Cover
ابدأ الآن مجانًا module 3 deel 3.docx
Summary
# Inleiding tot het perifere zenuwstelsel en spinale zenuwen
Het perifere zenuwstelsel vormt de communicatielijn tussen het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) en de rest van het lichaam, inclusief spieren, huid en organen.
## 1. Spinale zenuwen en hun organisatie
Spinale zenuwen verbinden het ruggenmerg met de periferie en ontstaan uit het ruggenmerg via twee specifieke wortels.
### 1.1 Spinale wortels
Elke spinale zenuw heeft een dorsale (achterste) en een ventrale (voorste) wortel.
#### 1.1.1 Radix dorsalis (achterste wortel)
* Bevat uitsluitend sensorische (afferente) zenuwvezels.
* Deze vezels transporteren prikkels vanuit de periferie naar het ruggenmerg.
* De spinale ganglia, die de cellichamen van sensorische neuronen bevatten, bevinden zich op deze wortel.
#### 1.1.2 Radix ventralis (voorste wortel)
* Bevat uitsluitend motorische (efferente) zenuwvezels.
* Deze vezels geleiden signalen vanuit het ruggenmerg naar spieren en klieren.
* De cellichamen van de motorische neuronen zijn gelokaliseerd in de grijze stof van het ruggenmerg.
### 1.2 Spinale zenuwen
Na de fusie van de dorsale en ventrale wortels vormt zich een gemengde spinale zenuw. Deze zenuw splitst zich verder in twee belangrijke takken:
#### 1.2.1 Rami dorsales (achterste takken)
* Innerveren de diepe spieren van de rug.
* Verzorgen de sensorische innervatie van de huid van de rug.
* Bieden innervatie aan structuren rond de wervelkolom.
#### 1.2.2 Rami ventrales (voorste takken)
* Innerveren de romp, de ledematen en de nek.
* Deze takken zijn van cruciaal belang voor de vorming van zenuwplexussen.
## 2. Organisatie van zenuwplexussen
Zenuwplexussen zijn complexe netwerken die ontstaan uit de rami ventrales van spinale zenuwen. In deze netwerken worden zenuwvezels opnieuw verdeeld, wat resulteert in een gedistribueerde innervatie van spieren en huid door vezels die afkomstig zijn uit meerdere ruggenmergsegmenten. Dit zorgt voor redundantie en efficiënte zenuwfunctie.
### 2.1 Belangrijkste zenuwplexussen
* **Plexus cervicalis (C1–C4):** Verzorgt de innervatie van delen van de nek, het middenrif en de huid van het hoofd.
* **Plexus brachialis (C5–T1):** Innerveert de gehele bovenste ledemaat.
* **Plexus lumbalis (L1–L4):** Innerveert de buikwand, heup en de voorzijde van de dij.
* **Plexus sacralis (L4–S3):** Innerveert de bilregio, het been en de voet.
## 3. De plexus sacralis
De plexus sacralis is een uitgebreid netwerk dat de motorische en sensorische innervatie verzorgt voor de bekkengordel en het been.
### 3.1 Oorsprong, ligging en verloop
* **Oorsprong:** Ontstaat uit de ventrale rami van spinale segmenten L4 tot en met S3.
* **Ligging:** Bevindt zich ventraal (aan de voorzijde) van de musculus piriformis.
* **Verloop:** De plexus wordt gevormd door de truncus lumbosacralis (een verbinding tussen L4/L5 en de sacrale zenuwwortels) en de sacrale zenuwwortels zelf.
#### 3.1.1 Bijdrage van de sacrale zenuwwortels
* **Lumbosacrale trunk (L4–L5):** Draagt bij aan de vorming van takken die later de nervus gluteus superior, nervus gluteus inferior en de nervus ischiadicus (eindtak) vormen.
* **Sacrale zenuwwortels (S1–S3):**
* **S1:** Levert vezels aan de nervus gluteus superior, nervus gluteus inferior en de nervus cutaneus femoris posterior. Vormt een belangrijke bijdrage aan de nervus ischiadicus.
* **S2:** Levert vezels aan de nervus gluteus inferior en de nervus cutaneus femoris posterior. Draagt ook bij aan de nervus ischiadicus. Treedt uit via het foramen sacrale pelvinum.
* **S3:** Levert vezels aan de nervus cutaneus femoris posterior en de nervus pudendus. Draagt bij aan de nervus ischiadicus. Treedt ook uit via het foramen sacrale pelvinum.
### 3.2 Zijtakken van de plexus sacralis
#### 3.2.1 Musculaire takken (rr. musculares)
* **Oorsprong:** Direct vanuit de plexus sacralis.
* **Innervering:** Innerveren de diepe bilspieren, waaronder de musculus piriformis, mm. gemelli, musculus obturatorius internus en musculus quadratus femoris. Deze spieren zijn essentieel voor de stabiliteit en beweging van de heup.
#### 3.2.2 Nervus gluteus superior
* **Oorsprong:** L4–S1.
* **Innervering:** Innerveert de musculus gluteus medius, musculus gluteus minimus en de musculus tensor fasciae latae. Deze spieren zijn cruciaal voor heupabductie en bekkenstabilisatie.
* **Pathologie:** Een verlamming van de nervus gluteus superior resulteert in het Trendelenburg-teken, waarbij het bekken aan de niet-standzijde zakt.
#### 3.2.3 Nervus gluteus inferior
* **Oorsprong:** L4–S2.
* **Innervering:** Innerveert de musculus gluteus maximus, de belangrijkste heupextensor.
* **Pathologie:** Verlamming van de nervus gluteus inferior leidt tot moeite met opstaan en traplopen.
#### 3.2.4 Nervus cutaneus femoris posterior
* **Oorsprong:** S1–S3.
* **Sensorische innervatie:** Verzorgt de sensorische input van de huid van de onderste bil en de achterzijde van de dij.
* **Zijtakken:** Omvat de nn. clunium inferiores (lopen naar de bil) en de rr. perineales (innerveren delen van het perineum).
### 3.3 Eindtakken van de plexus sacralis
#### 3.3.1 Nervus ischiadicus
* **Oorsprong:** L4–S3.
* Dit is de grootste zenuw van het menselijk lichaam.
* **Splitsing:** Splitst zich in twee belangrijke eindtakken:
* **Nervus peroneus communis:** Innerveert de spieren aan de laterale zijde van het onderbeen en de voet.
* **Nervus tibialis:** Innerveert de spieren aan de achterzijde van het onderbeen en de voetzool.
## 4. De nervus pudendus
De nervus pudendus is essentieel voor de innervatie van het perineum, de bekkenbodem en de externe anale en uretraal sfincters.
### 4.1 Oorsprong
De ventrale rami van de spinale segmenten S3 en S4.
### 4.2 Zijtakken
* **Ramus muscularis (r.m.) musculus levator ani:** Innerveert de musculus levator ani, een belangrijke bekkenbodemspier.
* **Nn. rectales inferiores:** Verzorgen motorische innervatie van de musculus sphincter ani externus en sensorische innervatie van de huid rond de anus.
* **Nn. Perineales:** Leveren motorische innervatie aan de musculus bulbospongiosus, musculus ischiocavernosus en musculus transversus perinei superficiales. Sensorisch innerveren ze de huid van het scrotum of de labia majora, en de bulbus penis of vestibulum vaginae.
### 4.3 Eindtak
* **N. dorsalis penis / clitoridis:** Verzorgt sensorische innervatie van de corpus cavernosum penis/clitoridis en motorische innervatie van de musculus transversus perinei profundus en musculus sphincter urethrae.
## 5. De plexus coccygeus
Dit is een relatief kleine zenuwplexus die de spieren rond het staartbeen innerveert.
* **Oorsprong:** S4–Co1.
* **Innervering:** Verzorgt motorische innervatie voor de musculus coccygeus en sensorische innervatie voor de huid tussen de anus en het staartbeen.
---
# Organisatie van zenuwplexussen
Zenuwplexussen vormen complexe netwerken van de voorste takken van spinale zenuwen, waarin zenuwvezels opnieuw worden verdeeld om specifieke lichaamsdelen te innerveren.
### 2.1 Principes van zenuwplexusorganisatie
* **Spinale zenuwen en hun oorsprong**: Spinale zenuwen ontstaan uit het ruggenmerg via twee wortels: de radix dorsalis (met sensorische vezels en spinale ganglia) en de radix ventralis (met motorische vezels waarvan de cellichamen in de grijze stof liggen).
* **Vorming van gemengde spinale zenuwen**: Na samenkomen van de dorsale en ventrale wortels ontstaat een gemengde spinale zenuw.
* **Splitsing in takken**: Deze gemengde zenuwen splitsen zich verder in:
* **Rami dorsales**: Deze innerveren de diepe rugspieren, de huid van de rug en structuren rond de wervelkolom.
* **Rami ventrales**: Deze innerveren de romp, ledematen en nek, en zijn cruciaal voor de vorming van zenuwplexussen.
* **Functie van zenuwplexussen**: Zenuwplexussen zorgen ervoor dat spieren en huidvezels ontvangen uit meerdere ruggenmergsegmenten. Dit verhoogt de redundantie en maakt complexe motorische controle mogelijk.
### 2.2 Belangrijkste zenuwplexussen
Er zijn vier hoofdplexussen die de innervatie van de ledematen en delen van de romp verzorgen:
* **Plexus cervicalis**: Ontstaat uit de ventrale rami van de cervicale zenuwen C1–C4. Deze plexus innerveert delen van de nek, het middenrif en de huid van het hoofd.
* **Plexus brachialis**: Ontstaat uit de ventrale rami van de cervicale zenuwen C5–T1. Deze plexus is verantwoordelijk voor de innervatie van de gehele bovenste ledemaat.
* **Plexus lumbalis**: Ontstaat uit de ventrale rami van de lumbale zenuwen L1–L4. Deze plexus innerveert de buikwand, de heup en de voorzijde van de dij.
* **Plexus sacralis**: Ontstaat uit de ventrale rami van de lumbale zenuwen L4 en de sacrale zenuwen L1–S3. Deze plexus innerveert de bilregio, het been en de voet.
### 2.3 De plexus sacralis
De plexus sacralis is primair verantwoordelijk voor de motorische en sensorische innervatie van de bekkengordel en het been.
#### 2.3.1 Oorsprong, ligging en verloop van de plexus sacralis
* **Oorsprong**: De plexus sacralis wordt gevormd door de ventrale rami van de lumbale zenuw L4 en de sacrale zenuwen S1–S3.
* **Ligging**: De plexus ligt ventraal (aan de voorzijde) van de musculus piriformis in het bekken.
* **Verloop**:
* **Truncus lumbosacralis**: Een bundel die ontstaat uit de rami ventrales van L4–L5 en zich voegt bij de sacrale zenuwen. Deze bundel draagt bij aan de vorming van de plexus sacralis en uiteindelijk aan de nervus ischiadicus.
* **Bijdragen van de sacrale zenuwwortels**:
* **S1**: Draagt bij aan de nervus gluteus superior en de nervus gluteus inferior, en aan de nervus cutaneus femoris posterior. Cruciaal voor de vorming van de nervus ischiadicus.
* **S2**: Levert vezels aan de nervus gluteus inferior, de nervus cutaneus femoris posterior en draagt bij aan de nervus ischiadicus.
* **S3**: Levert vezels aan de nervus cutaneus femoris posterior, de nervus pudendus en draagt bij aan de nervus ischiadicus.
#### 2.3.2 Zijtakken van de plexus sacralis
* **Musculaire takken (rr. musculares)**: Deze takken ontspringen direct uit de plexus sacralis en innerveren de diepe bilspieren zoals de musculus piriformis, de musculus gemelli, de musculus obturatorius internus en de musculus quadratus femoris. Deze spieren zijn essentieel voor de rotatie en stabilisatie van de heup.
* **Nervus gluteus superior**: Ontstaat uit L4–S1. Innerveert de musculus gluteus medius, musculus gluteus minimus en musculus tensor fasciae latae. Deze spieren zijn verantwoordelijk voor heupabductie en stabilisatie van het bekken.
> **Tip**: Een verlamming van de nervus gluteus superior leidt tot het Trendelenburg-teken, waarbij het bekken aan de niet-standzijde zakt tijdens het staan op één been.
* **Nervus gluteus inferior**: Ontstaat uit L4–S2. Innerveert de musculus gluteus maximus, de belangrijkste heupextensor.
> **Tip**: Verlamming van de nervus gluteus inferior bemoeilijkt opstaan en traplopen aanzienlijk.
* **Nervus cutaneus femoris posterior**: Ontstaat uit S1–S3. Verzorgt de sensorische innervatie van de huid van de onderste bil en de achterzijde van de dij. Deze zenuw heeft ook kleinere takken (nn. clunium inferiores en rr. perineales) die delen van het perineum innerveren.
#### 2.3.3 Eindtakken van de plexus sacralis
* **Nervus ischiadicus**: Dit is de grootste zenuw van het lichaam en ontstaat uit de segmenten L4–S3. De nervus ischiadicus splitst zich uiteindelijk in twee belangrijke takken:
* **Nervus peroneus communis**: Innerveert de spieren aan de laterale zijde van het onderbeen en de voet.
* **Nervus tibialis**: Innerveert de spieren aan de achterzijde van het onderbeen en de voetzool.
### 2.4 De nervus pudendus
De nervus pudendus is een belangrijke zenuw die het perineum, de bekkenbodem en de externe sluitspieren innerveert.
#### 2.4.1 Oorsprong en zijtakken
* **Oorsprong**: Ontstaat uit de ventrale rami van S3–S4.
* **Zijtakken**:
* **Ramus muscularis (r.m.) musculus levator ani**: Innerveert de musculus levator ani, een cruciale bekkenbodemspier.
* **Nn. rectales inferiores**: Verzorgen motorische innervatie van de musculus sphincter ani externus (externe anale sluitspier) en sensorische innervatie van de huid rond de anus.
* **Nn. Perineales**: Deze takken zijn motorisch en innerveren spieren zoals de musculus bulbospongiosus, musculus ischiocavernosus en musculus transversus perinei superficiales. Sensorisch innerveren ze de huid van het scrotum of de labia majora, de bulbus penis of vestibulum vaginae.
#### 2.4.2 Eindtak van de nervus pudendus
* **N. dorsalis penis / clitoridis**: Deze eindtak verzorgt sensorische innervatie van de corpus cavernosum van de penis of clitoris. Motorisch innerveert het de musculus transversus perinei profundus en de musculus sphincter urethrae.
### 2.5 De plexus coccygeus
Dit is een kleine zenuwplexus die de spieren rond het staartbeen (coccyx) innerveert.
* **Oorsprong**: Ontstaat uit de ventrale rami van S4–Co1.
* **Innervatie**: Verzorgt motorische innervatie van de musculus coccygeus en sensorische innervatie van de huid tussen de anus en het staartbeen.
---
# De plexus sacralis en zijn takken
De plexus sacralis verzorgt de motorische en sensorische innervatie van de bekkengordel en het been, waarbij hij ontstaat uit de ventrale rami van de spinale zenuwen L4 tot en met S3.
### 2.1 Oorsprong, ligging en verloop
De plexus sacralis ontstaat uit de ventrale rami van de spinale zenuwwortels L4–S3. Deze plexus bevindt zich gelegen aan de ventrale zijde (voorkant) van de musculus piriformis. De vorming van de plexus geschiedt via de truncus lumbosacralis (voortzetting van de ventrale rami van L4 en L5) en de ventrale rami van de sacrale zenuwen S1, S2 en S3.
* **Truncus lumbosacralis:** Deze draagt bij aan de vorming van de plexus en levert vezels aan de nervus gluteus superior, de nervus gluteus inferior en de nervus ischiadicus.
* **Zenuwwortel S1:** Deze levert vezels aan de nervus gluteus superior, de nervus gluteus inferior en de nervus ischiadicus.
* **Zenuwwortel S2:** Deze levert vezels aan de nervus gluteus inferior, de nervus cutaneus femoris posterior en draagt bij aan de nervus ischiadicus. De nervus gluteus inferior en de nervus cutaneus femoris posterior treden uit via het foramen sacralis pelvinum.
* **Zenuwwortel S3:** Deze levert vezels aan de nervus cutaneus femoris posterior en de nervus pudendus, en draagt bij aan de nervus ischiadicus. De nervus cutaneus femoris posterior en de nervus pudendus treden uit via het foramen sacralis pelvinum.
De twee belangrijkste eindtakken die voortkomen uit de plexus sacralis zijn de nervus peroneus communis (L4–S2) en de nervus tibialis (L4–S3), die samen de nervus ischiadicus vormen.
### 2.2 Zijtakken van de plexus sacralis
De plexus sacralis heeft zowel musculaire zijtakken die rechtstreeks uit de plexus ontspringen als specifieke zenuwen met hun eigen verzorgingsgebied.
#### 2.2.1 Musculaire takken (rr. musculares)
Deze takken innerveren de diepe bilspieren, waaronder:
* Musculus piriformis: Verantwoordelijk voor externe rotatie en stabilisatie van de heup.
* Musculi gemelli (superior en inferior): Helpen bij de externe rotatie van de heup.
* Musculus obturatorius internus: Draagt bij aan de externe rotatie van de heup.
* Musculus quadratus femoris: Een krachtige externe rotator van de heup.
#### 2.2.2 Nervus gluteus superior
* **Oorsprong:** L4–S1
* **Innervering (motorisch):** Musculus gluteus medius en musculus gluteus minimus (belangrijke heupabductoren die het bekken stabiliseren tijdens het lopen) en de musculus tensor fasciae latae (helpt bij stabilisatie van de heup en knie).
* **Pathologie:** Een verlamming van de nervus gluteus superior kan leiden tot het Trendelenburg-teken, waarbij het bekken naar de niet-belaste zijde wegzakt tijdens het staan op één been.
#### 2.2.3 Nervus gluteus inferior
* **Oorsprong:** L4–S2
* **Innervering (motorisch):** Musculus gluteus maximus, de belangrijkste spier voor heupextensie.
* **Pathologie:** Verlamming van de nervus gluteus inferior bemoeilijkt opstaan vanuit een zittende positie en traplopen.
#### 2.2.4 Nervus cutaneus femoris posterior
* **Oorsprong:** S1–S3
* **Innervering (sensibel):** De huid van de onderste bilregio en de achterzijde van het dijbeen.
* **Zijtakken:**
* Nervi clunium inferiores: Lopen rond de onderrand van de musculus gluteus maximus en bekken craniaalwaarts naar de bil.
* Rami perineales: Innerveren delen van het perineum.
### 2.3 Eindtak: Nervus ischiadicus
De nervus ischiadicus is de grootste zenuw van het menselijk lichaam en ontstaat uit de ventrale rami van L4–S3. Deze zenuw loopt naar het been en splitst zich uiteindelijk in twee belangrijke takken:
* **Nervus peroneus communis:** Innerveert de musculatuur aan de laterale zijde van het onderbeen en de voet.
* **Nervus tibialis:** Innerveert de musculatuur aan de achterzijde van het onderbeen en de voetzool.
### 2.4 Nervus pudendus
Hoewel niet strikt een directe eindtak van de plexus sacralis in de zin van het been, is de nervus pudendus een belangrijke zenuw die voortkomt uit de ventrale rami van S3–S4 en het bekkengebied innerveert.
* **Oorsprong:** Ventrale rami van S3–S4.
* **Innervering:** Verzorgt de motorische en sensorische innervatie van het perineum, de bekkenbodem en de externe anale sfincter.
* **Zijtakken:**
* Ramus muscularis voor de musculus levator ani (een belangrijke bekkenbodemspier).
* Nervi rectales inferiores: Motorisch voor de musculus sphincter ani externus en sensibel voor de huid rond de anus.
* Nervi perineales: Motorisch voor de musculus bulbospongiosus, musculus ischiocavernosus en musculus transversus perinei superficiales. Sensibel voor de huid van het scrotum (mannen) of de grote schaamlippen (vrouwen), de bulbus penis (mannen) of vestibulum vaginae (vrouwen).
* **Eindtak:** Nervus dorsalis penis (mannen) of clitoridis (vrouwen), die het corpus cavernosum innerveert en bijdraagt aan de motorische innervatie van de musculus transversus perinei profundus en musculus sphincter urethrae.
### 2.5 Plexus coccygeus
Dit is een kleine zenuwplexus die de spieren rond het staartbeen innerveert.
* **Oorsprong:** S4–Co1.
* **Innervering:** Motorisch voor de musculus coccygeus en sensibel voor de huid tussen de anus en het staartbeen.
> **Tip:** Het is essentieel om de oorsprong (welke spinale zenuwwortels) en de eindbestemming (welke spieren/huidgebieden) van elke zenuw uit de plexus sacralis te onthouden. Teken de plexus uit om de relatieve posities en de vertakkingen beter te visualiseren. Let op de specifieke pathologieën die geassocieerd zijn met de nervus gluteus superior en inferior, aangezien deze klinisch relevant zijn.
---
# De nervus pudendus en plexus coccygeus
Dit omvat de innervatie van het perineum, de bekkenbodem door de nervus pudendus, en de spieren rond het staartbeen door de plexus coccygeus.
### 3.1 De nervus pudendus
De nervus pudendus is de belangrijkste zenuw die het perineum, de bekkenbodemspieren en de externe sluitspieren innerveert.
#### 3.1.1 Oorsprong en verloop
De nervus pudendus ontstaat uit de ventrale rami van de spinale zenuwwortels S3 en S4. Vervolgens verlaat deze zenuw het bekken via het foramen infrapiriforme, loopt om de spina ischiadica heen en treedt het bekken weer binnen via het foramen ischiadicum minus. Daarna verplaatst de nervus pudendus zich naar het perineum.
#### 3.1.2 Zijtakken van de nervus pudendus
De nervus pudendus heeft diverse zijtakken die specifieke structuren innerveren:
* **Ramus muscularis (r.m.) musculus levator ani:** Deze tak innerveert de musculus levator ani, een cruciale spier van de bekkenbodem.
* **Nervi rectales inferiores:** Deze zenuwen hebben een dubbele functie:
* **Motorisch:** Ze innerveren de musculus sphincter ani externus, de externe anale sluitspier.
* **Sensorisch:** Ze verzorgen de sensorische innervatie van de huid rond de anus.
* **Nervi perineales:** Deze takken verzorgen zowel motorische als sensorische innervatie:
* **Motorisch:** Ze innerveren de musculus bulbospongiosus, de musculus ischiocavernosus en de musculus transversus perinei superficiales.
* **Sensorisch:** Ze innerveren de huid van het scrotum bij mannen en de labia majora bij vrouwen, evenals de bulbus penis en het vestibulum vaginae.
#### 3.1.3 Eindtak van de nervus pudendus
* **Nervus dorsalis penis/clitoridis:** Dit is de eindtak van de nervus pudendus en heeft zowel sensorische als motorische functies:
* **Sensorisch:** Innerveert de glans penis, de corpus cavernosum penis bij mannen en de clitoris en corpus cavernosum clitoridis bij vrouwen.
* **Motorisch:** Innerveert de musculus transversus perinei profundus en de musculus sphincter urethrae, de diepe dwarsperineale spier en de externe urethrale sluitspier.
> **Tip:** De nervus pudendus is essentieel voor de controle over de continentie (zowel urine als ontlasting) en speelt een sleutelrol bij seksuele functies. Schade aan deze zenuw kan leiden tot incontinentie, pijn (pudendusneuralgie) en seksuele disfunctie.
### 3.2 De plexus coccygeus
De plexus coccygeus is een kleine zenuwplexus die zich bevindt in de regio van het staartbeen.
#### 3.2.1 Oorsprong
Deze plexus ontstaat uit de spinale zenuwwortels S4 en de staartbeenzenuw (Co1).
#### 3.2.2 Innervatie
De plexus coccygeus innerveert:
* **Motorisch:** De musculus coccygeus, een kleine spier die het staartbeen ondersteunt.
* **Sensorisch:** De huid tussen de anus en het staartbeen.
> **Example:** De innervatie door de plexus coccygeus is relatief beperkt, maar draagt bij aan de proprioceptie en sensorische input vanuit het gebied rond het staartbeen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Perifere zenuwstelsel | Het deel van het zenuwstelsel dat alle zenuwen buiten de hersenen en het ruggenmerg omvat, verantwoordelijk voor de communicatie tussen het centrale zenuwstelsel en de rest van het lichaam. |
| Spinale zenuwen | Gemengde zenuwen die ontstaan uit het ruggenmerg door de samensmelting van een sensorische achterste wortel en een motorische voorste wortel. |
| Radix dorsalis (achterste wortel) | De wortel van een spinale zenuw die sensorische (afferente) zenuwvezels bevat die signalen van de periferie naar het ruggenmerg geleiden; hierop bevinden zich de spinale ganglia. |
| Spinale ganglia | Zenuwknopen die de cellichamen van sensorische neuronen bevatten en zich op de radix dorsalis van spinale zenuwen bevinden. |
| Radix ventralis (voorste wortel) | De wortel van een spinale zenuw die motorische (efferente) zenuwvezels bevat die signalen van het ruggenmerg naar spieren en klieren sturen; de cellichamen liggen in de grijze stof van het ruggenmerg. |
| Rami dorsales (achterste takken) | De takken van een spinale zenuw die de diepe rugspieren, de huid van de rug en structuren rond de wervelkolom innerveren. |
| Rami ventrales (voorste takken) | De takken van een spinale zenuw die de romp, ledematen en nek innerveren en waaruit zenuwplexussen gevormd worden. |
| Zenuwplexussen | Netwerken gevormd door de rami ventrales van spinale zenuwen, waarin zenuwvezels worden herverdeeld om de innervatie van spieren en huid te garanderen met bijdragen uit meerdere ruggenmergsegmenten. |
| Plexus sacralis | Een belangrijke zenuwplexus gevormd uit de ventrale rami van L4–S3, die de bekkengordel, bilregio, het been en de voet innerveert. |
| Truncus lumbosacralis | Een bundel zenuwvezels gevormd door de rami ventrales van L4 en L5, die bijdraagt aan de vorming van de plexus sacralis en de nervus ischiadicus. |
| Nervus ischiadicus | De grootste zenuw van het lichaam, ontstaan uit de eindtakken van de plexus sacralis (L4–S3), die zich splitst in de nervus peroneus communis en de nervus tibialis. |
| Nervus pudendus | Een zenuw die voortkomt uit de ventrale rami S3–S4 en het perineum, de bekkenbodemspieren en de externe sluitspieren innerveert. |
| Plexus coccygeus | Een kleine zenuwplexus die ontstaat uit S4–Co1 en de spieren en huid rond het staartbeen innerveert. |