mondiale risico's.
* **Angst en wantrouwen:** Angst voor verandering en voor het verlies van bestaanszekerheid.
* **Gebrek aan verbinding:** Zorgt voor angst om niet rond te komen en kan leiden tot woede en extreme acties.
#### 2.2.3 Het politieke antwoord: liberaal paternalisme en welvaartschauvinisme
Het politieke antwoord op de risicomaatschappij kenmerkt zich door liberaal paternalisme, waarbij de verzorgingsstaat verschuift naar een 'welfare to workfare' model met deregulering van de arbeidsmarkt, bestaansonzekerheid en strengere voorwaarden aan sociale voorzieningen. Welvaartschauvinisme sluit hierbij aan door sociale voorzieningen en bescherming exclusief te reserveren voor de 'autochtone bevolking', wat angst voor het vreemde en economische onzekerheid combineert.
#### 2.2.4 Taak van sociaal werk in de risicomaatschappij
Sociaal werkers hebben een cruciale rol in het:
* Definiëren en identificeren van risico's.
* Beleidsbeïnvloeding en agendasetting.
* Erkennen van risico's bij kwetsbare groepen.
* Fungeren als dienstverlener, gemeenschapswerker en sociaal innovator.
* Belangenbehartiging en activisme op micro-, meso- en macroniveau.
> **Tip:** De rollen van 'pusher', 'joiner', 'silent', 'bruggenbouwer' en 'zondebok' helpen om de dynamiek van polarisatie te begrijpen. Sociaal werkers kunnen zich richten op het versterken van de 'silent' groep, het faciliteren van dialoog (met de juiste timing) en het bieden van een tegengeluid.
### 2.3 Migratie: mythe en realiteit
Migratie is een complex fenomeen met een rijke geschiedenis en diverse hedendaagse realiteiten, die vaak omgeven zijn door mythes en misvattingen.
#### 2.3.1 Grenskolonialisme en de evolutie van grenzen
De toename van grensmuren wereldwijd toont aan hoe grenzen, die slechts bestaan door menselijke acceptatie, steeds meer worden ingezet als middel tot scheiding en uitsluiting, van neutrale scheidingen naar gewelddadige en discriminerende barrières.
#### 2.3.2 Internationale bescherming en juridische kaders
* **Conventie van Genève:** Definieert 'vluchteling' als iemand die zich buiten het land van nationaliteit bevindt wegens een gegronde vrees voor vervolging op basis van ras, godsdienst, nationaliteit, sociaal groepslidmaatschap of politieke overtuiging.
* **Subsidiaire bescherming:** Biedt bescherming aan personen die een reëel risico lopen op ernstige schade (doodstraf, foltering, ernstige schade door gewapend conflict) bij terugkeer, zelfs als ze niet voldoen aan de strikte definitie van vluchteling.
* **Gezinshereniging:** Een fundamenteel recht dat erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden toestaat hun kerngezin naar België te laten overkomen.
* **EU-migratiepact:** Introduceert mechanismen zoals screening op grondgebied, solidariteit via afkoop, 'force majeure' clausules, het Dublin-systeem en versnelde grensprocedures.
#### 2.3.3 Belgische migratiewetgeving en sociale grondrechten
De Belgische wetgeving kent verstrengingen op het gebied van gezinshereniging en maakt sociale grondrechten voorwaardelijk, wat invloed heeft op de toegang tot diensten voor migranten.
#### 2.3.4 Definities en perspectieven
Belangrijk is het onderscheid tussen verschillende termen:
* **Nieuwkomer:** Een niet-Belg die zich langdurig in België vestigt.
* **Migrant:** Een persoon die om familiale of economische redenen het land verlaat.
* **Vluchteling:** Een persoon die omwille van vrees voor vervolging of geweld het thuisland verlaat.
* **Intern ontheemde:** Een persoon die binnen eigen land op de vlucht is.
* **Transmigrant:** Een migrant die tijdelijk verblijft op doortocht naar een andere bestemming.
Termen als 'economische vluchteling', 'illegalen' en 'profiteurs' worden vaak gebruikt in de framing van nieuwkomers en zijn geen officiële juridische benamingen.
#### 2.3.5 Aantallen in perspectief
Internationale migratie is relatief stabiel gebleven (ongeveer 3% van de wereldbevolking), waarbij het merendeel binnenlands migreert. De perceptie van migratie is echter vaak groter dan de realiteit.
#### 2.3.6 Migratieroutes en complexiteit van migratietrajecten
Migratietrajecten zijn vaak complex en dynamisch, en niet altijd lineair. Mensen leven en functioneren in netwerken, en hun mobiliteit en communicatiemogelijkheden maken het mogelijk om contact te onderhouden met familie in verschillende landen. Dit is een belangrijk verschil met eerdere migratiegolven.
#### 2.3.7 Moeilijkheden en uitdagingen
* **Administratieve problemen:** Bestaande systemen zijn vaak gericht op de natiestaat en houden onvoldoende rekening met internationale netwerken en transnationale realiteiten.
* **Gemengde families:** Situaties waarin een deel van de familie een ander verblijfsstatuut heeft dan de rest, creëren complexiteit.
* **Formele dienstverlening:** Rigide taalbeleid, methodologisch nationalisme en het koppelen van sociale rechten aan verblijfsstatuten bemoeilijken toegang tot hulp.
* **Informele dienstverlening:** Vaak nemen informele netwerken en tussenpersonen taken over die eigenlijk tot het formele sociaal werk zouden moeten behoren.
> **Tip:** "Zwervende niet-begeleide minderjarigen" vormen een specifieke, vaak verborgen groep die navigeert tussen landen op zoek naar basisbehoeften en veiligheid, met aanzienlijke psychosociale en medische uitdagingen tot gevolg. Hun recht op verblijf, ook zonder papieren, is cruciaal, maar de lange weg naar een stabiel verblijf en de wantrouwen tegenover overheden maken hun situatie precair.
#### 2.3.8 De 'vergeten' groepen en de uitdagingen van transmigratie
Groepen zoals transmigranten, niet-begeleide minderjarige vreemdelingen en intra-Europese migranten worden vaak over het hoofd gezien. Hun migratietrajecten zijn dynamisch en complex, en vereisen een aanpak die verder gaat dan de traditionele 'aankomst'-logica.
#### 2.3.9 Transnationaal versus internationaal sociaal werk
* **Internationaal sociaal werk:** Richt zich op sociaal werk in derdelanden, vaak met focus op ontwikkelingshulp of humanitaire interventies, met kritiek op een mogelijke Westerse hegemonie.
* **Transnationaal sociaal werk:** Een flexibele praktijk die soepel over landsgrenzen heen kan bewegen, cultureel competent en responsief is, en rekening houdt met de complexe realiteit van mensen die in meerdere landen leven en werken. Het stelt concepten zoals burgerschap en sociale rechten in vraag.
> **Tip:** Informeel sociaal werk, vaak uitgevoerd door burgerinitiatieven en zelforganisaties, speelt een cruciale rol in het overbruggen van hiaten in de formele hulpverlening en het bieden van op maat gemaakte ondersteuning, vaak vertrekkend vanuit de leefwereld van de cliënt.
#### 2.3.10 Migratiebeleid in België
Het migratiebeleid in België kent diverse stromen: arbeidsmigratie, studiemigratie, gezinshereniging, en asiel. Veel procedures zijn complex en de voorwaarden voor sociale grondrechten zijn vaak strikt. Er is een duidelijk onderscheid tussen migranten met wettig verblijf en mensen zonder wettig verblijf, die wel recht hebben op dringende medische zorg maar vaak geconfronteerd worden met perspectiefloosheid.
### 2.4 Klimaat en rechtvaardigheid
Klimaatverandering is een menselijk veroorzaakt fenomeen met verregaande maatschappelijke gevolgen, waarbij de meest kwetsbare groepen het hardst getroffen worden, ondanks dat zij het minst hebben bijgedragen aan de oorzaken.
#### 2.4.1 Wetenschappelijke consensus en gevolgen
* **Menselijke activiteit:** De uitstoot van broeikasgassen door menselijke activiteiten is de primaire oorzaak van opwarming.
* **Planetaire grenzen:** Belangrijke ecologische grenzen worden overschreden, wat de gezondheid van de planeet bedreigt.
* **Extreem weer:** Klimaatverandering versterkt de intensiteit en frequentie van extreem weer (hittegolven, droogte, hevige neerslag, stormen), met aanzienlijke schade, slachtoffers en kosten tot gevolg. Europa ervaart de snelste opwarming.
* **Afname biodiversiteit:** Dit verstoort ecosystemen en de voedsel- en watervoorziening.
* **Gezondheid en economie:** Klimaatverandering heeft negatieve gevolgen voor de menselijke gezondheid en de economie.
#### 2.4.2 Ongelijkheid en klimaat
De klimaatcrisis is intrinsiek verbonden met sociale ongelijkheid:
* **Uitstoot:** De rijkste 10% van de wereldbevolking is verantwoordelijk voor de helft van de totale uitstoot, terwijl de armste helft slechts een klein deel bijdraagt.
* **Impact:** Kwetsbare bevolkingsgroepen, vrouwen, inheemse volkeren, en minst ontwikkelde landen worden het hardst getroffen door de gevolgen, ondanks hun minimale bijdrage.
* **Ecologische voetafdruk:** Dit concept, oorspronkelijk door de industrie gepromoot, individualiseert de verantwoordelijkheid voor milieuproblemen.
* **Klimaatongelijkheid in België:** De uitstoot en de gevolgen van klimaatverandering zijn ongelijk verdeeld, met hogere inkomensgroepen die meer bijdragen aan de uitstoot (bv. vliegreizen, energieverbruik) en hogere inkomensgroepen die meer profiteren van klimaatbeleid (bv. subsidies voor zonnepanelen). Dit versterkt de polarisatie.
#### 2.4.3 Mitigatie en adaptatie
* **Mitigatie:** Het aanpakken van de oorzaken van klimaatverandering, voornamelijk door het stoppen van broeikasgasuitstoot en het realiseren van de energietransitie.
* **Adaptatie:** Het verminderen van de gevolgen van klimaatverandering en het voorbereiden op toekomstige rampen.
#### 2.4.4 De rol van sociaal werk in klimaatverandering
Sociaal werk speelt een cruciale rol bij klimaatverandering door:
* **Preventie en voorbereiding:** Informeren, vormen en participeren bij het opstellen van rampenplannen, rekening houdend met iedereen.
* **Signalisatie:** Werken aan verbetering van leefomstandigheden van mensen in risicobuurten.
* **Veerkracht versterken:** Zowel individueel als collectief.
* **Alertheid tijdens rampen:** Zorg dragen voor kwetsbare groepen, zorgen voor basisvoorzieningen, eerste psychologische hulp.
* **Na de ramp:** Hulpverlening bij nasleep, bemiddeling, traumaverwerking en gemeenschapsopbouw.
* **Ecosociaal werk:** Een fundamentele verschuiving in sociaal werk die sociale en ecologische rechtvaardigheid combineert, structurele oorzaken van uitbuiting aanpakt en de positie van kwetsbare groepen en de natuur versterkt. Dit omvat het pleiten voor een sociaal-ecologische welvaartsstaat en het integreren van principes van circulaire economie en sociale rechtvaardigheid.
> **Tip:** "Actieve hoop" is een concept dat benadrukt dat hoop niet louter afwachten is, maar zelf de gewenste verandering leven door te gronden in dankbaarheid, de pijn te eren, met nieuwe ogen te zien en concrete stappen te zetten.
### 2.5 Sociale cohesie en stedelijke dynamieken
Sociale cohesie, het gevoel van samenhang en verbondenheid, is essentieel voor veiligheid en welzijn. De stad is een dynamische omgeving waar processen als urbanisatie, suburbanisatie en gentrificatie de sociale structuur beïnvloeden.
#### 2.5.1 Urbanisatie en plattelandsvlucht
Hoewel globaler gezien de urbanisatie wereldwijd toeneemt, kent Vlaanderen een geschiedenis van suburbanisatie na WOII, met een recente trend van hernieuwde aantrekkingskracht van de stad. Dit brengt uitdagingen met zich mee zoals druk op publieke ruimte, milieuproblemen, concentratie van armoede en een verhoogd onveiligheidsgevoel.
#### 2.5.2 Gentrificatie en sociale verdringing
Gentrificatie, het opwaarderen van wijken, leidt tot stijgende woningprijzen en sociale verdringing van kwetsbare bewoners, die ofwel moeten verhuizen met onderbroken schoolcarrières en verlies van sociaal netwerk, ofwel zich vreemdeling voelen in hun eigen buurt.
#### 2.5.3 De rol van sociaal werk bij stedelijke dynamieken
Sociaal werk speelt een rol op drie niveaus:
* **Macro:** Pleiten voor regulering van de woningmarkt, huurdersbescherming en investeringen in sociale woningbouw.
* **Meso:** Verbinden van oude en nieuwe bewoners, stimuleren van dialoog en organiseren van collectieve kracht om inspraak te vergroten.
* **Micro:** Sensibiliseren van bewoners over hun rechten en de veranderingen in de buurt.
#### 2.5.4 Aankomstwijken en hun specifieke uitdagingen
Aankomstwijken, waar veel nieuwkomers zich vestigen vanwege betaalbare huisvesting en bestaande netwerken, kenmerken zich door tijdelijk verblijf, een hogere woonkwaliteit, druk op voorzieningen en een uitdagende sociale cohesie. Specifieke uitdagingen zijn onder meer jongeren met kans op schooluitval, zichtbare dakloosheid en een gebrek aan kwalitatieve publieke ruimte.
#### 2.5.5 Sanctuary Cities en inclusieve publieke ruimte
Het concept van 'Sanctuary Cities' benadrukt het beschermen van alle inwoners, ongeacht migratiestatus, en het bieden van toegang tot stedelijke diensten. Dit bevordert een inclusieve publieke ruimte waar iedereen zich thuis kan voelen.
#### 2.5.6 Veranderende gezinsvormen en sociale noden
De samenleving ziet een toename van eenoudergezinnen en andere nieuwe gezinsvormen. Dit brengt specifieke uitdagingen met zich mee op economisch (huisvesting, kinderopvang, werk-privébalans) en sociaal vlak (beperkt sociaal netwerk, eenzaamheid). Sociaal werk richt zich op het aanpakken van deze eenzaamheid via structurele en interdisciplinaire benaderingen, en het creëren van zorgzame buurten.
#### 2.5.7 Vergrijzing en generatiekloof
De vergrijzing, met een toenemend aandeel ouderen in de bevolking, stelt de betaalbaarheid van pensioenen en sociale zekerheid onder druk, vereist extra investeringen in voorzieningen voor ouderen, en kan leiden tot een krapte op de arbeidsmarkt. Een generatiekloof in opvattingen en levenswijzen kan ook spanningen creëren.
#### 2.5.8 Ageïsme
Ageïsme, stereotypering, vooroordelen en discriminatie op basis van leeftijd, is een belangrijk aandachtspunt dat de waardigheid en integratie van ouderen aantast.
### 2.6 Artificiële Intelligentie (AI) in sociaal werk
AI heeft het potentieel om het sociaal werk te transformeren door efficiëntie, personalisatie en proactieve zorg te bieden, maar brengt ook ethische uitdagingen met zich mee.
#### 2.6.1 Mogelijkheden van AI
AI kan helpen bij het analyseren van data voor gepersonaliseerde aanbevelingen, het voorspellen van risico's (bv. valpreventie), het automatiseren van administratieve taken, en het ondersteunen van gespreksvoering en probleemoplossing.
#### 2.6.2 Valkuilen en ethische vragen
* **Technologische neutraliteit:** AI is niet neutraal; de data waarop het getraind wordt, kan biases en stereotypen weerspiegelen, wat leidt tot discriminatie (bv. toeslagenaffaire, CV-screening).
* **Gebrek aan discretionaire ruimte:** AI werkt vaak met regels en mist de menselijke capaciteit om af te wijken of complexe ethische afwegingen te maken.
* **Kwetsbaarheid:** Het delen van data kan leiden tot identiteitsfraude, phishing en psychische kwetsbaarheid.
* **Privacy:** Anonieme data kan vaak herleid worden tot individuen.
* **Polarisatie:** AI kan, door het aanbieden van op emoties gerichte content, polarisatie versterken.
#### 2.6.3 Regelgeving en bescherming
De Digital Service Act en de AI Act zijn Europese verordeningen die gericht zijn op het reguleren van online platformen, het bevorderen van transparantie, het beschermen van fundamentele rechten en het waarborgen van veilige en transparante AI-systemen.
#### 2.6.4 De impact op sociaal werk
AI zal banen in het sociaal werk veranderen, met zowel kansen als risico's. Een kritische, ethische benadering is essentieel, waarbij de voordelen van AI worden benut, maar de valkuilen worden gemitigeerd en de menselijke discretionaire ruimte en ethische overwegingen centraal blijven staan.
---
# Klimaatverandering, ongelijkheid en sociaal werk
Hier is een gedetailleerd en uitgebreid studieoverzicht van het onderwerp "Klimaatverandering, ongelijkheid en sociaal werk", gebaseerd op de verstrekte documentatie, inclusief de focus op de relatie tussen klimaat en sociale rechtvaardigheid.
## 3 Klimaatverandering, ongelijkheid en sociaal werk
Dit onderwerp onderzoekt de impact van klimaatverandering op samenlevingen en kwetsbare groepen, en de rol van sociaal werk in het aanpakken van deze crisis vanuit een perspectief van sociale rechtvaardigheid.
### 3.1 Wetenschappelijke consensus over klimaatverandering
De wetenschappelijke consensus stelt dat menselijke activiteit, met name de uitstoot van broeikasgassen, leidt tot de opwarming van de aarde. Planetaire grenzen, die de gezondheidstoestand van de aarde weergeven, worden overschreden. Dit beïnvloedt wereldwijd extreme weersomstandigheden, waarbij Europa de snelste opwarming ervaart.
* **Klimaatverandering en extreem weer:**
* Hogere intensiteit en frequentie van extreem weer.
* Meer schade, slachtoffers en kosten.
* Warmere lucht kan meer vochtigheid dragen, wat leidt tot hevige regen- en sneeuwval.
* De opwarming in Europa is significant sneller dan elders.
* **Demografie en klimaatimpact:**
* Niet overbevolking, maar de impact van menselijke activiteiten, zoals landbouw en industrie, veroorzaakt klimaatsschade.
* Gebieden met minder mensen en kinderen kunnen een grotere impact hebben op uitstoot, vooral door landbouw en bossen.
* **Ecosysteem en biodiversiteit:**
* Afname van biodiversiteit verstoort het ecosysteem en bemoeilijkt de balans, met gevolgen voor voedsel- en watervoorziening, gezondheid en economie.
* Milieuproblemen zijn onderling verbonden; onze levensstijl beïnvloedt klimaatverandering en gezondheid.
#### 3.1.1 Mitigatie en adaptatie
* **Mitigatie:** Ingrijpen op de oorzaak van klimaatverandering door de uitstoot van broeikasgassen te stoppen, wat leidt tot energietransitie, zowel internationaal als lokaal, en aanpassingen vereist van consumenten en industrie. De verdeling van deze lasten is een cruciaal thema, waarbij de historische schuld van het Westen centraal staat.
* **Adaptatie:** Het verminderen van de gevolgen van klimaatverandering, eveneens internationaal en lokaal, met aandacht voor klimaatonrechtvaardigheid en historische schuld.
#### 3.1.2 Ecologische voetafdruk
De ecologische voetafdruk meet de benodigde biologisch productieve grond- en wateroppervlakte per persoon. Industriële bedrijven hebben dit concept mede geïntroduceerd om de focus te verleggen naar individuele aanpassingen in plaats van bedrijfsverantwoordelijkheid.
### 3.2 Klimaatverandering en sociale rechtvaardigheid
Klimaatverandering is ongelijk verdeeld en treft de meest kwetsbare bevolkingsgroepen het hardst, ondanks hun minimale bijdrage aan de crisis.
* **Ongelijkheid in uitstoot en impact:**
* De rijkste 10% van de wereld is verantwoordelijk voor de helft van alle broeikasgasuitstoot.
* De armste helft draagt slechts 7-12% bij.
* Kwetsbare groepen, waaronder vrouwen, inheemse volkeren, bewoners van kleine eilanden en minst ontwikkelde landen, ondervinden de meeste gevolgen.
* Dit leidt tot machteloosheid, angst en beïnvloedt de mentale gezondheid.
* **Klimaat en rechtvaardigheid in België:**
* Belgen maken zich het meest zorgen over werkloosheid, energieprijzen en gezondheidszorg, en minder over klimaat (minder dan 1/3e).
* Er is een sociaaleconomische breuklijn tussen "klimaatvoortrekkers" (hooggeschoold, jonger, progressief) en "gele hesjes" (ouder, lager geschoold, conservatiever).
* Ongelijkheid is zichtbaar in vliegtuigreizen, energieverbruik en consumptie. Huishoudens zijn verantwoordelijk voor 60-70% van de uitstoot.
* Hittegolven treffen steden harder, waar armere gezinnen vaak in slecht geïsoleerde woningen wonen.
* Het "Mattheüseffect" (subsidies voor zonnepanelen, warmtepompen) benadeelt lagere inkomens.
* Lage inkomens veroorzaken minder klimaatverandering, maar voelen de gevolgen en maatregelen het hardst.
#### 3.2.1 Een rechtvaardige transitie
Een rechtvaardige transitie streeft naar een beleid dat zowel ecologische doelstellingen als sociale rechtvaardigheid combineert, met aandacht voor werknemers, de overheid en bedrijven.
* **Visies op rechtvaardige transitie:**
* **Holistische visie:** Combineert milieuschade verminderen, ongelijkheden terugdringen en fundamentele rechten garanderen.
* **Werknemersgerichte visie:** Richt zich op waardige jobs en werkzekerheid tijdens de transitie.
* **Sociaal-ecologische staat visie:** Benadrukt de rol van de overheid via belastingen, investeringen en sociale bescherming.
* **Pragmatische businessgerichte visie:** Focust op economische stabiliteit en competitiviteit voor bedrijven.
* **Aanbevelingen voor een rechtvaardige transitie:**
* Voorrang aan maatregelen die ecologische en sociale doelen combineren.
* Versterking van lokale werking en internationale solidariteit.
* Belasten van klimaatschadelijk gedrag op een rechtvaardige manier.
* Meer ondersteuning bieden aan degenen die het meest nodig hebben.
* Combineren van sociale en klimaatdoelstellingen (bv. sociale huisvesting, tewerkstelling in circulaire economie).
### 3.3 De rol van sociaal werk
Sociaal werk speelt een cruciale rol in het aanpakken van klimaatverandering, zowel als directe dienstverlener als door structurele verandering na te streven.
* **Ecosociaal werk:**
* Een holistische aanpak die sociale en ecologische doelen combineert.
* Richt zich op structurele oorzaken van sociaal onrecht en uitbuiting van mens, dier en planeet.
* Benadrukt dat het sociale en ecologische niet los van elkaar gezien kunnen worden.
* Pleegt kritische reflectie op de bestaande maatschappelijke orde en de nadruk op economische groei.
* Hanteert een circulair-inclusieve ethiek: nemen wat men kan teruggeven of regenereren.
* Integrale benadering die individueel welzijn verbindt met ecologische duurzaamheid.
* **Verschillende praktijken binnen sociaal werk:**
* **Therapeutisch sociaal werk:** Gericht op welzijn van individuen en signaleren naar de samenleving.
* **Sociaal ordenend sociaal werk:** Gericht op inpassing in de bestaande sociale orde.
* **Transformationeel sociaal werk:** Gericht op verandering van de samenleving ten gunste van kwetsbare groepen, met nadruk op empowerment en samenwerking.
* **Sociaal werk bij rampen:**
* **Voor de ramp:** Preventie, vorming, voorbereiding, signaleren van structurele verbeteringen en versterken van veerkracht.
* **Tijdens de ramp:** Alertheid voor kwetsbare groepen, organiseren van basisvoorzieningen, eerste psychologische opvang, en aandacht voor genderkwetsbaarheid.
* **Na de ramp:** Aanpakken van psychische, sociale en materiële noden, traumaverwerking, gemeenschapsopbouw en belangenbehartiging.
* **Intersectioneel ecosociaal werk:**
* Houdt rekening met verschillende aspecten van identiteit en privilege (bv. ecofeminisme).
* Pleegt een oproep tot sociale én klimaatrechtvaardigheid.
### 3.4 Ongelijkheid en de economie
Ongelijkheid is een complex fenomeen met zowel negatieve als soms onbedoelde positieve aspecten, en vereist een heroverweging van het economische systeem.
* **Is ongelijkheid een probleem?**
* **Argumenten voor:** Ethische vraagstukken, bedreiging van democratie, polarisatie, en een focus op korte termijn.
* **Argumenten tegen (of nuancering):** Stimulering van groei, bestrijding van extreme armoede.
* **Ongelijkheid in België:**
* Relatief lage inkomensongelijkheid, maar verborgen vermogensongelijkheid.
* Jongere generaties hebben het niet slechter qua inkomen, maar wel qua woningbezit.
* De welvaartsstaat is robuust, maar er is een nood aan een ander economisch systeem.
* **Het Donutmodel van Kate Raworth:**
* Een economisch model dat samenspelt tussen sociale en ecologische uitdagingen.
* Streeft ernaar binnen de "veilige en rechtvaardige zone" te blijven, met respect voor planetaire grenzen en het behalen van sociale doelstellingen voor iedereen.
* Benadrukt de noodzaak van hergebruik van grondstoffen en distributief ontwerp.
* **Degrowth en Groene groei:**
* **Degrowth:** Geplande vermindering van energie- en grondstofgebruik om welzijn te verbeteren en ongelijkheid te verminderen, met focus op menselijk welzijn boven kapitaalaccumulatie.
* **Groene groei:** Economische groei die ecologisch houdbaar is en binnen planetaire grenzen blijft, met nadruk op innovatie en investeringen.
### 3.5 Polarisatie
Polarisatie wordt gedefinieerd als het wij/zij-denken dat voortkomt uit ideologische of affectieve tegenstellingen. Sociaal werk kan hierin een rol spelen door interventies op verschillende niveaus.
* **Soorten polarisatie:**
* **Ideologische polarisatie:** Verschillen in opvattingen of wereldbeelden.
* **Affectieve polarisatie:** Kloof in hoe we over elkaar denken, gebaseerd op identiteit.
* **Oorzaken van polarisatie:**
* Soort democratie (consensus versus meerderheidsdemocratieën).
* Laag vertrouwen in instituties.
* Publiek debat en sociale media die verharding en verscherping van taalgebruik stimuleren.
* **Drie wetmatigheden bij polarisatie:**
* **Gedachteconstructie:** Het creëren van een "wij/zij" beeld dat identiteit versterkt.
* **Brandstof:** Polarisatie wordt aangewakkerd door actoren, sociale media, etc.
* **Gevoelsdynamiek:** Meer polarisatie leidt tot hogere emoties en minder redelijkheid.
* **Rollen binnen polarisatie:** Pusher, Joiner, Silent, Bruggenbouwer, Zondebok.
* **Rol van sociaal werk:** Werken aan sociale cohesie, preventie, interventie (niet bemiddelen in heetste moment), en luisteren naar individuele ervaringen.
### 3.6 Migratie en mensenrechten
Migratie is een complex fenomeen, nauw verbonden met mensenrechten en ongelijkheid, waarbij sociaal werk een rol speelt in het ondersteunen van migranten en vluchtelingen.
* **Mensenrechtenkader:**
* Drie generaties mensenrechten: individuele vrijheidsrechten, individuele gelijkheidsrechten, en collectieve solidariteitsrechten.
* Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) als basis.
* Kritiek op hiërarchie tussen individuele en collectieve rechten, en westerse vertekening.
* Alternatieve benaderingen zoals "Human Rights From Below".
* **Van welvaartsstaat naar risicomaatschappij:**
* De strijd verschuift van verdeling van welvaart naar verdeling van risico's (pandemieën, klimaat, conflicten).
* Enscenering van risico's en de rol van de media.
* **Migratie en ongelijkheid:**
* Internationale migratie is stabiel, maar de richting ervan verandert.
* Ongelijkheid in de wereld en binnen landen speelt een grote rol in migratiemotivaties.
* **De 'vergeten' groepen:** Transmigranten, niet-begeleide minderjarigen, intra-Europese migranten. Hun migratietrajecten zijn complex en dynamisch.
* **Uitdagingen voor sociaal werk:** Administratieve problemen, rigide taalbeleid, methodologisch nationalisme, en de botsing tussen formele dienstverlening en de realiteit van transnationale netwerken. Informeel sociaal werk en burgerinitiatieven vullen hiaten op.
* **Sanctuary Cities:** Steden die ongedocumenteerden beschermen en ondersteunen, zelfs tegen federaal beleid in.
### 3.7 Sociaal werk en de stad
Urbanisatie, suburbanisatie en gentrificatie creëren nieuwe uitdagingen en kansen voor sociaal werk in stedelijke gebieden.
* **Urbanisatie en plattelandsvlucht:**
* De trek van het plattenland naar de stad, met toenemende urbanisatie in Afrika en Azië.
* Oorzaken: verschuiving van werkgelegenheid, mechanisering van landbouw, diensteneconomie, en beschikbaarheid van diensten.
* Gevolgen in de stad: gebrek aan publieke ruimte, milieuproblemen, concentratie van armoede, en veiligheidsgevoelens.
* **Gentrificatie:** Opwaardering van wijken die leidt tot sociale verdringing van kwetsbare bewoners. Sociaal werk tracht regulering van de woningmarkt, huurdersbescherming, investering in sociale woningbouw, en echte participatie te bevorderen.
* **Aankomstwijken:** Buurten waar nieuwkomers terechtkomen, gekenmerkt door goedkope huisvesting en netwerken, maar ook door tijdelijk verblijf en druk op voorzieningen.
* **Sociaal werk en de publieke ruimte:** Streven naar inclusieve publieke ruimtes en het verbinden van oude en nieuwe bewoners.
### 3.8 Veranderende gezinsvormen en vergrijzing
Veranderende gezinsvormen en een vergrijzende bevolking creëren nieuwe sociale uitdagingen waar sociaal werk op moet inspelen.
* **Veranderende gezinsvormen:** Van het kerngezin naar diverse samenlevingsvormen, met specifieke uitdagingen voor alleenstaande ouders (economisch, sociaal, psychologisch).
* **Vergrijzing:** Een toenemend aandeel ouderen in de bevolking met gevolgen voor de betaalbaarheid van pensioenen en sociale zekerheid, krapt op de arbeidsmarkt, en de noodzaak van aangepaste voorzieningen.
* **Ageisme:** Stereotypering, vooroordelen en discriminatie op basis van leeftijd.
### 3.9 Kunstmatige Intelligentie in Sociaal Werk
AI biedt zowel kansen als risico's voor het sociaal werk, en vereist ethische overwegingen en een kritische benadering.
* **Wat is AI?** Systemen die intelligent gedrag vertonen door te analyseren, leren, redeneren en problemen op te lossen, vaak met een zekere mate van autonomie.
* **Soorten AI:** Data-gebaseerde AI en Generatieve AI. Machine Learning en Deep Learning als belangrijke subdomeinen.
* **Mogelijkheden:** Personalisatie van zorg, efficiëntie in administratie, ondersteuning bij besluitvorming, en het identificeren van mensen in nood.
* **Valkuilen en ethische vragen:** Technologie is niet neutraal, risico op bias, desinformatie, ondermijning van vertrouwen, en privacy-kwesties.
* **Regulering:** De Digital Service Act en de AI Act leggen verplichtingen op aan ontwikkelaars om veilige en transparante AI te garanderen, met respect voor fundamentele rechten.
* **De rol van sociaal werk:** Jobs zullen veranderen, waarbij een kritische houding, ethische reflectie en het benutten van discretionaire ruimte cruciaal zijn.
### 3.10 Conclusie: Naar een duurzame en rechtvaardige samenleving
Het aanpakken van klimaatverandering, ongelijkheid en sociale vraagstukken vereist een fundamentele verschuiving naar een ecosociaal werkparadigma, dat sociale rechtvaardigheid en ecologische duurzaamheid integreert. Dit vraagt om een brede samenwerking, structurele veranderingen en een hernieuwde focus op menselijke waardigheid en de rechten van mens, planeet en dier.
---
# Economische systemen en de rol van sociaal werk
Hier is de samenvatting voor het onderwerp "Economische systemen en de rol van sociaal werk":
## 4. Economische systemen en de rol van sociaal werk
Dit hoofdstuk onderzoekt de relatie tussen economische systemen, ongelijkheid en de rol van sociaal werk, met een focus op concepten als donuteconomie, degrowth, groene groei en de impact van globalisering en risicomaatschappijen op sociale rechtvaardigheid.
### 4.1 Ongelijkheid en economische systemen
**4.1.1 Ongelijkheid: een sociaal en economisch probleem**
Ongelijkheid wordt gedefinieerd als een kwestie van eerlijkheid en rechtvaardigheid, waarbij de vraag gesteld wordt welke verschillen aanvaardbaar zijn en hoe arbeid en verdienste beloond worden. Het argument dat kapitaal zichzelf versterkt en macht genereert, ondermijnt democratie en bemoeilijkt het vinden van draagvlak voor klimaatbeleid. Hoewel extreme armoede wereldwijd is gedaald, is de ongelijkheid binnen landen, met name inkomens- en vermogensongelijkheid, toegenomen. In België blijft de inkomensongelijkheid relatief laag dankzij een sterke sociale zekerheid en indexatie van lonen, maar de verdeling van vermogen is minder duidelijk en kan de ongelijkheid vergroten.
**4.1.2 Nieuwe economische modellen**
* **Donuteconomie:** Dit model, voorgesteld door Kate Raworth, stelt een samenspel voor tussen sociale en ecologische uitdagingen. Het doel is om binnen de veilige en rechtvaardige zone van de donut te opereren, die wordt afgebakend door planetaire grenzen aan de buitenkant en universele mensenrechten (sociale fundamenten) aan de binnenkant. Dit model pleit voor regeneratieve en distributieve economische praktijken.
* **Kernprincipes:**
* Veranderen van het doel: van BBP naar de Donut.
* Grotere geheel zien: van een zelfverklaarde markt naar een ingebedde economie.
* Menselijke natuur koesteren: van een rationele economische mens naar een sociale, aanpasbare mens.
* Slim zijn met systemen: van mechanisch evenwicht naar dynamische complexiteit.
* Ontwerpen om te verdelen: distributief ontwerp.
* Genereren door ontwerp: regeneratief ontwerp.
* Groei-agnostisch zijn: niet verslaafd aan groei.
* **Degrowth (Omgroei):** Deze stroming pleit voor een geplande vermindering van energie- en grondstofgebruik om de economie in evenwicht te brengen met de natuur, ongelijkheid te verminderen en menselijk welzijn te verbeteren. De nadruk ligt op het belang van menselijk welzijn boven kapitaalaccumulatie en eindeloze groei. Dit vereist planning en rechtvaardigheid, en bereidt voor op de krimp van materiële consumptie en productie.
* **Groene groei (Ecomodernisme):** Deze stroming stelt dat economische groei nodig is om ecologische en sociale crises aan te pakken. Innovatie en investeringen in duurzame technologieën worden als essentieel beschouwd om binnen planetaire grenzen te blijven. Dit model gelooft dat economische groei en effectieve milieubescherming samengaan.
**4.1.3 Welvaartsstaat naar risicomaatschappij**
De overgang van een welvaartsstaat naar een risicomaatschappij kenmerkt zich door een verschuiving van strijd over verdeling van welvaart naar strijd over de verdeling van risico's (zoals pandemieën, klimaatverandering, internationale conflicten). Bestaande instituties bieden vaak onvoldoende antwoord op deze nieuwe risico's, wat kan leiden tot wantrouwen in de politiek en angst. Geënsceneerde risico's, waarbij bepaalde problemen bewust worden voorgesteld om een zondebok aan te wijzen, spelen hierbij een rol. De gevolgen van deze risico's zijn ongelijk verdeeld, waarbij kwetsbare groepen de grootste last dragen. Het politieke antwoord hierop varieert van welvaartschauvinisme tot restrictief sociaal beleid en een versterkt strafbeleid.
### 4.2 Mensenrechten en sociaal werk
**4.2.1 Kader van mensenrechten**
Mensenrechten worden beschouwd als universeel, met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) als basis voor internationale samenwerking. Landen die de UVRM ondertekenen, verbinden zich ertoe deze rechten te respecteren, beschermen en bevorderen. De UVRM kent drie generaties mensenrechten:
* **Eerste generatie:** Individuele vrijheidsrechten en burgerrechten (vrijheid van meningsuiting, godsdienst, privacy, eerlijk proces).
* **Tweede generatie:** Individuele gelijkheidsrechten, waaronder sociaal-economische en culturele rechten (huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, arbeid). Sociaal werkers komen veelvuldig in contact met deze rechten.
* **Derde generatie:** Collectieve solidariteitsrechten (recht op een gezonde leefomgeving, biodiversiteit, vrede).
**4.2.2 Kritiek en alternatieven**
Er is kritiek op het algemene kader van mensenrechten, met name op de mogelijke hiërarchie tussen individuele en collectieve rechten, en een Westerse vertekening die individuele rechten boven collectieve plaatst. Ook de hypocrisie in de toepassing van rechten (bv. Gaza versus Oekraïne) wordt bekritiseerd. Jim Ife's "Human Rights From Below" legt meer nadruk op andere culturele gebruiken en 7 arena's van mensenrechten (sociaal, economisch, civiel en burgerlijk, cultureel, milieu, spiritueel, overleven), waarbij gemeenschapsontwikkeling centraal staat.
### 4.3 Migratie en sociaal werk
**4.3.1 Migratie: mythe en realiteit**
Het concept van grenzen is een menselijke constructie. Internationale migratie is een stabiel fenomeen (ongeveer 3% van de wereldbevolking), waarbij de meeste migranten binnen hun eigen regio blijven. Migratiestromen zijn echter van richting veranderd, en verschillende wetgevingen en procedures regelen de toegang tot internationale bescherming (vluchtelingenstatus, subsidiaire bescherming) en gezinshereniging. Definities van nieuwkomers, migranten en vluchtelingen zijn belangrijk, terwijl termen als 'economische vluchteling' of 'illegalen' vaak worden gebruikt in een negatieve framing.
**4.3.2 Uitdagingen voor sociaal werk in migratie**
Sociaal werk speelt een rol in het internationale migratiebeleid, maar wordt geconfronteerd met complexe uitdagingen:
* **Juridische en administratieve obstakels:** Verstrenging van gezinshereniging, voorwaardelijke sociale grondrechten en rigide taalbeleid.
* **Methodologisch nationalisme:** Systemen die gericht zijn op de natiestaat en geen rekening houden met internationale netwerken.
* **Informele dienstverlening:** Informele netwerken en burgerinitiatieven vullen vaak de hiaten op in de formele hulpverlening.
* **Zwervende, niet-begeleide minderjarigen:** Deze groep leeft vaak onder de radar, met specifieke noden op het gebied van huisvesting, veiligheid, psychische en medische zorg, en een gebrek aan perspectief.
**4.3.3 Transnationaal sociaal werk**
Transnationaal sociaal werk erkent de complexe realiteit van mensen die over landsgrenzen heen leven en werken. Het focust op het in kaart brengen van netwerken en migratietrajecten, samenwerking met zelforganisaties, en het herdenken van concepten als burgerschap en sociale rechten in een internationale context. Dit vereist culturele competentie en een begrip van zowel nationale als internationale contexten.
### 4.4 Sociaal werk en de stad
**4.4.1 Globale trends: urbanisatie en plattelandsvlucht**
Urbanisatie, de trek van platteland naar stad, is een wereldwijde trend, met een groeiend aantal megasteden. In Vlaanderen vindt sinds de 21e eeuw een hernieuwde aantrekkingskracht van steden plaats (urbanisatie), na een periode van suburbanisatie.
**4.4.2 Gevolgen van urbanisatie in de stad**
Dit leidt tot uitdagingen zoals:
* **Gebrek aan publieke ruimte:** Door verdichting is er minder plaats voor groen en speelruimte.
* **Milieu en leefbaarheid:** Luchtvervuiling en afvalconcentraties.
* **Concentratie van armoede:** Kwetsbare groepen, waaronder mensen zonder wettig verblijf, concentreren zich in steden door anonimiteit, werkgelegenheid en netwerken.
* **Gentrificatie:** Opwaardering van wijken met stijgende huizenprijzen, wat leidt tot sociale verdringing van kwetsbare bewoners en het verlies van hun sociale netwerk en gemeenschapsgevoel.
* **Aankomstwijken:** Buurten waar nieuwkomers terechtkomen, vaak gekenmerkt door goedkope huisvesting, netwerken van landgenoten en een tijdelijk verblijf, wat leidt tot uitdagingen op het gebied van leefbaarheid en investering in de wijk.
**4.4.3 Rol van sociaal werk in de stad**
* **Macro:** Regulering van de woningmarkt, huurdersbescherming, investering in sociale woningbouw, en het eisen van echte participatie van bewoners.
* **Meso:** Het verbinden van oude en nieuwe bewoners, het organiseren van ontmoetingsmomenten, dialoog stimuleren, conflicten bespreekbaar maken, en het bevorderen van collectieve organisatie en basisdemocratie.
* **Micro:** Sensibilisering van bewoners over hun rechten en de veranderingen in de buurt, en het versterken van sociale cohesie.
### 4.5 Generatie, klimaat en sociaal werk
**4.5.1 Vergrijzing en generatiekloof**
De vergrijzing, een toename van het aandeel ouderen in de bevolking, leidt tot economische en sociale uitdagingen, zoals de betaalbaarheid van pensioenen en sociale zekerheid, krapte op de arbeidsmarkt, en een "demografische fuik" waarbij minder werkenden meer ouderen moeten onderhouden. Ageisme (stereotypering, vooroordelen en discriminatie op basis van leeftijd) is hierbij een belangrijk aandachtspunt.
**4.5.2 Klimaatverandering als sociaal-politiek vraagstuk**
Wetenschappelijke consensus toont aan dat menselijke activiteit leidt tot klimaatverandering, met toenemende extreme weersomstandigheden en stijgende zeespiegels. Dit wordt versterkt door afnemende biodiversiteit en overschrijding van planetaire grenzen. Klimaatverandering is onlosmakelijk verbonden met sociale ongelijkheid: kwetsbare groepen dragen de grootste lasten, terwijl de rijksten het meest bijdragen aan de uitstoot.
* **Mitigatie en adaptatie:** Beide zijn noodzakelijk: ingrijpen op de oorzaak (uitstoot verminderen) en omgaan met de gevolgen (aanpassen).
* **Klimaatonrechtvaardigheid:** De ongelijke verdeling van bijdrage aan en gevolgen van klimaatverandering.
* **Rol van sociaal werk:** Actieve hoop cultiveren, kwetsbare groepen ondersteunen, beleid beïnvloeden, en het bevorderen van een rechtvaardige transitie die sociale en klimaatdoelstellingen combineert.
**4.5.3 Ecosociaal werk**
Ecosociaal werk ziet de klimaatcrisis als een sociaal-politiek vraagstuk, waarbij sociale en ecologische doelen worden gecombineerd. Het stelt de bestaande maatschappelijke orde, gericht op economische groei, in vraag en pleit voor een duurzame, sociaal rechtvaardige samenleving die de balans tussen mens en natuur herstelt. Dit omvat het aanpakken van structurele oorzaken van sociaal onrecht, het versterken van kwetsbare groepen én de natuur, en het toepassen van een circulair-inclusieve ethiek.
* **Paradigmaverschuiving:** Ecosociaal werk is geen extra taak, maar een fundamentele verandering in het sociaal werk zelf.
* **Praktijken:** Kan zowel individuele hulpverlening (bv. energieadvies) als collectieve actie (bv. gemeenschapsontwikkeling) omvatten.
**4.5.4 Sociaal werk tijdens en na rampen**
Sociaal werk speelt een cruciale rol in preventie, voorbereiding, crisismanagement en herstel na natuurrampen. Dit omvat het signaleren van kwetsbare groepen, het bieden van psychische en materiële hulp, en het bevorderen van veerkracht bij individuen, organisaties en gemeenschappen.
### 4.6 Artificiële Intelligentie (AI) in sociaal werk
**4.6.1 Wat is AI?**
AI zijn systemen die intelligent gedrag vertonen door te analyseren, leren, redeneren en problemen op te lossen. Ze omvatten machine learning en deep learning, en worden steeds krachtiger in het verwerken van data en het creëren van nieuwe content (generatieve AI).
**4.6.2 Mogelijkheden en valkuilen**
* **Mogelijkheden:** Personalisatie van zorg, efficiëntieverbetering (bv. administratie), preventie, gepersonaliseerd leren en ondersteuning.
* **Valkuilen:** Technologie is niet neutraal en kan bestaande biases versterken (bv. discriminatie). Desinformatie, deepfakes, aantasting van vertrouwen en privacy zijn belangrijke risico's. AI mist empathie en discretionaire ruimte, wat ethische dilemma's oplevert.
**4.6.3 Regulering en ethiek**
Europese regelgeving zoals de Digital Service Act en de AI Act pogen de transparantie, veiligheid en ethische toepassing van AI te waarborgen, met aandacht voor fundamentele rechten en het bestrijden van discriminatie.
**4.6.4 Rol van sociaal werk en AI**
AI zal de rol van sociaal werkers veranderen, met zowel kansen als risico's. Het is essentieel om kritisch te blijven, ethische vragen te stellen en de voordelen en valkuilen van AI af te wegen in de praktijk.
---
# Artificiële intelligentie en de toekomst van sociaal werk
Dit onderwerp verkent de rol van artificiële intelligentie (AI) in de context van sociaal werk, waarbij de potentiële voordelen, risico's en ethische overwegingen worden belicht.
## 5. Artificiële intelligentie en de toekomst van sociaal werk
### 5.1 Wat is artificiële intelligentie?
Artificiële intelligentie (AI) verwijst naar systemen die intelligent gedrag vertonen. Dit omvat het vermogen om de omgeving te analyseren, te leren, te redeneren, problemen op te lossen en taal te begrijpen. Vaak ondernemen deze systemen, op basis van de verzamelde informatie en met een zekere mate van autonomie, acties om specifieke doelen te bereiken. AI stelt computers in staat taken uit te voeren die voorheen als uitsluitend menselijk werden beschouwd.
De ontwikkeling van AI is aangedreven door de toename van opslagcapaciteit, snelheid en rekenkracht, wat de verwerking van grote hoeveelheden data (big data) en het trainen van algoritmen mogelijk maakt. Dit leidt tot **datagebaseerde AI** of **zelflerende AI**.
### 5.2 Evolutie van AI
* **Jaren '50:** De eerste AI-systemen verschenen, gericht op taken zoals dam- en schaakspellen.
* **Jaren '90:** **Machine Learning (ML)** kwam op. Dit is een breder concept dat verwijst naar het vermogen van een computersysteem om te leren van data zonder expliciete programmering, door gebruik te maken van algoritmen en statistische modellen om patronen te identificeren en voorspellingen te doen.
* **Heden:** **Deep Learning (DL)**, een subset van machine learning, is dominant. DL is gebaseerd op kunstmatige neurale netwerken, geïnspireerd door de structuur van het menselijk brein. Door het gebruik van meerdere lagen kunstmatige neurale netwerken excelleert DL in het automatisch extraheren van complexe kenmerken uit data, wat het ideaal maakt voor toepassingen zoals beeld- en spraakherkenning en natuurlijke taalverwerking.
**Tip:** Alle deep learning is machine learning, maar niet alle machine learning is deep learning.
### 5.3 Toepassingen en mogelijkheden van AI in sociaal werk
AI biedt een breed scala aan mogelijkheden voor sociaal werk, waaronder:
* **Intelligente videomonitoring:** Preventie van vallen bij ouderen en minder mobiele personen door het detecteren van patronen die afwijken van normaal gedrag.
* **Robots in woonzorgcentra:** Het overnemen van taken van zorgmedewerkers, wat een oplossing kan bieden voor de personeelstekorten in de zorg. Hoewel robots geduldig kunnen zijn, missen ze empathie en menselijke interactie.
* **Voorspelling en beveiliging:** Het inschatten van de geschiktheid van gedetineerden voor vervroegde vrijlating.
* **Vertaling en communicatie:** Verbeterde vertalingen, inclusief lipsync, met potentieel voor meer oog voor emotie.
* **Personalisatie en gepersonaliseerd leren:** Het afstemmen van leerervaringen op individuele voorkeuren en behoeften, bijvoorbeeld bij het trainen van studenten in gespreksvoering.
* **Ondersteuning bij financiën:** Het ontwerpen van huishoudboekjes en afbetalingsplannen die concrete tips geven.
* **Data-analyse voor risicosignalering:** Het combineren van gegevens om mensen in nood te identificeren en proactieve zorg te bieden (outreachend werken).
* **Gezondheidstracking:** Gebruik van gezondheidstrackers om gegevens te monitoren.
* **Gepersonaliseerde begeleiding:** Systemen zoals IBM's 'Watson' kunnen cliëntinformatie analyseren om gepersonaliseerde aanbevelingen te doen voor werkzoekenden, eenzaamheid tegen te gaan en administratieve lasten te verminderen.
### 5.4 Valkuilen, ethische vragen en risico's van AI
Ondanks de vele mogelijkheden brengt AI ook aanzienlijke risico's en ethische uitdagingen met zich mee:
* **Desinformatie en deepfakes:** De mogelijkheid om realistische, maar valse content te creëren, ondermijnt het vertrouwen en kan de democratie bedreigen.
* **Polarisatie:** AI kan, door het versterken van bestaande denkbeelden en emotionele overtuigingen, bijdragen aan polarisatie en het ontstaan van gemeenschappelijke grond bemoeilijken.
* **Technologie is niet neutraal:** AI-systemen worden getraind op data die bestaande vooroordelen kan bevatten, wat kan leiden tot discriminerende resultaten. Voorbeelden hiervan zijn bias in sollicitatieprocessen of uitkeringssystemen.
* **Gebrek aan discretie en empathie:** AI mist het vermogen tot kritisch nadenken over maatschappelijke veranderingen of het tonen van empathie. Hoewel AI consequent is, kan dit ook een nadeel zijn in situaties die afwijking van regels vereisen.
* **Kwetsbaarheid en privacy:** Het delen van beelden en video's kan leiden tot identiteitsfraude, hacking en psychologische kwetsbaarheid. Zelfs anonieme data kan steeds beter worden 'ontmaskerd'.
* **Beveiliging van gevoelige gegevens:** Gesloten datasystemen en robuuste databescherming zijn cruciaal, zeker met de Europese regelgeving zoals de Digital Service Act en de AI Act.
### 5.5 Wetgeving en regelgeving rond AI
* **Digital Service Act (DSA, 2020):** Deze wet reguleert online platforms, inclusief sociale media, om Europese consumenten en bedrijven weerbaarder te maken. Het vereist transparantie over algoritmes, verbiedt 'dark patterns' en biedt extra bescherming voor minderjarigen.
* **AI Act (vanaf 1 augustus 2024):** Deze Europese verordening stelt eisen aan de veilige en transparante ontwikkeling van AI-toepassingen, met een focus op het vermijden van discriminatie en het respecteren van fundamentele rechten.
### 5.6 De rol van sociaal werk in het tijdperk van AI
AI zal de aard van banen in sociaal werk veranderen. Er zullen banen verdwijnen, maar ook nieuwe bijkomen. Sociaal werkers dienen altijd een kritische houding aan te nemen, ethische vragen te stellen en zowel de voordelen als de valkuilen van AI af te wegen. Het gebruik van **discretionaire ruimte** blijft essentieel om menselijkheid en ethische overwegingen te waarborgen.
Het is cruciaal om:
* **Ethische vragen te blijven stellen:** De technologie is niet neutraal en kan bestaande ongelijkheden versterken.
* **De voordelen en valkuilen af te wegen:** Een gebalanceerde benadering is nodig.
* **Discretionaire ruimte te behouden:** Menselijke oordeelsvorming en empathie blijven onvervangbaar.
Het is van belang om te anticiperen op de veranderingen en de kansen en risico's van AI in sociaal werk te integreren, met behoud van de menselijke kern van de dienstverlening.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Polarisatie | Polarisatie is een proces waarbij de meningen en opvattingen binnen een samenleving of groep steeds verder uiteenlopen, wat leidt tot een grotere afstand en conflict tussen verschillende standpunten of groepen. |
| Ideologische polarisatie | Dit type polarisatie ontstaat door fundamentele verschillen in wereldbeelden, overtuigingen of ideologieën, en leidt tot tegenstellingen in hoe men de wereld interpreteert en bekijkt. |
| Affectieve polarisatie | Affectieve polarisatie verwijst naar de groeiende emotionele kloof en negatieve gevoelens tussen groepen, vaak gebaseerd op identiteit of hoe men over elkaar denkt, wat kan leiden tot sterke weerstand en afkeer. |
| Conflict | Een conflict is een situatie waarin twee of meer partijen tegengestelde belangen, doelen of opvattingen hebben, wat leidt tot spanning, strijd of ruzie; betrokkenen zijn vaak duidelijk herkenbaar en er zijn duidelijke probleminhoudelijke eigenaars. |
| Welvaartsstaat | Een welvaartsstaat is een maatschappelijk systeem waarin de overheid een belangrijke rol speelt in het voorzien van sociale zekerheid en basisvoorzieningen voor haar burgers, zoals gezondheidszorg, onderwijs en pensioenen. |
| Risicomaatschappij | In een risicomaatschappij ligt de focus niet langer primair op de verdeling van welvaart, maar op de verdeling en beheersing van door de mens gecreëerde risico's, zoals pandemieën, klimaatverandering of economische instabiliteit. |
| Mensenrechten | Universele rechten die ieder mens toekomen, ongeacht afkomst, geslacht, religie of andere kenmerken; deze rechten omvatten burgerlijke, politieke, economische, sociale en culturele rechten. |
| UVRM (Universele Verklaring van de Rechten van de Mens) | Een internationaal document uit 1948 dat de basis vormt voor de wereldwijde erkenning en bescherming van mensenrechten en dat als leidraad dient voor internationale samenwerking en wetgeving. |
| Biodiversiteit | De verscheidenheid aan leven op aarde, inclusief de diversiteit binnen soorten, tussen soorten en van ecosystemen, die essentieel is voor de stabiliteit en veerkracht van de planeet. |
| Ecologische voetafdruk | Een maatstaf die aangeeft hoeveel biologisch productieve grond- en wateroppervlakte een individu of bevolkingsgroep nodig heeft om zijn consumptiepatroon en afvalproductie te ondersteunen binnen de draagkracht van de aarde. |
| Mitigatie (klimaat) | Maatregelen die gericht zijn op het verminderen van de oorzaken van klimaatverandering, voornamelijk door het stoppen van de uitstoot van broeikasgassen en het realiseren van een energietransitie. |
| Adaptatie (klimaat) | Maatregelen die genomen worden om de negatieve gevolgen van klimaatverandering te verminderen en zich aan te passen aan de veranderde omstandigheden, zoals het omgaan met extreem weer of stijgende zeespiegels. |
| Donuteconomie | Een economisch model dat streeft naar een 'veilige en rechtvaardige' zone tussen enerzijds de planetaire grenzen (milieu) en anderzijds de sociale fundamenten (basisbehoeften voor iedereen), met als doel welzijn te creëren binnen de draagkracht van de aarde. |
| Degrowth | Een economische stroming die pleit voor een geplande vermindering van energie- en hulpbronnenverbruik om de economie in evenwicht te brengen met de levende wereld, met als doel het menselijk welzijn te verhogen en ongelijkheid te verminderen. |
| Groene groei | Een economische benadering die streeft naar ecologisch houdbare economische groei die binnen de planetaire grenzen blijft en geen grondstoffen uitput, met de overtuiging dat economische groei noodzakelijk is om ecologische en sociale crises aan te pakken door middel van innovatie en investeringen. |
| Artificiële Intelligentie (AI) | Systemen die intelligent gedrag vertonen door hun omgeving te analyseren, te leren, te redeneren en problemen op te lossen, vaak met een zekere mate van autonomie om specifieke doelen te bereiken. |
| Machine Learning (ML) | Een breed concept binnen AI dat verwijst naar het vermogen van computersystemen om te leren van gegevens zonder expliciete programmering, door patronen te identificeren en voorspellingen te maken. |
| Deep Learning (DL) | Een subset van machine learning die gebaseerd is op kunstmatige neurale netwerken met meerdere lagen, geïnspireerd op de structuur van het menselijk brein, en zeer krachtig is bij het extraheren van complexe kenmerken uit gegevens. |
| Desinformatie | Bewust verspreide onjuiste of misleidende informatie, vaak met als doel te manipuleren, te polariseren of wantrouwen te zaaien. |
| Dark patterns | Subtiele ontwerptrucs op digitale platforms, zoals lay-out of plaatsing van content, die gebruikers onbewust richting een bepaalde beslissing duwen, vaak ten gunste van het platform. |
| Ecosociaal werk | Een benadering binnen sociaal werk die sociale rechtvaardigheid en ecologische duurzaamheid integreert, gericht op het versterken van kwetsbare groepen én de natuur, en het aanpakken van structurele oorzaken van sociaal onrecht en uitbuiting. |
| Circulair-inclusieve ethiek | Een ethisch principe dat stelt dat we uit de natuur of van mensen alleen mogen nemen wat we kunnen teruggeven of regenereren, met als doel uitbuiting te voorkomen en sociale rechtvaardigheid en ecologische duurzaamheid te bevorderen. |
| Klimaatonrechtvaardigheid | Het fenomeen waarbij de gevolgen van klimaatverandering onevenredig zwaar vallen voor kwetsbare groepen en armere landen, die er het minst aan hebben bijgedragen, terwijl de rijkere landen en elites de grootste veroorzakers zijn. |
| Participatief rampenplan | Een plan dat tot stand komt met actieve betrokkenheid van burgers en organisaties, met als doel de veerkracht van een gemeenschap te vergroten en voorbereid te zijn op mogelijke rampen of crises. |
| Veerkracht (gemeenschap) | Het vermogen van een gemeenschap om zich aan te passen aan en te herstellen van crises of veranderingen, vaak door middel van samenwerking, burgerinitiatieven en het opbouwen van ecosociale praktijken. |