Cover
ابدأ الآن مجانًا int recht les 9.pptx
Summary
# Economische betrekkingen beheerst door het recht
Dit onderwerp onderzoekt de naoorlogse intentie om internationale economische betrekkingen te structureren via juridische kaders, de inherente ongelijkheden in de internationale financiële instellingen, en de kritiek op de vermeende depolitisering van het economisch recht.
### 1.1 Internationaal recht en machtsverhoudingen
Na de Tweede Wereldoorlog ontstond het idee om de internationale economische orde te beheersen door middel van recht, in plaats van louter machtsverhoudingen. Hoewel dit idee vandaag deels achterhaald is, blijft het de basis vormen van veel internationale economische structuren.
#### 1.1.1 Erkenning van ongelijkheden
Instellingen zoals de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) werken met een systeem van gewogen stemmen, waarbij de omvang van de financiële inbreng de stemkracht bepaalt. Dit systeem erkent en verankert bestaande ongelijkheden. De Wereldhandelsorganisatie (WTO) hanteert bijvoorbeeld positieve discriminatie voor ontwikkelingslanden, wat een vorm van erkenning van bestaande dispariteiten is.
#### 1.1.2 ‘Gedepolitiseerde’ betrekkingen?
Een centraal dogma binnen het internationaal economisch recht is de bewering dat het "niet aan politiek doet". Echter, recht is inherent politiek. De bescherming van investeerders is bijvoorbeeld een politieke keuze die prioriteit geeft aan hun belangen boven die van burgers of gaststaten. De liberale wereldorde legt de nadruk op de efficiëntie van vrijhandel, waarbij alles wat deze efficiëntie belemmert als "politiek" wordt bestempeld.
> **Tip:** De intuïtieve afwijzing van "politiek" in economische arbitrage, zoals geïllustreerd door het Vattenfall-arrest, benadrukt de spanning tussen economische efficiëntie en politieke besluitvorming binnen de rechtsstaat.
### 1.2 Bestrijding van protectionisme en ’falende’ staatsinstellingen
Een kernstreven van de naoorlogse economische orde was de bestrijding van protectionisme, zowel aan de grens als op de interne markt, en op monetair gebied.
#### 1.2.1 Protectionisme
Protectionisme, in de vorm van invoerheffingen, interne marktbelemmeringen (zoals non-tarifaire handelsbelemmeringen), en monetaire devaluatie, werd gezien als een oorzaak van economische crises en een potentiële aanjager van conflicten. De opvatting was dat economische integratie en openheid oorlogen konden voorkomen. De strijd tegen protectionisme is een gedeelde doelstelling van zowel de WTO als het IMF.
#### 1.2.2 ‘Falende’ staatsinstellingen
Termen als "falende staatsinstellingen" worden vaak gebruikt om situaties te beschrijven waarin nationale rechtbanken te traag werken, onvoldoende rechtszekerheid bieden, of voortdurend wetgeving wijzigen. Deze kritiek op het falen van staten om de "private liberale economie" efficiënt te faciliteren, opent de deur voor internationaal recht om de interne werking van staten te beïnvloeden.
> **Voorbeeld:** Internationale economische actoren kunnen zich bemoeien met de interne werking van een staat wanneer zij stellen dat wijzigingen in milieu- of klimaatwetgeving de legitieme verwachtingen van investeerders schaden, of wanneer de traagheid van rechtbanken niet voldoet aan de normen van een "billijk proces".
De kritiek hierop is dat deze benadering selectief is en zich richt op economische actoren, terwijl de middelen die worden ingezet om bijvoorbeeld rechtbanken te verbeteren, ten koste kunnen gaan van andere publieke diensten.
### 1.3 Bevordering van ontwikkeling
Na WOII werd de Wereldbank opgericht met het oog op de wederopbouw van Europa. Toen dit traject te traag verliep en het communisme opkwam, verschoof de focus naar ontwikkelingslanden.
#### 1.3.1 Visie op ontwikkeling
De naoorlogse visie op ontwikkeling, vaak omschreven als "bricks and mortar" (stenen en mortel), was sterk gericht op de opbouw van infrastructuur en de ontwikkeling van een liberale economie. Dit model had echter ook gevolgen voor mensenrechten, zoals gedwongen verhuizingen en het verlies van leefomgevingen en traditionele vaardigheden.
> **Tip:** De ontwikkeling in de zin van "bricks and mortar" kan aanzienlijke gevolgen hebben voor de mensenrechten van lokale gemeenschappen en inheemse volkeren.
#### 1.3.2 Liberale en welvaartsgemeenschap
De bevordering van ontwikkeling was sterk gericht op het creëren van een liberale gemeenschap en een welvaartsgemeenschap, waarbij de belangen van ontwikkelingslanden werden gekoppeld aan die van het Westen, zoals de levering van materiaal en de exploratie van nieuwe markten.
### 1.4 Bescherming van soevereine keuzes?
Een veelgehoorde stelling binnen het economisch recht is dat staten vrij zijn om soevereine keuzes te maken in niet-economische aangelegenheden. Dit wordt vaak benadrukt door het Hof van Justitie met betrekking tot internationale investerings- en handelsakkoorden, waarbij gesteld wordt dat Europa vrij is om zijn sociale welvaart en culturele identiteit te beschermen.
#### 1.4.1 Kritiek op de vermeende vrijheid
Critici stellen echter dat dit systeem een wereldwijd economisch liberalisme verankert. Hoewel staten zogezegd vrij zijn om hun beschermingsniveaus te bepalen, leidt wereldwijde concurrentie tot een "race to the bottom", waarbij bedrijven dreigen te verhuizen naar landen met lagere normen en belastingen. Dit wordt versterkt door de liberalisering van de wereldhandel.
> **Voorbeeld:** Bedrijven verplaatsen hun productie naar landen met lagere milieunormen, wat leidt tot fenomenen als "carbon leakage", sweatshops, kinderarbeid en instortende fabrieken, ondanks de beweerde soevereiniteit van staten om hun normen te bepalen.
Een alternatief systeem zou universele milieu- en sociale normen vereisen om eerlijke concurrentie te waarborgen.
### 1.5 Investeringen
Internationaal investeringsrecht beoogt de bescherming van directe buitenlandse investeringen, die substantieel meer risico's inhouden dan internationale handel. Investeerders brengen hun kapitaal naar een vreemde jurisdictie en zijn afhankelijk van de lokale regelgeving en politieke stabiliteit.
#### 1.5.1 Ratio legis van investeringsrecht
* **Investering in vreemde jurisdictie:** Investeerders lopen risico's zoals onteigening, administratieve druk en politieke instabiliteit. Investeringsrecht biedt extra bescherming vanwege dit verhoogde risico, in tegenstelling tot handel waarbij goederen worden verzonden zonder dat de handelaar zich permanent in het buitenland vestigt.
* **Investering en economische ontwikkeling:** Directe investeringen dragen bij aan de lokale economie door het creëren van werkgelegenheid, de lokale inkoop van goederen en diensten, en het betalen van belastingen. Dit is een voorwaarde voor "echte" ontwikkeling, in tegenstelling tot kortetermijn speculatie op aandelenmarkten.
* **Reciprociteit: van fictie tot realiteit:** Verdragssystemen zijn formeel wederkerig, maar in de praktijk was de wederkerigheid vaak een fictie omdat landen met een kleinere economie nauwelijks investeringen deden in grotere economieën. Met de economische verschuivingen wordt deze reciprociteit echter steeds reëler.
#### 1.5.2 Materieel en procedureel recht
Investeringsrecht omvat zowel materiële beschermingsnormen (zoals eerlijke en billijke behandeling, volledige veiligheid en bescherming, nationale behandeling en meestbegunstigingsclausule) als procedurele regels die leiden tot investeringsarbitrage.
#### 1.5.3 Instrumenten van investeringsbescherming
* **Bilateraal:** Duizenden bilaterale investeringsverdragen (BITs) vormen de klassieke basis van investeringsrecht.
* **Multilateraal:** Hoewel er minder multilaterale verdragen zijn, worden investeringshoofdstukken steeds vaker opgenomen in algemene handelsverdragen (bv. CETA tussen de EU en Canada).
* **Nationaal:** Nationale investeringscodes kunnen unilateraal vergelijkbare bescherming bieden als verdragen.
#### 1.5.4 Materieel investeringsrecht
* **Onteigening (rechtstreeks en onrechtstreeks):** Onteigening is toegestaan onder voorwaarden: wettelijke procedure, niet-discriminatoir, en met betaling van een billijke, promptte en effectieve schadevergoeding in converteerbare munt. "Kruipende onteigening" door herhaalde inmenging wordt ook gereguleerd. Recente ontwikkelingen hebben echter de interpretatie van onrechtstreekse onteigening beperkt, met name wanneer het gaat om proportionele, niet-discriminatoire maatregelen ter bescherming van volksgezondheid of milieu.
* **Fair & Equitable Treatment (FET):** Deze standaard omvat beginselen van behoorlijk bestuur, zoals een billijk proces en transparantie. In de praktijk werd FET soms ruim geïnterpreteerd ter bescherming van "legitieme verwachtingen" van investeerders. Nieuwe verdragsteksten beperken dit nu en stellen expliciet dat FET de staat niet belet om maatregelen te nemen ter bescherming van milieu of volksgezondheid.
#### 1.5.5 Police Powers Doctrine
Deze doctrine erkent de bevoegdheid van staten om regelgevend op te treden ter bescherming van publieke belangen zoals milieu en sociale betrekkingen, zonder dat dit automatisch als een schending van investeringsrechten wordt beschouwd. Jurisdictionele controle blijft beperkt tot marginale toetsing.
#### 1.5.6 Geschillenbeslechting
* **Van kanonneerdiplomatie naar arbitrage:** De evolutie gaat van het gebruik van militaire macht door staten (kanonneerdiplomatie) naar diplomatieke bescherming, en uiteindelijk naar investeringsarbitrage, die in abstracto gelijkheid tussen investeerder en staat zou moeten garanderen.
* **ICSID (International Centre for Settlement of Investment Disputes):** Dit centrum beheert investeringsarbitragezaken. Een belangrijk kenmerk is dat bevoegdheid kan ontstaan uit bilaterale investeringsverdragen (IIAs) zonder een directe arbitrageclausule in het contract tussen investeerder en staat ("arbitrage without privity"). Dit biedt bescherming aan kleinere investeerders, maar kan ook leiden tot arbitrageprocedures tegen staten die zich niet bewust waren van de specifieke investeerder.
* **Effect van uitspraken:** ICSID-uitspraken zijn zelfstandig en kunnen alleen via een interne vernietigingsprocedure worden aangevochten. Nationale rechtbanken kunnen een ICSID-uitspraak niet annuleren of inhoudelijk toetsen.
#### 1.5.7 Kritiek op arbitrage en hervormingsvoorstellen
Er is aanzienlijke kritiek op investeringsarbitrage, onder meer vanwege vermeende partijdigheid van arbiters, een professionele kaste van arbiters met eigen belangen, en het unilaterale karakter van geschillenbeslechting (enkel investeerders kunnen zaken aanspannen).
* **UNCITRAL Working Group III:** Deze werkgroep onderzoekt hervormingen, waaronder de mogelijke invoering van een plurilaterale investeringsrechtbank in plaats van arbitrage.
* **Plurilaterale investeringsrechtbank:** Dit zou de theoretische onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechters kunnen waarborgen, in tegenstelling tot de huidige situatie waarin investeerders zelf arbiters kunnen benoemen.
> **Tip:** Het principe "justice must be seen to be done" is cruciaal bij het beoordelen van de legitimiteit van investeringsarbitrage. Het beeld van een systeem dat enkel door investeerders wordt gevoed, kan leiden tot een indruk van partijdigheid.
### 1.6 Handel (WTO)
De Wereldhandelsorganisatie (WTO) reguleert de internationale handel in goederen, diensten en intellectuele eigendom, met als doel protectionisme te bestrijden en een transparant en voorspelbaar handelskader te bieden.
#### 1.6.1 GATT (General Agreement on Tariffs and Trade)
Het GATT reguleert de handel in goederen, met principes zoals de meestbegunstigingsclausule (art. I) en nationale behandeling (art. III). Uitzonderingen zijn voorzien voor specifieke omstandigheden (art. XIX-XXI) en voor vrijhandelszones en douane-unies (art. XIV).
#### 1.6.2 GATS (General Agreement on Trade in Services) en TRIPS (Trade-Related Aspects of Intellectual Property Rights)
Deze overeenkomsten breiden de handelsregels uit naar diensten en intellectuele eigendom, met de dubbele ratio legis van bescherming van rechten en het garanderen van procedures, inclusief specifieke uitzonderingen.
#### 1.6.3 WTO: geschillenbeslechting
Het systeem van geschillenbeslechting binnen de WTO omvat "panels" en het "Appellate Body". De uitvoering van uitspraken kan leiden tot naleving, compensatie of retorsies. Het systeem is ontworpen om blokkades te voorkomen en naleving te waarborgen.
### 1.7 Ontwikkeling en armoede (Multilaterale Ontwikkelingsinstellingen)
De Wereldbankgroep, bestaande uit vijf instellingen (IBRD, IDA, IFC, MIGA, ICSID), speelt een centrale rol in internationale ontwikkeling en armoedebestrijding.
#### 1.7.1 De Wereldbankgroep
* **IBRD (International Bank for Reconstruction and Development):** Financiert leningen voor middeninkomenslanden.
* **IDA (International Development Association):** Biedt leningen met zeer lage rentes en lange looptijden aan de armste landen.
* **IFC (International Finance Corporation):** Doet rechtstreekse investeringen in projecten om privaat kapitaal aan te trekken.
* **MIGA (Multilateral Investment Guarantee Agency):** Verzekert investeringen tegen politieke risico's.
* **ICSID (International Centre for Settlement of Investment Disputes):** Faciliteert investeringsgeschillenbeslechting via arbitrage.
> **Tip:** De Wereldbank functioneert door kapitaal van lidstaten te gebruiken als garantie, terwijl het zelf leent op de private markt tegen lage rentes, die het vervolgens doorleent aan ontwikkelingslanden tegen hogere rentes.
#### 1.7.2 Visie op ontwikkeling en armoedebestrijding
De oorspronkelijke visie op ontwikkeling was sterk gericht op economische groei ("bricks and mortar"). Hoewel de Wereldbank zich nu richt op duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's), blijft internationaal recht primair gericht op economische ontwikkeling en niet direct op armoedebestrijding, mede door de beperkingen van staatssoevereiniteit.
#### 1.7.3 Armoede en mensenrechten
Mensenrechten bieden een kader om de soevereiniteit van staten te doorbreken en individuen direct aan te spreken. Echter, de verantwoordelijkheid voor mensenrechten blijft grotendeels bij de staat liggen, wat de directe aanpak van mondiale armoedeproblemen bemoeilijkt.
> **Voorbeeld:** Absolute armoede betreft het gebrek aan basisbehoeften, terwijl relatieve armoede duidt op sociale uitsluiting, wat kan leiden tot maatschappelijke onrust en politieke instabiliteit.
Internationaal recht wordt gezien als een minder effectief instrument voor armoedebestrijding dan voor economische ontwikkeling.
---
# Internationaal investeringsrecht
Hier is een gedetailleerde studiehandleiding over Internationaal investeringsrecht, gebaseerd op de verstrekte documentatie:
## 2. Internationaal investeringsrecht
Dit deel van het internationaal economisch recht richt zich op de ratio legis achter investeringsbescherming, de materiële en procedurele regels, en de kritiek op het huidige systeem van investeringsarbitrage.
### 2.1 De ratio legis van investeringen
De kern van het internationaal investeringsrecht ligt in de erkenning dat investeringen in een vreemde jurisdictie inherente risico's met zich meebrengen die verder gaan dan die van internationale handel.
#### 2.1.1 Investering in een vreemde jurisdictie
Wanneer een investeerder kapitaal, kennis en expertise in een vreemd land brengt, valt deze onder de jurisdictie van die staat. Dit maakt de investeerder afhankelijk en kwetsbaar voor potentiële risico's zoals onteigening, administratieve druk of andere vormen van pesterijen door de gaststaat. In tegenstelling tot een handelaar die goederen exporteert en zich kan terugtrekken bij problemen, is een investeerder met fysieke aanwezigheid ter plaatse veel moeilijker in staat om zich te onttrekken aan dergelijke situaties.
> **Voorbeeld:** Een Belgische brouwer die een brouwerij opricht in Congo loopt het risico op lokale concurrenten die via bevriende ministers administratieve obstakels opwerpen, zoals milieuvergunningen of fiscale controles, wat de continuïteit van de investering bedreigt. Desinvesteren is dan uiterst moeilijk en verlieslatend.
De objectieve ratio legis is dus dat investeerders, door hun grotere risicoprofiel, extra bescherming verdienen bovenop de bescherming die handelaren genieten.
#### 2.1.2 Investering en economische ontwikkeling
Rechtstreekse buitenlandse investeringen dragen significant bij aan de economische ontwikkeling van de gaststaat. Dit gebeurt door de creatie van lokale werkgelegenheid, de aankoop van lokale grondstoffen, en de betaling van belastingen. Enkel *rechtstreekse* investeringen kwalificeren hiervoor; speculatieve aandelenhandel die snel doorverkocht kan worden, wordt niet als zodanig beschouwd en kan zelfs schadelijk zijn voor de economie.
#### 2.1.3 Reciprociteit: van fictie tot realiteit
Traditioneel zijn investeringsverdragen bilateraal en formeel wederkerig: land A beschermt de investeringen van land B, en land B beschermt die van land A. In de praktijk leidt dit vaak tot een fictieve reciprociteit, vooral wanneer één land significant meer investeert in het andere. Oorspronkelijk werden deze verdragen opgesteld om westerse investeringen in landen als China en India te beschermen. Echter, met economische verschuivingen en de opkomst van deze landen als investeerders, begint de reciprociteit realiteit te worden, met als gevolg dat Chinese en Indiase investeerders ook procederen tegen westerse staten.
### 2.2 Materieel en procedureel investeringsrecht
Internationaal investeringsrecht kent zowel materiële beschermingsnormen als procedurele instrumenten om deze te handhaven.
#### 2.2.1 Instrumenten voor investeringsbescherming
1. **Bilateraal:** Duizenden bilaterale investeringsverdragen (BITs) vormen de klassieke basis van het investeringsrecht.
2. **Multilateraal:** Hoewel er minder multilaterale verdragen specifiek gericht op investeringen zijn, worden investeringshoofdstukken steeds vaker opgenomen in algemene handelsakkoorden, zoals het EU-Canada CETA-akkoord.
3. **Nationaal:** Veel ontwikkelingslanden hebben nationale investeringscodes die, eenzijdig, ongeveer dezelfde bescherming bieden als internationale verdragen.
> **Praktisch voorbeeld:** Als een Belgische klant problemen ondervindt in Venezuela, wordt eerst nagegaan of er een bilateraal verdrag tussen België en Venezuela bestaat. Indien niet, wordt de Venezolaanse nationale investeringscode geraadpleegd.
#### 2.2.2 Materieel recht: de kern van investeringsbescherming
Het materieel recht van investeringsbescherming omvat diverse beginselen:
1. **Onteigening, rechtstreeks en onrechtstreeks:**
* Onteigening is niet verboden, maar dient te gebeuren volgens een wettige procedure, niet-discriminatoir, en met een billijke, promptie en effectieve schadevergoeding, idealiter in converteerbare munt.
* *Creeping expropriation* (kruipende onteigening) door herhaalde administratieve inmenging kan ook als onteigening worden beschouwd.
* Arbitragerechtbanken hebben de interpretatie van onrechtstreekse onteigening soms breed toegepast op wetgeving ter bescherming van volksgezondheid, milieu, of tabaksregulering, wat kritiek heeft uitgelokt omdat het de regelgevende bevoegdheid van staten zou beknotten.
* Recente verdragen proberen dit te nuanceren door te stellen dat proportionele, niet-discriminatoire maatregelen voor volksgezondheid, milieu, etc., geen onrechtstreekse onteigening zijn.
2. **Fair & Equitable Treatment (FET):**
* Dit is een van de meest gebruikte normen. Het omvat fundamentele beginselen van behoorlijk bestuur, zoals een billijk proces en transparantie.
* Arbitragerechtbanken hebben FET vaak ruim geïnterpreteerd, met name ter bescherming van "legitieme verwachtingen" van investeerders.
* Nieuwere verdragen beperken dit door expliciet te stellen dat FET de staat niet verhindert om maatregelen ter bescherming van milieu of volksgezondheid te nemen, en dat er geen legitieme verwachting is dat wetgeving ongewijzigd blijft.
3. **Full Security & Protection:** Verwijst naar een verplichting van de staat om de investering fysiek en juridisch te beveiligen.
4. **National Treatment:** Vereist dat buitenlandse investeerders niet minder gunstig behandeld worden dan binnenlandse investeerders in vergelijkbare omstandigheden.
5. **Most-Favoured-Nation (MFN) Treatment:** Vereist dat een staat een buitenlandse investeerder niet minder gunstig behandelt dan een investeerder uit een derde land.
#### 2.2.3 De "Police Powers" doctrine
Deze Amerikaanse doctrine erkent dat staten hun wettelijke bevoegdheden behouden om het milieu, sociale relaties en andere publieke belangen te reguleren, zelfs indien dit gevolgen heeft voor investeringen. Investeringsarbiters zouden zich moeten beperken tot marginale toetsing van staatsbeslissingen en niet in de plaats treden van de beleidsmakers.
### 2.3 Geschillenbeslechting: van diplomatie naar arbitrage
Het systeem voor geschillenbeslechting is geëvolueerd van kanonneerdiplomatie en diplomatieke bescherming naar internationale investeringsarbitrage.
#### 2.3.1 Evolutie van geschillenbeslechting
* **Kanonneerdiplomatie:** Staten gebruikten militaire macht om investeringsclaims af te dwingen.
* **Diplomatieke bescherming:** Staten claimden de investering van hun onderdanen en brachten deze voor internationale fora, wat echter vaak gebaseerd was op machtsverhoudingen.
* **Arbitrage:** Wordt theoretisch gezien als een systeem dat gelijkheid garandeert tussen investeerder en staat, door diplomatieke druk te vermijden. In de praktijk is de uitkomst hiervan echter onderwerp van discussie.
#### 2.3.2 ICSID (International Centre for Settlement of Investment Disputes)
ICSID is een onderdeel van de Wereldbankgroep en beheert investeringsarbitragezaken.
* **Bevoegdheid:** Een belangrijke eigenschap van investeringsrecht, met name onder de ICSID-regels, is dat de bevoegdheid van een arbitragehof kan ontstaan op basis van bilaterale of multilaterale investeringsverdragen (IIAs), zelfs zonder een specifieke arbitrageclausule in een contract tussen de investeerder en de staat. Dit wordt "arbitrage without privity" genoemd. Staten leggen eenzijdige beloften af in verdragen om geschillen met investeerders aan arbitrage voor te leggen. De investeerder hoeft dit enkel te aanvaarden door een verzoek in te dienen.
* **Effect van uitspraken:** ICSID-uitspraken zijn zelfstandig en kunnen enkel vernietigd worden via een eigen annulatieprocedure binnen ICSID. Nationale rechtbanken kunnen een uitspraak niet annuleren, inhoudelijk toetsen, of de tenuitvoerlegging ervan weigeren op basis van internationale openbare orde. Dit garandeert een hoge mate van efficiëntie en finaliteit aan de uitspraken.
#### 2.3.3 Kritiek op investeringsarbitrage
Het huidige systeem van investeringsarbitrage roept aanzienlijke kritiek op, wat heeft geleid tot hervormingsvoorstellen.
* **Gebrek aan onafhankelijkheid en onpartijdigheid:** Er bestaat bezorgdheid over de partijdigheid van arbiters, mede doordat investeerders vaak één arbiter benoemen, wat de indruk wekt van een bevooroordeeld systeem dat ten gunste van investeerders werkt. Dit gaat in tegen het principe "justice must be seen to be done".
* **Professionele kaste van arbiters:** Arbiters kunnen eigen belangen hebben bij het in stand houden van het arbitrage-systeem, wat kan leiden tot een "bias" ten gunste van investeerders die de zaken aanbrengen.
* **Unilaterale start van procedures:** Enkel investeerders kunnen arbitrages starten, nooit staten. Dit creëert een systematisch onevenwicht.
* **Self-sufficient systeem:** Het gebrek aan externe controle door nationale rechtbanken kan leiden tot ongewenste uitkomsten.
#### 2.3.4 Voorstellen tot hervorming
De UNCITRAL Working Group III onderzoekt hervormingen, waaronder het mogelijke vervangen van investeringsarbitrage door een **plurilaterale investeringsrechtbank**. Dit zou een vast hof zijn met meer permanentie en potentieel bredere bevoegdheden.
Een ander voorstel, door de professor geopperd, is een **reciprook systeem** waarin ook staten hoofdvorderingen kunnen instellen tegen investeerders (bijvoorbeeld voor milieuvervuiling of gebrek aan corporate social responsibility). Dit zou de mindset van arbiters kunnen veranderen en de perceptie van partijdigheid verminderen. Echter, staten zouden mogelijk de voorkeur geven aan hun eigen rechtbanken, hoewel arbitrale uitspraken makkelijker internationaal uitvoerbaar zijn.
> **Tip:** De kritiek op arbitrage moet genuanceerd worden door te erkennen dat nationale rechtbanken in bepaalde landen ook problematisch kunnen zijn, met name door corruptie of gebrek aan middelen. De keuze voor arbitrage is vaak een afweging tussen verschillende imperfecte systemen.
---
# De Wereldhandelsorganisatie (WTO)
Dit onderdeel behandelt de structuur en werking van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), inclusief de belangrijkste multilaterale verdragen en de geschillenbeslechtingsprocedure.
## 3.1 Geschiedenis en doelstellingen
De Wereldhandelsorganisatie (WTO) is voortgekomen uit de algemene visie na de Tweede Wereldoorlog om een internationale economische orde te creëren die meer beheerst wordt door recht dan door machtsverhoudingen. Hoewel deze visie vandaag de dag grotendeels achterhaald is en ongelijkheden in stemmenverhoudingen (zoals bij het IMF en de Wereldbank) blijven bestaan, streeft de WTO naar de bestrijding van protectionisme aan de grens en op de interne markt, evenals monetaire manipulatie.
**Belangrijke doelstellingen van de WTO omvatten:**
* **Bestrijding van protectionisme:** Protectionisme werd gezien als een oorzaak van de economische crisis die mede tot de Tweede Wereldoorlog had geleid. Door handel te liberaliseren, hoopte men oorlogen te voorkomen. Dit geldt zowel voor invoerheffingen als voor interne marktbelemmeringen en monetaire devaluaties.
* **Bestrijding van 'falende' staatsinstellingen:** De WTO gaat ervan uit dat een staat 'faalt' wanneer handelsrechtbanken te traag werken, onvoldoende rechtszekerheid bieden of te veel wetgevingswijzigingen doorvoeren. Internationaal recht dringt hierdoor binnen in de kern van de staatsmacht en beïnvloedt de interne werking, hoewel dit selectief kan zijn en afwegingen van belangen ondergeschikt kan maken aan efficiëntie en rechtszekerheid.
* **Bevordering van ontwikkeling:** De WTO ondersteunt een specifieke visie op ontwikkeling, vaak gebaseerd op het model van een liberale en welvaartsgemeenschap, met een focus op "bricks and mortar" projecten.
## 3.2 Structuur van de WTO
De WTO is een internationale organisatie die de handel tussen landen reguleert. De structuur omvat:
* **Ministeriële Conferenties:** Dit zijn de hoogste besluitvormende organen en komen minstens om de twee jaar bijeen.
* **General Council:** Tussen de ministeriële conferenties in, is de General Council verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding en neemt besluiten over handelsgerelateerde zaken.
* **Directeur-Generaal en Secretariaat:** Deze ondersteunen de werkzaamheden van de WTO en voeren de beslissingen uit.
## 3.3 Belangrijkste multilaterale verdragen
De WTO rust op drie fundamentele multilaterale verdragen:
### 3.3.1 GATT (General Agreement on Tariffs and Trade)
Het GATT reguleert de handel in goederen en bevat sleutelbepalingen zoals:
* **Meestbegunstigingsclausule (artikel I):** Elk lid mag geen onderscheid maken tussen zijn handelspartners. Voordelen die aan één handelspartner worden toegekend, moeten onmiddellijk en onvoorwaardelijk aan alle andere handelspartners worden toegekend.
* **Kwantitatieve beperkingen:** Het verbod op invoer- en uitvoerquota (behalve onder strikte voorwaarden).
* **Douanerechten:** Beperking en geleidelijke afschaffing van douanerechten door middel van onderhandelingen.
* **National Treatment (artikel III):** Zodra goederen de grens zijn overschreden en invoerrechten zijn betaald, mogen ze niet anders worden behandeld dan binnenlandse producten wat betreft interne belastingen en regelgeving.
* **Uitzonderingen (artikelen XIV-XXI):** Het GATT voorziet in belangrijke uitzonderingen, onder andere voor nationale veiligheid, bescherming van het milieu, volksgezondheid en de bescherming van culturele waarden, en voor de oprichting van vrijhandelszones en douane-unies.
### 3.3.2 GATS (General Agreement on Trade in Services)
Het GATS regelt de internationale handel in diensten. Het streeft naar de geleidelijke liberalisering van de dienstensector, met inachtneming van het recht van staten om hun beleid op sociaal en milieugebied te reguleren. De handel in diensten wordt opgedeeld in vier modi:
1. **Grensoverschrijdende levering:** De dienst wordt van het ene land naar het andere geleverd (bv. adviesverlening via internet).
2. **Verbruik in het buitenland:** De consument reist naar het buitenland om de dienst te consumeren (bv. toerisme).
3. **Commerciële aanwezigheid:** Een dienstverlener vestigt een dochteronderneming of filiaal in het buitenland (bv. een bank die een filiaal opent).
4. **Aanwezigheid van natuurlijke personen:** Natuurlijke personen reizen naar het buitenland om een dienst te leveren (bv. een consultant die tijdelijk in het buitenland werkt).
### 3.3.3 TRIPS (Agreement on Trade-Related Aspects of Intellectual Property Rights)
Het TRIPS-verdrag reguleert handelsaspecten van intellectuele eigendomsrechten, zoals auteursrechten, patenten en handelsmerken. Het beoogt een wereldwijd uniform en adequaat beschermingsniveau voor intellectuele eigendomsrechten te garanderen, wat de internationale handel kan bevorderen.
**De dubbele ratio legis van TRIPS is tweeledig:**
* **Bescherming van intellectuele eigendomsrechten:** Zorgen voor een adequaat beschermingsniveau om innovatie en creativiteit te stimuleren.
* **Bevordering van eerlijke handel:** Voorkomen van oneerlijke concurrentie en namaak die de internationale handel verstoort.
Het verdrag bevat specifieke bepalingen over de beschermde rechten, de procedures voor hun handhaving, en uitzonderingen die onder bepaalde omstandigheden toegestaan zijn.
## 3.4 Geschillenbeslechting binnen de WTO
De WTO beschikt over een uniek en krachtig mechanisme voor geschillenbeslechting, dat zich onderscheidt van de geschillenbeslechting in investeringsrecht. Dit systeem is cruciaal voor het waarborgen van de naleving van de WTO-overeenkomsten.
* **Proces:** Een geschil begint met consultaties tussen de betrokken partijen. Indien deze niet tot een oplossing leiden, kan een partij een panel verzoeken een zaak te onderzoeken.
* **Panels en Appellate Body:** Panels onderzoeken de feiten en passen het recht toe. Hun rapporten kunnen worden voorgelegd aan het Appellate Body, dat uitspraak doet over juridische kwesties.
* **Dispute Settlement Body (DSB):** De DSB bestaat uit alle WTO-leden en neemt beslissingen over de panel- en Appellate Body-rapporten. Cruciaal hierbij is de **omgekeerde consensus**: een rapport wordt aangenomen tenzij alle leden ertegen stemmen. Dit voorkomt dat een partij een rapport kan blokkeren.
* **Uitvoering van uitspraken:** Als een lid wordt veroordeeld, moet het zich conformeren aan de uitspraak. Indien dit niet gebeurt, kunnen compensatie of retorsies (handelsbeperkende maatregelen) worden toegestaan.
* **Blokkering:** Hoewel het systeem ontworpen is om blokkades te voorkomen, kunnen politieke overwegingen de effectiviteit ervan beïnvloeden.
> **Tip:** Het WTO-geschillenbeslechtingssysteem wordt vaak geprezen om zijn efficiëntie en de omgekeerde consensus, die de macht van individuele staten om de uitkomst te beïnvloeden beperkt. Het is essentieel om de fasen van het proces en de rol van de DSB te kennen.
---
# Ontwikkeling en armoedebestrijding
Dit onderwerp onderzoekt de rol van multilaterale ontwikkelingsinstellingen, de evolutie van de ontwikkelingsvisie en de complexe relatie tussen internationaal recht, ontwikkeling en armoedebestrijding.
### 4.1 Rol van multilaterale ontwikkelingsinstellingen
Multilaterale ontwikkelingsinstellingen, zoals de Wereldbankgroep, spelen een cruciale rol in internationale economische betrekkingen, met als doel armoedebestrijding en economische ontwikkeling te bevorderen.
#### 4.1.1 De Wereldbankgroep
De Wereldbankgroep bestaat uit vijf instellingen die elk een specifieke functie vervullen binnen het kader van internationale financiering en ontwikkeling:
* **IBRD (International Bank for Reconstruction and Development):** Oorspronkelijk opgericht voor de wederopbouw van Europa na WOII, functioneert de IBRD nu als een ontwikkelingsbank voor landen met een middeninkomen. Ze verstrekt leningen tegen marktconforme rentes.
* **IDA (International Development Association):** Deze instelling richt zich op de allerarmste landen die de voorwaarden van de IBRD niet kunnen dragen. De IDA biedt leningen met zeer lage rentes, vaak rond de 0%, en met zeer lange terugbetalingstermijnen (30-50 jaar), inclusief rentevrije periodes. Dit geeft landen de tijd om te investeren in projecten die hopelijk rendement opleveren, waarbij inflatie de reële waarde van toekomstige terugbetalingen verlaagt.
* **IFC (International Finance Corporation):** De IFC opereert als een commercieel bedrijf dat rechtstreeks investeert in projecten. Ze trekt privaat kapitaal aan door mee te investeren in projecten waar een financieringsgat is. Als een project slaagt, genereert de IFC winst; als het mislukt, verliest de IFC haar geld. Dit moedigt private investeerders aan door een deel van het risico te dragen.
* **MIGA (Multilateral Investment Guarantee Agency):** MIGA verzekert investeringen tegen politieke risico's, zoals onteigening, politieke instabiliteit en klimaatrisico's. Commerciële risico's, zoals de slechte kwaliteit van een product, vallen hier niet onder. Het doel is om private investeringen te stimuleren door investeerders gemoedsrust te bieden.
* **ICSID (International Centre for Settlement of Investment Disputes):** ICSID is het centrum voor de beslechting van investeringsgeschillen binnen de Wereldbankgroep. Het biedt rechtszekerheid aan investeerders door middel van arbitrageprocedures.
**Financieringsmechanisme van de Wereldbank:**
De Wereldbank wordt gefinancierd door kapitaalinbreng van lidstaten. Slechts een klein deel van dit kapitaal (ongeveer 10%) wordt effectief gebruikt. De Wereldbank leent geld op de private kapitaalmarkten tegen lage rentes, omdat zij als een zeer veilige debiteur wordt beschouwd. Dit geld wordt vervolgens tegen een hogere rente uitgeleend aan ontwikkelingslanden. Het verschil tussen de leen- en uitleenrente vormt de inkomstenbron van de Wereldbank. Dit model is mogelijk omdat de Wereldbank haar leningen voor 100% dekt met eigen kapitaal, in tegenstelling tot commerciële banken die met een veel hogere hefboom werken.
**Gewogen stemmen:**
In instellingen zoals de Wereldbank en het IMF is er een systeem van gewogen stemmen, waarbij landen met een grotere financiële inbreng meer stemmen hebben. Dit systeem weerspiegelt de financiële machtsverhoudingen binnen deze instellingen.
#### 4.1.2 Andere multilaterale initiatieven
Naast de Wereldbankgroep zijn er ook andere multilaterale initiatieven gericht op ontwikkeling en financiële stabiliteit, waaronder de New Development Bank (BRICS) en de Asian Infrastructure Development Bank, die regionale financiering en ontwikkeling nastreven.
### 4.2 Evolutie van de ontwikkelingsvisie
De visie op ontwikkeling heeft een significante evolutie doorgemaakt:
#### 4.2.1 Van 'bricks and mortar' naar duurzame ontwikkeling
Oorspronkelijk was de ontwikkelingsvisie sterk gericht op het model van "bricks and mortar", wat neerkwam op de ontwikkeling van infrastructuur zoals wegen, dammen en gebouwen. Dit model bevorderde de ontwikkeling van een liberale economie en had als doel de welvaartsgemeenschap te vergroten. Dit ging echter vaak gepaard met negatieve gevolgen voor mensenrechten, zoals gedwongen verhuizingen van lokale bevolking en vernietiging van leefomgevingen.
Recentere ontwikkelingen, zoals de Sustainable Development Goals (SDG's), markeren een verschuiving naar een bredere definitie van ontwikkeling die duurzaamheid, sociale rechtvaardigheid en milieubescherming omvat. Echter, de implementatie en prioriteit van deze doelen kunnen variëren per land en politieke context.
#### 4.2.2 Bescherming van soevereine keuzes en de 'race to the bottom'
Een centraal punt in het internationaal economisch recht is de schijnbare vrijheid van staten om soevereine keuzes te maken in niet-economische aangelegenheden. Dit is echter problematisch omdat de globale concurrentie leidt tot een "race to the bottom", waarbij bedrijven hun productie verplaatsen naar landen met lagere normen op het gebied van milieu, arbeidsrechten en sociale welvaart. Dit wordt versterkt door de liberalisering van wereldhandel en de beweerde vrijheid van staten om hun beschermingsniveaus zelf te kiezen. Dit resulteert in een situatie waarin staten, ondanks de schijn van soevereiniteit, onder druk staan om hun normen te verlagen om concurrerend te blijven.
### 4.3 Internationaal recht, ontwikkeling en armoedebestrijding
De relatie tussen internationaal recht, ontwikkeling en armoedebestrijding is complex en vaak tegenstrijdig.
#### 4.3.1 Absolute en relatieve armoede
* **Absolute armoede:** Dit verwijst naar een staat van gebrek aan basale levensbehoeften zoals voedsel, huisvesting, onderwijs en medische zorg.
* **Relatieve armoede:** Dit betreft een situatie waarin basisbehoeften weliswaar worden vervuld, maar individuen zich sociaal uitgesloten voelen en geen volwaardig lid van de maatschappij kunnen zijn. Relatieve armoede wordt geassocieerd met sociale onrust en ontevredenheid richting de gevestigde orde.
#### 4.3.2 Het recht en de bestendiging van armoede
Het recht wordt beschouwd als een instrument dat, direct of indirect, armoede en ongelijkheid kan bevestigen en bevorderen. In een pre-eigendomssituatie zonder eigendomsrechten is er doorgaans minder ongelijkheid. Zodra eigendomsrechten ontstaan, beschermt het recht deze rechten, wat kan leiden tot uitsluiting van anderen. Dit geldt ook voor internationaal recht: de focus op economische ontwikkeling, met name via het "bricks and mortar" model, kan leiden tot winsten voor lokale elites en het creëren van nieuwe ongelijkheden. Hoewel stuwdammen bijvoorbeeld absolute armoede kunnen verminderen, kunnen ze de relatieve armoede verhogen.
Internationaal recht focust zich vaak meer op economische ontwikkeling dan op directe armoedebestrijding. Dit komt mede door de focus op macro-economische en liberale perspectieven, en door de staatssoevereiniteit die als obstakel fungeert tussen lokale noden en internationale hulp. De verwesterde elite binnen een staat kan de ontwikkelingsagenda beïnvloeden.
#### 4.3.3 Armoede en internationale mensenrechten
Mensenrechten bieden een ander perspectief op armoedebestrijding. Ze doorprikken de schild van staatssoevereiniteit door individuen direct aan te spreken. Echter, de verantwoordelijkheid voor de naleving van mensenrechten blijft primair bij de staat liggen, wat de effectiviteit van internationale mensenrechten bij het aanpakken van grensoverschrijdende armoede kan beperken. De internationale gemeenschap zou vanuit een armoedeperspectief meer verantwoordelijkheid moeten nemen, maar de huidige structuren opereren voornamelijk binnen de logica van individuele staten.
> **Tip:** Het onderscheid tussen absolute en relatieve armoede is cruciaal om de complexiteit van sociale uitsluiting en ontevredenheid te begrijpen, met name in relatie tot politieke instabiliteit.
> **Voorbeeld:** Een project gefinancierd door de Wereldbank dat leidt tot de bouw van een grote dam kan economische voordelen opleveren (stroomproductie, werkgelegenheid) en zo bijdragen aan de bestrijding van absolute armoede. Echter, als de lokale bevolking van hun land wordt verdreven en geen nieuwe levensvatbare economische activiteiten kan ontplooien, kan dit leiden tot een toename van relatieve armoede en sociale onrust.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Internationaal economisch recht (IEL) | Het rechtsgebied dat de economische betrekkingen tussen staten en tussen staten en particulieren regelt, met als doel een geordende en vreedzame internationale economische orde te bevorderen. |
| Machtsverhoudingen | De invloed en het relatieve gewicht van verschillende actoren in het internationale politieke en economische systeem, die de totstandkoming en toepassing van regels kunnen beïnvloeden. |
| Gewogen stemmen | Een stemmechanisme binnen internationale organisaties waarbij de stemkracht van een lidstaat gebaseerd is op een bepaald criterium, zoals de financiële bijdrage, waardoor landen met meer middelen meer invloed hebben. |
| Positieve discriminatie | Specifieke maatregelen die worden genomen om achtergestelde groepen of landen te bevoordelen, met als doel ongelijkheden te corrigeren en gelijke kansen te creëren, zoals in het handelsrecht voor ontwikkelingslanden. |
| Gedepolitiseerd | Het idee dat een bepaald domein, zoals internationaal economisch recht, vrij is van politieke inmenging en uitsluitend gebaseerd is op neutrale, objectieve regels. |
| Arbitrage | Een vorm van alternatieve geschillenbeslechting waarbij partijen overeenkomen hun geschil voor te leggen aan een of meer neutrale derden (arbiters) wier beslissing bindend is, in plaats van naar de reguliere rechter te stappen. |
| Protectionisme | Economisch beleid dat gericht is op het beschermen van de binnenlandse markt en industrie tegen buitenlandse concurrentie, vaak door middel van importheffingen, quota of subsidies. |
| Staatsinstellingen | De formele structuren en organen binnen een staat die verantwoordelijk zijn voor het maken en uitvoeren van beleid, zoals de overheid, rechtbanken en administratieve diensten. |
| Rechtszekerheid | Het principe dat burgers en bedrijven erop moeten kunnen rekenen dat wetten en regels duidelijk, stabiel en voorspelbaar zijn, en dat beslissingen van autoriteiten consistent en gerechtvaardigd worden genomen. |
| Soevereine beslissing | De onafhankelijke bevoegdheid van een staat om beslissingen te nemen over interne aangelegenheden zonder externe dwang of inmenging, zoals nationaal milieubeleid of energiebeleid. |
| Billijk proces | Het recht om een eerlijke en onpartijdige behandeling te krijgen in gerechtelijke en administratieve procedures, inclusief het recht om gehoord te worden, toegang te hebben tot bewijs en een gemotiveerde beslissing te ontvangen. |
| Materiële regels | De inhoudelijke bepalingen van een rechtsgebied die de rechten en plichten van partijen vastleggen, zoals de regels voor de bescherming van investeringen. |
| Procedurele regels | De regels die de gang van zaken bepalen bij geschillenbeslechting, inclusief de procedures voor het indienen van een zaak, het verzamelen van bewijs en het nemen van beslissingen. |
| Investeringsarbitrage | Een specifieke vorm van arbitrage die betrekking heeft op geschillen tussen investeerders en staten, vaak gebaseerd op internationale investeringsverdragen. |
| Investering | De inbreng van kapitaal, middelen of expertise in een economische activiteit met het oog op het behalen van winst of ander economisch voordeel, vaak in een vreemde jurisdictie. |
| Onteigening | De gedwongen overname van privé-eigendom door de staat, meestal met het oog op openbaar nut en tegen een schadeloosstelling, die direct of indirect kan plaatsvinden. |
| Billijke vergoeding | Een compensatie die rechtvaardig en adequaat is voor geleden schade of verlies, in het bijzonder bij onteigening van eigendom door de staat, die prompt en in converteerbare munt moet worden betaald. |
| Fair & Equitable Treatment (FET) | Een fundamentele norm in het internationaal investeringsrecht die vereist dat staten investeerders op een eerlijke, billijke en congruente manier behandelen, met respect voor hun legitieme verwachtingen en zonder willekeurige of discriminerende maatregelen. |
| Police Powers Doctrine | Het principe dat staten het recht hebben om binnenlandse wetgeving vast te stellen en te handhaven ter bescherming van de volksgezondheid, veiligheid, het milieu en andere algemene belangen, zelfs als deze wetgeving de legitieme verwachtingen van investeerders kan beïnvloeden. |
| Kanonneerdiplomatie | Een verouderde vorm van diplomatie waarbij een staat dreigt met militaire macht of deze gebruikt om de belangen van zijn burgers of investeerders in het buitenland te beschermen. |
| Diplomatieke bescherming | De actie die een staat onderneemt om de rechten van zijn onderdanen in het buitenland te beschermen wanneer deze zijn geschonden en de onderdaan geen gerechtigheid kan verkrijgen via de lokale rechtsmiddelen. |
| ICSID (International Centre for Settlement of Investment Disputes) | Een internationale instelling die deel uitmaakt van de Wereldbankgroep en gespecialiseerd is in het beheer van arbitrageprocedures voor investeringsgeschillen tussen investeerders en staten. |
| IIA (International Investment Agreement) | Een bilateraal of multilateraal verdrag dat regels bevat voor internationale investeringen, waaronder bepalingen over bescherming, bevordering en geschillenbeslechting. |
| Arbitrage without privity | Een juridisch concept waarbij een investeringsarbitrage kan worden ingesteld zonder dat er een directe contractuele relatie (privity) bestaat tussen de investeerder en de staat, maar gebaseerd op eenzijdige beloftes in investeringsverdragen. |
| WTO (World Trade Organization) | Een internationale organisatie die de wereldwijde handelsregels opstelt en de naleving ervan bevordert, met als doel de handel tussen landen te liberaliseren en handelsconflicten op te lossen. |
| GATT (General Agreement on Tariffs and Trade) | Een internationaal akkoord dat oorspronkelijk was opgericht om de handel in goederen te liberaliseren door tarieven te verminderen en niet-tarifaire handelsbelemmeringen te beperken. Het is nu een deel van de WTO. |
| GATS (General Agreement on Trade in Services) | Een internationaal akkoord dat de handel in diensten tussen landen regelt, vergelijkbaar met het GATT voor goederen. Het is nu een deel van de WTO. |
| TRIPS (Agreement on Trade-Related Aspects of Intellectual Property Rights) | Een internationaal akkoord dat de minimumnormen vaststelt voor de bescherming van intellectuele eigendomsrechten, zoals patenten, auteursrechten en handelsmerken. Het is nu een deel van de WTO. |
| General Council | Het hoogste bestuursorgaan van de WTO tussen de ministeriële conferenties, dat de dagelijkse zaken van de organisatie behandelt en beslissingen neemt. |
| Geschillenbeslechting | Het proces waarbij geschillen tussen leden van internationale organisaties worden opgelost, vaak via bemiddeling, arbitrage of een speciaal opgericht orgaan. |
| Omgekeerde consensus | Een procedure waarbij een besluit wordt geacht te zijn goedgekeurd tenzij er een expliciet bezwaar wordt ingediend, wat vaak wordt gebruikt bij de goedkeuring van rapporten van geschillenbeslechtingsorganen. |
| Retorsies | Handelingen die een staat onderneemt als reactie op een schending van internationale regels door een andere staat, vaak door middel van economische sancties of beperkingen op handel, met als doel de naleving te forceren. |
| Meestbegunstigingsclausule (Art. I GATT) | Een principe in het handelsrecht dat vereist dat een lidstaat de handelsprivileges die het aan één lidstaat verleent, automatisch en zonder discriminatie verleent aan alle andere lidstaten. |
| Kwantitatieve beperkingen | Handelsmaatregelen die de hoeveelheid goederen die mag worden geïmporteerd of geëxporteerd beperken, zoals quota of vergunningsvereisten. |
| National Treatment (Art. III GATT) | Het principe dat ingevoerde goederen na betaling van de douanerechten niet minder gunstig mogen worden behandeld dan binnenlandse producten wat betreft belastingen en interne regelgeving. |
| Uitzonderingen (Art. XIX, XXI GATT) | Bepalingen in het GATT die lidstaten toestaan om af te wijken van de normale handelsregels onder specifieke omstandigheden, zoals bij ernstige economische crises of nationale veiligheidsbelangen. |
| Vrijhandelszones en douaneunies | Regionale economische integratievormen waarbij lidstaten onderling handelsbelemmeringen afschaffen en een gemeenschappelijk buitentaks hanteren (douaneunie) of onderling vrijhandel bevorderen zonder gemeenschappelijk buitentaks (vrijhandelszone). |
| Wereldbankgroep | Een groep van vijf internationale financiële instellingen die tot doel hebben economische ontwikkeling en armoedebestrijding te bevorderen door middel van leningen, garanties en technische bijstand aan ontwikkelingslanden. |
| IBRD (International Bank for Reconstruction and Development) | De oorspronkelijke Wereldbank, opgericht om na WOII Europa te herbouwen, en nu een ontwikkelingsbank die leningen verstrekt aan middeninkomenslanden. |
| IDA (International Development Association) | Een instelling binnen de Wereldbankgroep die zeer zachte leningen met lage of geen rente verstrekt aan de armste ontwikkelingslanden. |
| IFC (International Finance Corporation) | Een instelling binnen de Wereldbankgroep die rechtstreeks investeert in private sectorprojecten in ontwikkelingslanden en helpt bij het aantrekken van privaat kapitaal. |
| MIGA (Multilateral Investment Guarantee Agency) | Een instelling binnen de Wereldbankgroep die investeringen in ontwikkelingslanden verzekert tegen politieke risico's, zoals onteigening of politieke instabiliteit. |
| Duurzame ontwikkeling | Ontwikkeling die voldoet aan de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen, waarbij economische, sociale en ecologische aspecten worden geïntegreerd. |
| Absolute armoede | Een staat van ernstige ontbering waarbij basisbehoeften zoals voedsel, water, huisvesting en gezondheidszorg niet kunnen worden vervuld, gemeten aan de hand van een internationale armoedegrens. |
| Relatieve armoede | Een staat van economische achterstand die wordt bepaald door de vergelijking met de gemiddelde levensstandaard in een samenleving, waarbij individuen weliswaar in hun basisbehoeften kunnen voorzien, maar sociaal uitgesloten zijn. |
| Staatssoevereiniteit | Het principe dat een staat onafhankelijk is en het hoogste gezag heeft binnen zijn eigen grondgebied, zonder inmenging van externe machten. |
| Mensenrechten | Fundamentele rechten die iedereen vanaf de geboorte bezit, ongeacht ras, geslacht, nationaliteit, etniciteit, taal, religie of enige andere status, zoals het recht op leven, vrijheid en bescherming tegen marteling. |