Cover
ابدأ الآن مجانًا Cursus huur.docx (1).pdf
Summary
## Studiehandleiding Huurrecht
Dit document biedt een gedetailleerde uiteenzetting van het Belgische huurrecht, met een focus op de huur van goederen en de specifieke regimes die van toepassing zijn op woninghuur en handelshuur.
### Hoofdstuk 1: Inleiding tot het huurrecht
Het Belgisch huurrecht is grotendeels gebaseerd op de basisbepalingen uit het Burgerlijk Wetboek, specifiek Boek III, Titel VIII: Huur. Het oud Burgerlijk Wetboek (OBW) van 1804, de zogenaamde Code Napoléon, vormt de primaire bron. Vreemd genoeg wordt huur geplaatst binnen het boek over eigendomsverkrijging, ondanks dat een huurder geen eigendomsrecht verwerft, maar slechts een gebruiksrecht.
Het OBW onderscheidt twee hoofdsoorten huur:
1. **Huur van goederen (art. 1709 OBW):** Een contract waarbij de ene partij zich verbindt om de andere het genot van een zaak te verschaffen gedurende een zekere tijd, tegen een bepaalde prijs.
2. **Huur van werk (art. 1710 OBW):** Een contract waarbij de ene partij zich verbindt om iets voor de ander te verrichten, tegen een bedongen prijs. Dit wordt verder gespecificeerd in art. 1779 OBW en omvat huur van werklieden in dienst, vervoerders, en aannemers van werken.
De tweedeling tussen huur van goederen en huur van werk is een historisch overblijfsel uit het Romeins recht en is hedendaags verouderd. De huur van werk is grotendeels geëvolueerd naar het arbeidsrecht en het aannemingsrecht. Arbeidsovereenkomsten waarbij een werknemer onder gezag, leiding en toezicht van een werkgever staat, worden niet langer als huurovereenkomsten beschouwd. Aannemingsovereenkomsten, waarbij de aannemer niet onder het gezag van de opdrachtgever staat, vallen evenmin onder het huurrecht.
Het OBW regelt de verhuring van goederen, wat zowel roerende als onroerende goederen kan betreffen. Echter, de wet bevat voornamelijk regels voor de verhuring van onroerende goederen. Deze cursus focust dan ook op de verhuring van onroerende goederen.
#### Definitie van het begrip ‘huur’
Een huurovereenkomst is een wederkerige overeenkomst waarbij de verhuurder zich verbindt aan de huurder om rustig en ongestoord genot en gebruik te verschaffen van een bepaalde zaak gedurende een zekere tijd, en tegen een bepaalde prijs, die de huurder hiervoor betaalt [3](#page=3).
Essentiële bestanddelen van de huurovereenkomst zijn:
* De verhuurder levert een gebruiks- en genotsrecht.
* Van een goed aan de huurder.
* In ruil voor een tegenprestatie (de huurprijs).
Het voorwerp van een huurovereenkomst is een "zaak" of "goed", dat zowel roerend als onroerend kan zijn. De regels betreffende onroerende verhuring zijn vaak ook van toepassing op roerende verhuringen, voor zover verenigbaar met het voorwerp van de verhuring. Het woninghuurregime kan ook van toepassing zijn op de verhuur van roerende goederen indien deze als hoofdverblijfplaats wordt gebruikt (bv. een stacaravan).
Goederen die tot het openbaar domein behoren, kunnen niet verhuurd worden, aangezien ze 'niet in de handel' zijn. Ze kunnen wel het voorwerp uitmaken van een concessieovereenkomst.
De huurder verwerft enkel een gebruiksrecht, niet het eigendomsrecht. Dit gebruiksrecht is beperkter dan dat van een vruchtgebruiker. Vruchtgebruik is een gedeeltelijke afsplitsing van het eigendomsrecht waarbij de vruchtgebruiker ook de vruchten mag genieten en het goed mag vervreemden of bezwaren, rechten waarover een huurder niet beschikt.
Huurovereenkomsten van langer dan negen jaar moeten, net als zakelijke rechten, worden overgeschreven ter hypotheken om tegenstelbaar te zijn aan derden. Dit geldt ook voor huurcontracten die voor langer dan negen jaar zijn aangegaan of die kwijting inhouden van ten minste drie jaar huur. De niet-overschrijving van dergelijke contracten leidt tot een vermindering van de huurtijd conform artikel 595, tweede lid van het Burgerlijk Wetboek [7](#page=7).
#### Betaling van de huurprijs
De huurovereenkomst is een overeenkomst ten bezwarende titel, waarbij de huurprijs de tegenprestatie vormt voor het gebruik dat de huurder geniet. Zonder een prijs is er geen huur. De huurprijs hoeft niet noodzakelijk gelijk te zijn aan de marktwaarde; partijen zijn vrij om een lagere prijs af te spreken, maar een minimale tegenprestatie is vereist (de prijs mag niet belachelijk laag zijn, anders zou het een schenking zijn) [8](#page=8).
De huurprijs kan ook in natura worden betaald (bv. door het uitvoeren van werken door de huurder). De huurder die deze werken uitvoert, wordt vrijgesteld van de betaling van enkele maanden huur. Enkel de verplichting om het goed te onderhouden volstaat niet, dan is er sprake van bruikleen.
De prijs moet bepaald of minstens bepaalbaar zijn op basis van objectieve gegevens die op het moment van contractsluiting aanwezig zijn.
In principe is de initiële huurprijs onveranderlijk, maar er zijn correctiemechanismen zoals indexatie (maximaal één keer per jaar, indien contractueel bedongen) en mogelijke aanpassingen op basis van omzet (hoewel de geldigheid hiervan betwist is) [9](#page=9).
#### Duurtijd van de overeenkomst
Het tijdelijk karakter onderscheidt de huurovereenkomst van de koopovereenkomst. Een eeuwigdurende huur is onmogelijk. De duur kan wel gekoppeld zijn aan de levensduur van de huurder. Een huurovereenkomst van onbepaalde duur wordt, sinds de invoering van de woninghuurwet, automatisch beschouwd als een overeenkomst van 9 jaar (3-6-9).
Een huurovereenkomst van meer dan 99 jaar is nietig, maar een levenslange huur is wel geoorloofd. Voor handelshuur en pacht geldt een wettelijke minimumduur van 9 jaar [10](#page=10).
#### Indeling van huurovereenkomsten
Afhankelijk van het soort onroerend goed dat verhuurd wordt, zijn er verschillende regimes:
1. **Woninghuurwet:** voor de verhuur van een woning die als hoofdverblijfplaats dient.
2. **Wet op de handelshuurovereenkomsten:** voor de verhuur van een handelshuis waar er een cliënteel van voorbijgangers is.
3. **Pacht:** voor de verhuring van een onroerend goed dat hoofdzakelijk gebruikt wordt voor de uitoefening van een landbouwbedrijf.
4. **Gemeen recht inzake huur:** voor alle andere huurovereenkomsten die niet onder de specifieke regimes vallen.
Het gemeen recht inzake huur is grotendeels aanvullend en kent een grote contractvrijheid. Het vult ook lacunes aan in de specifieke regimes. Bepaalde regels uit het gemeen recht (bv. rechten en verplichtingen van huurder en verhuurder) zijn ook van toepassing op woninghuur en handelshuur.
### Hoofdstuk 2: Algemeen huurrecht (Gemeen huurrecht)
Het algemeen huurrecht wordt gekenmerkt door drie belangrijke kenmerken:
1. **Autonoom:** Het is van toepassing op alle huurovereenkomsten die niet onder een van de bijzondere regimes vallen (bv. huur van kantoren, garages, opslagruimtes).
2. **Aanvullend:** Het vult de lacunes aan in de bijzondere regimes en geldt als federaal aanvullend recht.
3. **Verbindend:** Het kan een uniformiserend effect hebben tussen de verschillende specifieke regimes.
#### Schriftelijke of mondelinge overeenkomst & bewijs
Conform art. 1714 OBW kan een huurovereenkomst zowel schriftelijk als mondeling worden afgesloten. Een mondelinge overeenkomst biedt echter minder houvast en kan bewijsproblemen opleveren.
Een schriftelijke huurovereenkomst moet, om geldig te zijn, voldoen aan de voorschriften van art. 8.20 BW (voldoende originelen, vermelding van het aantal originelen). Sinds de Woninghuurwet van 2007 moet elke huurovereenkomst betreffende de hoofdverblijfplaats van de huurder schriftelijk worden vastgesteld (art. 8 WHD).
De sanctie bij niet-naleving van de schriftelijkheidsvereiste is niet de ongeldigheid van de overeenkomst, maar de mogelijkheid voor de meest gerede partij om de andere partij gerechtelijk te dwingen een schriftelijke overeenkomst op te stellen. Bij woninghuur kan niet-registratie binnen de twee maanden na ondertekening leiden tot het recht van de huurder om te vertrekken zonder opzeggingstermijn of schadevergoeding.
#### Registratie
De registratie van huurovereenkomsten is fiscaal verplicht. De termijn voor registratie verschilt naargelang de aard van de akte (onderhands of notarieel) en het type huurovereenkomst. Bij woninghuur dient de registratie binnen de twee maanden te gebeuren en is deze kosteloos, met een boete van minstens 25 euro voor de verhuurder bij niet-naleving. Voor andere huurovereenkomsten geldt een termijn van vier maanden en een recht van 0,2% op de totale huur. De registratie van de huurovereenkomst is primair in het belang van de huurder, aangezien het de huurovereenkomst een vaste datum geeft en deze tegenstelbaar maakt aan derden, inclusief de nieuwe eigenaar bij vervreemding van het pand.
#### Geldigheidsvoorwaarden
De geldigheidsvereisten van een overeenkomst, zoals uiteengezet in art. 5.27 BW, zijn ook van toepassing op huurovereenkomsten: vrije en bewuste toestemming, handelingsbekwaamheid, een bepaald en geoorloofd voorwerp, en een geoorloofde oorzaak.
* **Handelingsbekwaamheid:** In principe is iedereen handelingsbekwaam, met wettelijke uitzonderingen zoals minderjarigen of personen onder bewind. Bij onverdeeldheid moeten alle mede-eigenaars de huurovereenkomst ondertekenen, tenzij er een volmacht is verleend. Bij vruchtgebruik is het de vruchtgebruiker die verhuurt.
* **Wilsovereenstemming:** Er moet akkoord zijn tussen handelingsbekwame personen over de zaak en de huurprijs. Er mogen geen wilsgebreken zijn (dwaling, bedrog, geweld, misbruik van omstandigheden). Dwaling moet doorslaggevend zijn en verschoonbaar. De verhuurder moet ook voldoen aan de wettelijke vereisten voor de verhuurde zaak (bv. bouwvergunning).
* **Voorwerp:** Het voorwerp moet bepaald en geoorloofd zijn (bv. een onbewoonbaar verklaarde woning of een goed van het openbaar domein zijn geen geldig voorwerp).
* **Oorzaak:** De reden waarom de overeenkomst wordt aangegaan moet geoorloofd zijn.
#### Duur van de huurovereenkomst
Partijen zijn vrij om de duur te bepalen, met een maximum van 99 jaar. Een eeuwigdurende huur is nietig. Soms zijn er minimumduren van toepassing, zoals bij handelshuur (9 jaar) en pacht (9 jaar). Woninghuurcontracten worden geacht te zijn aangegaan voor 9 jaar, met uitzonderingen voor kortlopende (max. 3 jaar) of langlopende contracten.
De dood van de verhuurder of huurder ontbindt de huurovereenkomst in principe niet, tenzij anders bepaald in specifieke gevallen (bv. sociale huur, levenslange woninghuur). De erfgenamen zetten de overeenkomst verder.
Een uitdrukkelijk ontbindend beding is in principe niet geldig in huurovereenkomsten, met uitzondering van bepaalde sociale huurmaatschappijen. Beëindiging kan enkel via tussenkomst van de vrederechter.
De opzegging moet bij voorkeur schriftelijk gebeuren (aangetekend schrijven of deurwaardersexploot) om bewijsproblemen te vermijden. De verhuurder kan een machtiging vragen aan de vrederechter voor de tenuitvoerlegging van de opzegging.
#### Overdracht van het gehuurde goed
Wanneer de eigenaar van het verhuurde goed verandert, treedt de nieuwe eigenaar in de rechten en plichten van de verhuurder. De huurovereenkomst blijft van kracht, ongeacht of deze geregistreerd is of een vaste datum heeft (volgens het Woninghuurdecreet). De nieuwe eigenaar kan de huurder enkel opzeggen onder dezelfde voorwaarden als de oorspronkelijke verhuurder.
Onder de Woninghuurwet is er een onderscheid naargelang de huurovereenkomst een vaste datum heeft (geregistreerd, overlijden van een partij, authentieke akte), dan wel niet. Bij huurovereenkomsten zonder vaste datum kan de nieuwe eigenaar de huurder sneller opzeggen (3 maanden opzegtermijn binnen 3 maanden na aankoop). Huurovereenkomsten van langer dan 9 jaar moeten worden overgeschreven ter hypotheken om tegenstelbaar te zijn aan derden voor de gehele duur.
#### Huurwaarborg
De huurwaarborg dient ter waarborg van de nakoming van de huurdersverplichtingen. De huurder kan kiezen uit drie vormen: een geïndividualiseerde rekening, een zakelijke zekerheidstelling, of een bankwaarborg via een standaardcontract met een OCMW. De waarborg mag niet meer bedragen dan drie maanden huur. De huurwaarborg kan enkel vrijgegeven worden mits een schriftelijk akkoord van beide partijen, opgesteld ten vroegste bij het beëindigen van de huurovereenkomst, of mits een uitvoerbaar verklaard rechterlijk beslissing.
### Hoofdstuk 3: Woninghuur
Het woninghuurrecht in Vlaanderen is sedert 1 januari 2019 geregeld door het Vlaams Woninghuurdecreet (WHD). De federale Woninghuurwet van 1991 blijft van toepassing op schriftelijke huurovereenkomsten die vóór 1 januari 2019 gesloten zijn. Het decreet beoogt vier doelstellingen: minimale woningkwaliteit garanderen, woonzekerheid bieden met flexibiliteit, een stabiel kader bieden om tijdelijke huurwetten te vermijden, en een eerlijk rendement voor de verhuurder.
#### Procedures inzake woninghuur
De vrederechter van de plaats waar het verhuurde goed gelegen is, is materieel bevoegd voor geschillen betreffende de verhuring van onroerende goederen. Procedures kunnen worden ingeleid bij verzoekschrift of dagvaarding. Een voorafgaande oproeping in verzoening bij de vrederechter is niet meer verplicht, maar kan nuttig zijn om tot een akkoord te komen.
#### Uithuiszetting
Bij een vordering tot uithuiszetting moet de eisende partij (de verhuurder) de procedure volgen zoals bepaald in de artikelen 1344bis en volgende Ger.W. Dit omvat onder meer de mededeling aan het OCMW en de specifieke termijnen voor de tenuitvoerlegging van de uithuiszetting.
#### Meest courante vorderingen
Dit zijn onder meer: ontbinding van de huur, recht op uitzetting, betaling van achterstallige huren en kosten, huurschade, en aanstelling van een deskundige.
#### Toepassingsgebied van het Woninghuurdecreet
Het decreet is van toepassing op huurovereenkomsten voor een woning die door de huurder als hoofdverblijfplaats wordt bestemd, met toestemming van de verhuurder. De bestemming als hoofdverblijfplaats wordt beoordeeld op basis van feitelijke criteria. Het decreet is niet van toepassing indien de overeenkomst ondergeschikt is aan een andere overeenkomst met betrekking tot de functie of de bedrijvigheid van de huurder, of als het gehuurde pand niet meer als hoofdverblijfplaats wordt bestemd.
#### Vereiste van geschrift
Elke huurovereenkomst die onder het Woninghuurdecreet valt, moet schriftelijk worden opgesteld met vermelding van specifieke gegevens (identiteit partijen, begindatum, duur, beschrijving pand, huurprijs, regeling kosten/lasten, verwijzing naar toelichting). Hoewel schriftelijkheid vereist is, behoudt de huurovereenkomst haar consensueel karakter en blijft ze geldig wanneer ze mondeling wordt gesloten.
#### Duur en beëindigingsmogelijkheden
Er zijn vier hoofdmodaliteiten voor de duur van een woninghuurovereenkomst:
* **9 jaar (standaard):** Elke huurovereenkomst die niet voor een andere duur is aangegaan, wordt geacht te zijn aangegaan voor 9 jaar. De verhuurder kan opzeggen met een termijn van 6 maanden voor persoonlijk gebruik (of gebruik door echtgenoot, wettelijk samenwonende partner, of bloed-/aanverwanten tot derde graad), of wegens wederopbouw/verbouwing/renovatie (met specifieke voorwaarden qua kosten en duur), of zonder motief met betaling van een vergoeding (9 maanden huur na 3 jaar, 6 maanden na 6 jaar). De huurder kan opzeggen met een termijn van 3 maanden, zonder vergoeding na de eerste 3 jaar.
* **Kortlopend (max. 3 jaar):** Deze overeenkomsten moeten schriftelijk worden afgesloten en kunnen slechts éénmaal schriftelijk verlengd worden, met een totale duur van maximaal 3 jaar. De opzeggingsmogelijkheden zijn beperkter.
* **Langer dan 9 jaar:** Deze overeenkomsten moeten schriftelijk worden aangegaan en overgeschreven ter hypotheken om tegenstelbaar te zijn aan derden.
* **Levenslang:** Deze overeenkomsten eindigen van rechtswege bij het overlijden van de huurder.
Verlenging wegens buitengewone omstandigheden is mogelijk op verzoek van de huurder, beoordeeld door de vrederechter.
#### Huuroverdrachten en onderhuur
Huuroverdracht en onderhuur zijn verboden, tenzij met schriftelijke en voorafgaande toestemming van de verhuurder. Bij huuroverdracht wordt de overdragende huurder bevrijd van zijn toekomstige verplichtingen. Bij onderhuur ontstaat een nieuwe, tweede huurovereenkomst tussen de hoofdhuurder en de onderhuurder. De duur van de onderhuur mag de resterende looptijd van de hoofdhuur niet overschrijden.
#### Sancties bij niet-toegestane huuroverdracht of onderhuur
Bij schending van de verbodsclausules kan de verhuurder de ontbinding van de huurovereenkomst vorderen. De huurder-overdrager of hoofdhuurder is aansprakelijk voor de gevolgen van de niet-naleving.
#### Studentenhuurovereenkomsten
Deze vallen onder specifieke, dwingende regels die de student beter beschermen. Zo is huuroverdracht of onderhuur bij studie-uitwisseling of stage toegestaan, met een opzeggingstermijn van twee maanden zonder vergoeding bij beëindiging van de studies of overlijden van onderhoudsplichtigen. De huurwaarborg mag maximaal twee maanden huur bedragen.
#### Woningkwaliteitsnormen
Het decreet stelt minimale vereisten inzake veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid. Een conformiteitsattest dient de woningkwaliteit te bevestigen. Huurovereenkomsten voor woningen die niet voldoen aan deze normen zijn in principe relatief nietig. De huurder kan de uitvoering van werken vorderen, samen met een huurprijsvermindering, of de ontbinding van de overeenkomst vragen.
#### Indexatie
Bij schriftelijke huurovereenkomsten is de indexatie van de huurprijs automatisch van toepassing, tenzij uitdrukkelijk uitgesloten. De aanpassing gebeurt éénmaal per jaar op de verjaardag van de inwerkingtreding, berekend volgens de gezondheidsindex. De huurder kan de verhuurder verzoeken om de indexatie te laten plaatsvinden. Het verzoek tot betaling van achterstallige indexering kan maximaal drie maanden teruggaan.
#### Herziening van de huurprijs
Partijen kunnen om de drie jaar een wijziging van de huurprijs vragen aan de vrederechter indien de normale huurwaarde van het goed ten gevolge van nieuwe omstandigheden minstens 20% hoger of lager is dan de huidige huurprijs. Bij specifieke investeringen van de verhuurder kan een verhoging worden gevraagd indien de huurwaarde met minstens 10% gestegen is.
#### Kosten en lasten
De kosten en lasten met betrekking tot de uitoefening van zakelijke rechten vallen ten laste van de verhuurder, terwijl de kosten gerelateerd aan het gebruik van de woning ten laste van de huurder vallen. De onroerende voorheffing kan niet ten laste van de huurder worden gelegd. Kosten moeten, tenzij forfaitair bepaald, overeenkomen met de werkelijke uitgaven en de bewijsstukken moeten op vraag van de huurder worden bezorgd.
#### Overdracht van het verhuurde pand
De nieuwe eigenaar treedt in alle rechten en plichten van de verhuurder, ongeacht of de huurovereenkomst geregistreerd is of een vaste datum heeft. De informatieplicht van de vervreemder is tweeledig: informeren dat het goed verhuurd is en de gegevens van de huurovereenkomst vermelden in de overdrachtsakte. Bij niet-naleving kan de vervreemder aansprakelijk worden gesteld.
#### Huurwaarborg
De huurwaarborg, die maximaal drie maanden huur bedraagt, kan in drie vormen worden verstrekt: geïndividualiseerde rekening, zakelijke zekerheidstelling, of bankwaarborg. Over de waarborg kan niet beschikt worden zonder schriftelijk akkoord of rechterlijke beslissing. De huurder heeft recht op rente op de geplaatste waarborg.
#### Overlijden van huurder of verhuurder
Het overlijden van de verhuurder bindt de erfgenamen tot de huurovereenkomst. Bij overlijden van de laatste huurder eindigt de overeenkomst van rechtswege na twee maanden, tenzij de erfgenamen de huur wensen voort te zetten. Indien de huurder overlijdt, kunnen de erfgenamen de huur voortzetten, of de huurovereenkomst beëindigen. Indien de erfgenamen niet tussenkomen, kan de verhuurder de aanstelling van een curator vorderen om het pand leeg te maken.
#### Medehuur
Echtgenoten en wettelijk samenwonenden zijn van rechtswege medehuurders, ongeacht wanneer de huurovereenkomst gesloten is. Zij zijn hoofdelijk en ondeelbaar gehouden tot de verplichtingen, met dien verstande dat zij niet gehouden zijn voor verplichtingen die ontstonden voor hun medehuurderschap. Bij beëindiging van de relatie bepalen de huurders onderling wie de huurovereenkomst voortzet, of dit wordt beslist door de rechter. Feitelijke samenwonenden kunnen medehuurder worden mits gezamenlijk verzoek aan de verhuurder, die dit kan weigeren. Indien de verhuurder niet antwoordt of weigert, kan de vrederechter worden ingeschakeld.
### Hoofdstuk 4: Handelshuur
De wet op de handelshuurovereenkomsten (LWH) regelt de verhuring van onroerende goederen die hoofdzakelijk gebruikt worden voor de uitoefening van een kleinhandel of ambacht met rechtstreeks contact met het publiek. Om onder de LWH te vallen, moeten vijf cumulatieve voorwaarden vervuld zijn: een huurovereenkomst, een onroerend goed, gebruikt voor kleinhandel of ambacht met publiekscontact, hoofdzakelijk daartoe bestemd, en dit moet uitdrukkelijk of stilzwijgend aanvaard zijn.
#### Toepassingsgebied van de handelshuurwet
De LWH kent enkele wettelijke uitsluitingen, waaronder huurcontracten gesloten voor minder dan één jaar (pop-up verhuringen geregeld door een apart decreet) en huur van goederen die van de grondbelasting vrijgesteld zijn.
#### Duur van de handelshuur en huurhernieuwing
De wettelijke minimumduur van een handelshuur is 9 jaar. Deze bepaling is dwingend recht ter bescherming van de huurder. De huurder heeft het recht om tot driemaal toe huurhernieuwing aan te vragen, mits de handel identiek blijft en aan bepaalde vormvereisten wordt voldaan (aanvraag tussen 18 en 15 maanden voor het einde van de lopende huur, bij aangetekend schrijven of deurwaardersexploot, met vermelding van de voorwaarden van de nieuwe huur). De verhuurder kan de hernieuwing weigeren op basis van limitatieve gronden voorzien in de wet (persoonlijk gebruik, wederopbouw/verbouwing, grove tekortkomingen huurder, geen wettig belang huurder, aanbod hogere huurprijs van derde). De verhuurder die de hernieuwing weigert zonder wettige reden, is een uitzettingsvergoeding verschuldigd (minimum 3 jaar huur).
#### Vervroegde beëindiging
De huurder kan de lopende huur beëindigen bij het verstrijken van elke driejarige periode mits een opzegtermijn van 6 maanden. De verhuurder kan dit eveneens, met een opzegtermijn van 1 jaar, voor persoonlijk gebruik of wederopbouw/verbouwing.
#### De huurprijs
Partijen zijn vrij om de huurprijs te bepalen, maar deze mag niet belachelijk laag zijn. De huurprijs kan worden geïndexeerd, mits contractueel bedongen en slechts eenmaal per jaar. Bij het verstrijken van elke driejarige periode kan de huurprijs herzien worden indien de normale huurwaarde minstens 15% is gewijzigd ten gevolge van nieuwe omstandigheden, of indien de verhuurder aantoont dat de huurwaarde is gestegen door zijn investeringen.
#### Wanbetaling door de huurder
Wanbetaling van de huurprijs is een ernstige tekortkoming die kan leiden tot gerechtelijke ontbinding van de handelshuurovereenkomst. Een uitdrukkelijk ontbindend beding is in principe nietig.
#### Faillissement
Het faillissement van de huurder ontbindt de huurovereenkomst niet automatisch. De curator kan kiezen voor beëindiging of voortzetting van de huurovereenkomst. Indien de curator de overeenkomst voortzet, zijn de huur en bijkomende kosten schulden van de boedel. Bij beëindiging is de schadevergoeding een schuld in de boedel.
#### Verbouwingswerken
De handelshuurwet voorziet in een specifieke regeling voor werken die de structuur van het pand wijzigen en dienstig zijn voor de onderneming, met een maximale kostprijs van 3 jaar huur. De werken mogen de veiligheid, salubriteit of esthetische waarde van het gebouw niet in het gedrang brengen. De verhuurder kan zich verzetten tegen de werken, en bij niet-naleving van de procedure of de voorwaarden, kan de huurder de stopzetting van de werken vorderen of is hij aansprakelijk voor schade. De lot van de werken bij einde huur is geregeld in het contract, bij gebreke hiervan kan de verhuurder de werken behouden zonder vergoeding of de verwijdering ervan eisen.
#### Overdracht van de handelszaak en huuroverdracht/onderverhuur
De huurder mag zijn huur overdragen of het goed onderverhuren, mits dit niet contractueel verboden is en de handel wordt overgedragen of verdergezet. De LWH bevat specifieke procedures en uitzonderingen, met name voor pop-up verhuringen en wanneer de hoofdhuurder zijn hoofdverblijfplaats niet in het pand heeft. De gevolgen van huuroverdracht of onderverhuur kunnen leiden tot een rechtstreekse band tussen de onderhuurder en de hoofdverhuurder, of tot hoofdelijke aansprakelijkheid van de oorspronkelijke huurder.
#### Sancties en verzuim
Bij schending van de verbodsclausules voor huuroverdracht of onderhuur, kan de verhuurder de ontbinding van de huurovereenkomst vorderen.
#### Bevoegdheid, procedure en bewijsrecht
De vrederechter is in principe exclusief bevoegd voor geschillen betreffende handelshuur. Procedures kunnen worden ingeleid bij verzoekschrift of dagvaarding, en een facultatieve oproeping in verzoening is mogelijk. Vonnissen van de vrederechter zijn uitvoerbaar bij voorraad. De verjaringstermijn voor de meeste vorderingen bedraagt 5 jaar, behalve voor achterstallige indexaties (1 jaar).
#### Registratierechten
De registratie van handelshuurovereenkomsten is fiscaal verplicht en maakt de overeenkomst tegenstelbaar aan derden. Niet-registratie leidt tot boetes en verlies van tegenstelbaarheid.
#### Onroerende voorheffing
De onroerende voorheffing valt ten laste van de verhuurder, maar kan contractueel worden doorgegeven aan de huurder.
#### Personenbelasting
De huurinkomsten uit handelshuur zijn belastbaar als roerend inkomen voor de verhuurder.
#### BTW
De verhuur van gebouwen is in beginsel vrijgesteld van BTW, tenzij er sprake is van "actieve verhuur" waarbij de verhuurder naast het ter beschikking stellen van het pand ook bijkomende diensten levert, of bij specifieke uitzonderingen zoals de verhuur van hotelkamers of parkeerplaatsen.
#### Herziening van de huurprijs
Partijen kunnen om de drie jaar een herziening van de huurprijs vragen aan de vrederechter op basis van gewijzigde omstandigheden die de huurwaarde beïnvloeden.
#### Vergoedingen wegens uitzetting
Bij uitzetting van de huurder kan deze recht hebben op een uitzettingsvergoeding, waarvan de omvang afhangt van de reden van uitzetting en de duur van de huur. Dit kan variëren van 1 tot 3 jaar huur, en in specifieke gevallen (soortgelijke handel) tot 2 jaar huur, eventueel verhoogd.
---
### Veelvoorkomende fouten om te vermijden
* **Mondelinge huurovereenkomsten:** Vermijd mondelinge huurovereenkomsten voor woninghuur, aangezien deze bewijsproblemen kunnen veroorzaken en de bescherming van de Woninghuurwet tenietdoen.
* **Niet-registratie van huurovereenkomsten:** Zorg voor de tijdige registratie van alle huurovereenkomsten om fiscale boetes te vermijden en de tegenstelbaarheid aan derden te waarborgen.
* **Gebrek aan plaatsbeschrijving:** Een gedetailleerde en tegensprekelijke plaatsbeschrijving bij aanvang is cruciaal om geschillen over huurschade te voorkomen. Zonder dit riskeert de verhuurder een wettelijk vermoeden dat de schade al bestond.
* **Onjuiste opzeggingstermijnen of -formaliteiten:** Volg nauwgezet de specifieke opzegtermijnen en -formaliteiten voor de verschillende huurregimes, met name bij handelshuur en woninghuur.
* **Onwettige weigeringsgronden bij huurhernieuwing (handelshuur):** Weiger de hernieuwing van een handelshuur enkel op basis van de limitatief opgesomde gronden in de wet, en vermijd discriminatie op basis van beschermde kenmerken.
* **Negeer de specifieke regels voor huuroverdracht en onderhuur:** Zorg voor naleving van de wettelijke formaliteiten en de vereiste toestemming van de verhuurder bij huuroverdracht of onderhuur.
* **Schending van de woningkwaliteitsnormen:** Zorg ervoor dat de verhuurde woning voldoet aan de wettelijke vereisten inzake veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid.
* **Onderscheid maken op basis van beschermde kenmerken (discriminatie):** Vermijd elke vorm van discriminatie op basis van ras, geslacht, leeftijd, geaardheid, godsdienst, handicap, etc. bij de selectie van huurders.
* **Onjuiste interpretatie van de LWH-regels voor pop-up verhuur:** Pop-up verhuur met een duur van minder dan één jaar valt onder een specifiek decreet en niet onder de LWH. Zorg voor een correcte contractuele formulering om discussies te vermijden.
* **Vergeten van de meldingsplicht bij vervreemding van het verhuurde goed:** Informeer de huurder tijdig en correct over de verkoop of overdracht van het pand.
Deze studiegids biedt een uitgebreid overzicht van de belangrijkste aspecten van het Belgische huurrecht. Het is echter raadzaam om bij specifieke of complexe gevallen steeds juridisch advies in te winnen.
Glossary
## Woordenlijst
| Term | Definitie |
|---|---|
| Huurovereenkomst | Een wederkerige overeenkomst waarbij de ene partij (de verhuurder) zich verbindt om de andere partij (de huurder) het genot van een zaak te verschaffen gedurende een zekere tijd, en tegenover een bepaalde prijs, die de laatstgenoemde zich verbindt te betalen. |
| Huur van goederen | Een contract waarbij de ene partij zich verbindt om de andere het genot van een zaak te doen hebben gedurende een zekere tijd, en tegen een bepaalde prijs, die de laatstgenoemde zich verbindt te betalen. Dit kan betrekking hebben op zowel roerende als onroerende goederen. |
| Huur van werk | Een contract waarbij de ene partij zich verbindt om iets voor de ander te verrichten, tegen betaling van een tussen hen bedongen prijs. Dit kan verder onderverdeeld worden in de huur van werklieden, vervoerders, en aannemers van werken. |
| Gebruiksrecht | Het recht dat de huurder verkrijgt om het gehuurde goed te gebruiken gedurende een zekere tijd. Dit is beperkter dan het eigendomsrecht, aangezien de huurder niet kan beschikken over het goed (vreemdgaan of bezwaren). |
| Zakelijk recht | Een recht dat rechtstreeks op een zaak rust, zoals eigendom of vruchtgebruik. Huurovereenkomsten voor langer dan negen jaar, die grote beperkingen meebrengen voor de rechten van de eigenaar en als een daad van beschikking kunnen worden beschouwd, dienen ingeschreven te worden ter hypotheken om tegenstelbaar te zijn aan derden. |
| Onverdeeldheid | Een situatie waarbij meerdere personen mede-eigenaar zijn van een goed. Alle mede-eigenaars moeten de huurovereenkomst ondertekenen, tenzij zij onderling een volmacht hebben verleend aan één of meerdere van hen. |
| Vruchtgebruik | Een zakelijk recht dat de vruchtgebruiker het recht geeft om gedurende een bepaalde periode niet alleen het goed te gebruiken (usus), maar ook de vruchten ervan te plukken (fructus). Dit is een gedeeltelijke afsplitsing van het eigendomsrecht. |
| Tegenstelbaarheid | De mogelijkheid om een recht of een overeenkomst te laten respecteren door derden, die geen partij zijn bij de overeenkomst. Dit wordt vaak bereikt door registratie of overschrijving van de akte. |
| Koop breekt geen huur | Een algemeen principe in het huurrecht dat stelt dat een nieuwe eigenaar van een verhuurd goed de lopende huurovereenkomst moet respecteren, vooral als deze geregistreerd is of een vaste datum heeft. |
| Stilzwijgende wederinhuring | Wanneer een huurder, na beëindiging van een huurovereenkomst voor bepaalde duur, het goed blijft bewonen zonder verzet van de verhuurder, wordt de huurovereenkomst stilzwijgend voortgezet onder dezelfde voorwaarden en voor dezelfde duur. |
| Pop-up verhuring | Een specifieke vorm van huur die geregeld wordt door een apart decreet, van toepassing op huurovereenkomsten voor onroerende goederen die uitdrukkelijk voor een periode van één jaar of korter worden gesloten voor de uitoefening van kleinhandel of ambacht met rechtstreeks contact met het publiek. |
| Handelshuurwet | Een specifieke wetgeving die van toepassing is op de verhuring van onroerende goederen die hoofdzakelijk gebruikt worden voor de uitoefening van kleinhandel of ambacht, waarbij er een rechtstreeks contact is tussen de huurder en het publiek. Deze wet bevat veel dwingende bepalingen ter bescherming van de huurder. |
| Gemeenrecht inzake huur | De algemene regels met betrekking tot huur die van toepassing zijn wanneer een huurovereenkomst niet onder een van de specifieke regimes valt (zoals woninghuur, handelshuur of pacht). Dit recht is flexibeler en grotendeels aanvullend. |
| Medehuur | Een regeling waarbij meerdere personen samen huurder zijn van een pand. Dit kan gaan om echtgenoten, wettelijk samenwonenden, of feitelijke samenwonenden die door de verhuurder of de rechter tot medehuurder zijn aangesteld. |