Cover
ابدأ الآن مجانًا 17.pdf
Summary
# Soorten en totstandkoming van overeenkomsten
Dit onderdeel behandelt de verschillende classificaties van overeenkomsten en het proces waarmee zij juridisch tot stand komen, inclusief aanbod en aanvaarding.
### 1.1 Soorten overeenkomsten
Overeenkomsten kunnen op verschillende manieren worden ingedeeld, gebaseerd op hun juridische aard en totstandkoming.
#### 1.1.1 Benoemde en onbenoemde overeenkomsten
* **Benoemde (bijzondere) overeenkomsten:** Dit zijn overeenkomsten waarvan de wetgever specifieke regels heeft opgesteld, voornamelijk in het Burgerlijk Wetboek (BW). Voorbeelden hiervan zijn koop, huur, lening, borgtocht, dading en pacht. Het bestaan van wettelijke regels bespaart partijen de moeite om alles expliciet te regelen, en bij geschillen past de rechter deze regels toe, tenzij partijen anders hebben bepaald [1](#page=1).
* **Onbenoemde overeenkomsten:** Dit zijn overeenkomsten die niet specifiek in de wet zijn geregeld. Partijen kunnen dergelijke overeenkomsten creëren die niet onder de benoemde types vallen. Voorbeelden zijn overeenkomsten met garagehouders of hoteluitbaters. Tenzij partijen zelf specifieke bedingen hebben geregeld, zijn de algemene principes van het verbintenissenrecht van toepassing op deze overeenkomsten [1](#page=1).
#### 1.1.2 Eenzijdige en wederkerige overeenkomsten
* **Eenzijdige overeenkomsten:** Hierbij ontstaan er slechts verbintenissen voor één partij. Voorbeelden zijn een schenking of een kosteloze bewaargeving. Hoewel het een overeenkomst betreft, moeten alle betrokken partijen ermee instemmen [1](#page=1).
* **Wederkerige overeenkomsten:** Bij deze overeenkomsten verbinden de partijen zich wederkerig en gelijktijdig tegenover elkaar. Voorbeelden zijn koop of huur [1](#page=1) [2](#page=2).
#### 1.1.3 Consensuele, vormelijke en zakelijke overeenkomsten
* **Consensuele overeenkomsten:** In principe zijn overeenkomsten consensueel, wat betekent dat ze tot stand komen door een loutere wilsovereenstemming, zonder dat er enige formaliteit vereist is. Hoewel een geschrift vaak wenselijk of noodzakelijk is voor bewijs, is het geen geldigheidsvereiste [1](#page=1).
* **Vormelijke overeenkomsten:** Bij deze overeenkomsten hangt het bestaan van de overeenkomst af van het naleven van bepaalde vormvereisten. Voorbeelden zijn huwelijk, echtscheiding door onderlinge toestemming, huwelijkscontract en contractuele hypotheek [1](#page=1).
* **Zakelijke overeenkomsten:** Deze overeenkomsten komen pas tot stand door de afgifte van de zaak waarop de overeenkomst betrekking heeft. Voorbeelden zijn bruikleen en bewaargeving [1](#page=1).
#### 1.1.4 Standaardovereenkomsten en toetredingsovereenkomsten
* **Standaardovereenkomsten (typecontracten):** Dit zijn vooraf opgestelde contracten met standaardbedingen, bedoeld om een onbepaald aantal toekomstige rechtsverhoudingen te regelen. Voorbeelden zijn verzekeringspolissen [2](#page=2).
* **Toetredingsovereenkomsten:** Dit zijn standaardcontracten die door één partij eenzijdig zijn opgesteld en waarvan de inhoud integraal aan de andere partij wordt opgelegd. De andere partij heeft enkel de keuze om het contract al dan niet te sluiten; er is geen ruimte voor discussie over de inhoud. Voorbeelden zijn contracten voor telefoon, gas, water, elektriciteit, trein en tram [2](#page=2).
#### 1.1.5 Andere contracttypes
Het BW definieert ook andere contracttypes, zoals:
* Contracten onder bezwarende titel en ten kosteloze titel (art. 5.7 BW) [2](#page=2).
* Vergeldende en kanscontracten (art. 5.8 BW) [2](#page=2).
* Raamcontracten (art. 5.9 BW) [2](#page=2).
* Contracten met een consument (art. 5.11 BW) [2](#page=2).
* Meerpartijencontracten (art. 5.12 BW) [2](#page=2).
* Voorkeurscontracten (art. 5.24 BW) [2](#page=2).
* Optiecontracten (eenzijdige contractbelofte, art. 5.25 BW) [2](#page=2).
### 1.2 Totstandkoming van overeenkomsten
De totstandkoming van een overeenkomst verloopt doorgaans via een proces van aanbod en aanvaarding.
#### 1.2.1 Stadia van totstandkoming: aanbod en aanvaarding
* **Aanbod:** Aan een overeenkomst kunnen voorafgaand besprekingen en uitwisselingen van voorstellen plaatsvinden. Zolang deze voorstellen onprecies en onvolledig zijn, hebben ze geen juridische betekenis. Wanneer een voorstel alle onontbeerlijke elementen van de overeenkomst bevat, spreken we van een aanbod (art. 5.19 BW) [2](#page=2).
* **Juridisch belang van een aanbod:** De aanbieder bindt zich hiermee tot op zekere hoogte. Als de andere partij het aanbod eenvoudigweg aanvaardt, komt de overeenkomst definitief tot stand [2](#page=2).
* **Vormvereisten:** Voor aanbod en aanvaarding zijn, net als voor de overeenkomst zelf, geen vormvereisten nodig bij consensuele overeenkomsten [2](#page=2).
* **Aanvaarding:** De aanvaarding is de toestemming van de ene contractspartij, zonder voorbehoud, in het aanbod van de andere contractspartij (art. 5.20 BW) [2](#page=2).
* **Uitdrukkelijke aanvaarding:** Dit wordt meestal afgeleid uit een handtekening op een onderhandse akte [2](#page=2).
* **Stilzwijgende aanvaarding:** Deze kan worden afgeleid uit handelingen en gedragingen die met zekerheid op aanvaarding duiden. Louter stilzwijgen of niet reageren geldt niet als aanvaarding [2](#page=2).
> **Voorbeeld:** Als een firma ongevraagd goederen levert en stelt dat bij gebrek aan terugzending de consument geacht wordt te aanvaarden, kan het uitblijven van terugzending niet als aanvaarding worden beschouwd. Het ongevraagd bezorgen van goederen aan consumenten met een uitnodiging tot kosteloze terugzending is bovendien verboden (art. VI.108 WER) [2](#page=2).
* **Geldigheid van aanvaarding:** De aanvaarding is enkel geldig indien de partij bij haar aanvaarding het aanbod kende. Algemene bedingen die voor het eerst opduiken in een factuur of leveringsbon en de oorspronkelijke overeenkomst aanvullen of wijzigen, maken geen deel uit van de overeenkomst zelf, tenzij het tussen ondernemers onderling is, waar een minder strikte regeling geldt [2](#page=2).
#### 1.2.2 Onderhandelingsvrijheid en precontractuele aansprakelijkheid
* **Onderhandelingsvrijheid:** Voorstellen tijdens besprekingen die aan een overeenkomst voorafgaan, scheppen op zichzelf geen juridische verbintenissen. Partijen mogen in principe zonder juridische sanctie besprekingen afbreken of aanbiedingen afwijzen (art. 5.15 BW) [3](#page=3).
* **Precontractuele aansprakelijkheid:** Een belangrijke uitzondering op de onderhandelingsvrijheid is dat een partij het gewekte vertrouwen bij de wederpartij niet foutief mag beschamen, hetzij door opzet, hetzij door nalatigheid. Wanneer dit wel gebeurt, handelt men niet te goeder trouw (art. 5.15 BW) en is er sprake van een onrechtmatige daad en precontractuele aansprakelijkheid [3](#page=3).
> **Tip:** De beoordeling of het afbreken van onderhandelingen als een precontractuele fout moet worden beschouwd, is overgelaten aan de appreciatie van de rechter [3](#page=3).
> **Voorbeeld:** Je bent schuldig aan een precontractuele fout als je onderhandelingen voert met het uitsluitende doel om vertrouwelijke gegevens te ontfutselen [3](#page=3).
* **Informatieplicht tijdens onderhandelingen:** Tijdens onderhandelingen geldt een informatieplicht die bepaald wordt door de goede trouw en de redelijke verwachtingen van de partijen, rekening houdend met het voorwerp van de onderhandelingen en de hoedanigheid van de partijen (art. 5.16 BW). Belangrijke tekortkomingen op dit vlak kunnen leiden tot de nietigheid van het contract (art. 5.17 BW) [3](#page=3).
### 1.3 Geldigheidsvoorwaarden voor overeenkomsten
Voor de geldigheidsvoorwaarden van overeenkomsten wordt verwezen naar het deel over rechtshandelingen in het algemeen. De voorwaarden voor het bestaan van een rechtshandeling (wilsuiting, voorwerp, oorzaak), de bekwaamheid (zie hoger, 2.1.3) en de conformiteit met het imperatief recht zijn ook van toepassing op overeenkomsten (art. 5.27 BW). Overeenkomsten die niet voldoen aan deze geldigheidsvoorwaarden zijn, naargelang het geval, absoluut of relatief nietig [3](#page=3).
### 1.4 Interpretatie van overeenkomsten
Het interpreteren van een overeenkomst betekent het bepalen van de zin en de draagwijdte van de inhoud ervan. De rechter moet de overeenkomst interpreteren wanneer er een meningsverschil bestaat over de precieze betekenis. De feitenrechter interpreteert de overeenkomst vrij, zolang de interpretatie verenigbaar blijft met de bewoordingen van de overeenkomst [3](#page=3).
#### 1.4.1 Leidraden voor de rechter bij interpretatie
De rechter wordt bij de interpretatie van overeenkomsten geleid door wettelijke regels [3](#page=3):
* De gemeenschappelijke bedoeling van de partijen moet worden nagegaan, eerder dan de overeenkomst letterlijk te interpreteren (art. 5.64 BW) [3](#page=3).
* Afzonderlijke bedingen, zinsneden of woorden moeten worden geïnterpreteerd in het licht van de volledige overeenkomst (art. 5.65, 4° BW) [3](#page=3).
* Bij twijfel moet de overeenkomst worden uitgelegd in het voordeel van degene aan wie een verbintenis wordt opgelegd (art. 5.66, 3° BW) [3](#page=3).
* Bij toetredingscontracten geldt dit in het nadeel van wie het contract heeft opgesteld (art. 5.66, 1° BW) [3](#page=3).
* Bij consumentencontracten geldt dit in het voordeel van de consument (art. VI.37 WER) [3](#page=3).
* Bevrijdingsbedingen worden uitgelegd ten nadele van wie zich contractueel van een verbintenis wil ontheffen [3](#page=3).
---
# Geldigheidsvoorwaarden en interpretatie van overeenkomsten
Dit hoofdstuk behandelt de essentiële voorwaarden waaraan een overeenkomst moet voldoen om geldig te zijn en de methoden die rechters hanteren om de betekenis en reikwijdte van contractuele bepalingen te duiden, inclusief specifieke interpretatieregels.
### 2.1 Geldigheidsvoorwaarden voor overeenkomsten
Voor de geldigheid van overeenkomsten wordt verwezen naar de algemene geldigheidsvoorwaarden voor rechtshandelingen. Deze omvatten zowel de voorwaarden voor het bestaan van de rechtshandeling (wilsuiting, voorwerp, oorzaak) als de bekwaamheid van partijen en de conformiteit met dwingend recht. Overeenkomsten die niet aan deze voorwaarden voldoen, zijn afhankelijk van het geval absoluut of relatief nietig [3](#page=3).
### 2.2 Interpretatie van overeenkomsten
Het interpreteren van een overeenkomst houdt in dat de zin en de draagwijdte van de inhoud ervan worden bepaald. Wanneer er een geschil ontstaat over de precieze betekenis van een overeenkomst of delen ervan, is het aan de rechter om de overeenkomst te interpreteren. De feitenrechter geniet hierin een grote vrijheid, mits de interpretatie verenigbaar blijft met de letterlijke tekst van de overeenkomst [3](#page=3).
#### 2.2.1 Wettelijke leidraden voor interpretatie
De rechter wordt bij de interpretatie van overeenkomsten geleid door een aantal wettelijke regels [3](#page=3):
* **Gemeenschappelijke bedoeling boven letterlijke tekst:** De rechter dient primair de gemeenschappelijke bedoeling van de partijen te achterhalen, in plaats van de overeenkomst louter letterlijk te nemen. Dit wordt ook toegepast bij het aanvullen van leemtes in de overeenkomst [3](#page=3) [4](#page=4).
* **Contextuele interpretatie:** Afzonderlijke bepalingen, zinsneden of woorden moeten worden geïnterpreteerd in het licht van de volledige overeenkomst [3](#page=3).
* **Interpretatie bij twijfel:**
* In het algemeen geldt dat bij twijfel de overeenkomst wordt uitgelegd ten voordele van degene aan wie een verbintenis wordt opgelegd (de schuldenaar). Dit betekent dat de schuldenaar eerder minder dan meer lasten opgelegd krijgt [3](#page=3) [4](#page=4).
* Bij toetredingscontracten wordt de overeenkomst uitgelegd in het nadeel van degene die het contract heeft opgesteld [3](#page=3).
* Bij consumentencontracten geldt een interpretatie in het voordeel van de consument [3](#page=3).
* Bevrijdingsbedingen worden uitgelegd ten nadele van degene die zich contractueel van een verbintenis wil bevrijden [3](#page=3).
* **Gedrag van partijen:** De wijze waarop het contract feitelijk werd uitgevoerd vóór het ontstaan van de betwisting, wordt ook in aanmerking genomen bij de interpretatie [4](#page=4).
* **Specifieke consumentenbescherming:** In contractuele relaties tussen consumenten en professionele verkopers van producten of diensten, geldt altijd de interpretatie die het gunstigst is voor de consument [4](#page=4).
* **Aanvulling met gebruiken:** De rechter mag de overeenkomst aanvullen met algemene, plaatselijke of professionele gebruiken die gelden in de context van de betreffende overeenkomst. Partijen worden geacht deze gebruiken stilzwijgend te hebben willen toepassen, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald [4](#page=4).
> **Tip:** De kern van contractinterpretatie ligt in het achterhalen van de partijbedoeling. Wettelijke regels bieden een hiërarchie en specifieke aandachtspunten, met name ter bescherming van de zwakkere partij (bv. consumenten).
> **Voorbeeld:** Een bedrijf verkoopt software aan een consument. De algemene voorwaarden bevatten een bepaling die onduidelijk is over de garantieperiode. Volgens de interpretatieregels voor consumentencontracten zal de rechter de bepaling zo uitleggen dat de garantieperiode voor de consument zo lang mogelijk is.
### 2.3 Precontractuele aansprakelijkheid
Hoewel het afbreken van besprekingen of het niet aanvaarden van een aanbod in principe geen juridische sancties met zich meebrengt bestaat er een belangrijke uitzondering: een partij mag het vertrouwen dat zij bij de wederpartij heeft gewekt niet op foutieve wijze schaden, hetzij door opzet, hetzij door nalatigheid. Het schenden van dit principe, dat voortvloeit uit de goede trouw (artikel 5.15 BW), kan leiden tot precontractuele aansprakelijkheid wegens een onrechtmatige daad [3](#page=3).
De beoordeling of het afbreken van onderhandelingen een precontractuele fout vormt, is aan de rechter. Een voorbeeld hiervan is het voeren van onderhandelingen met het uitsluitende doel vertrouwelijke gegevens te ontfutselen [3](#page=3).
#### 2.3.1 Informatieplicht tijdens onderhandelingen
Tijdens onderhandelingen geldt een informatieplicht die wordt bepaald door de goede trouw en de redelijke verwachtingen van de partijen, rekening houdend met het voorwerp van de onderhandelingen en de hoedanigheid van de partijen (artikel 5.16 BW). Belangrijke tekortkomingen in deze informatieplicht kunnen leiden tot de nietigheid van het contract (artikel 5.17 BW) [3](#page=3).
---
# Tenietgaan van overeenkomsten
Het tenietgaan van overeenkomsten betreft het verdwijnen van de rechtsgrond voor alle verbintenissen die uit de overeenkomst voortvloeien, waardoor zowel de overeenkomst als de bijbehorende verbintenissen automatisch tenietgaan. Dit moet worden onderscheiden van het tenietgaan van verbintenissen op zich, wat kan gebeuren zonder dat de overeenkomst zelf eindigt. Dit hoofdstuk concentreert zich op de gronden voor het tenietgaan van de overeenkomst zelf [4](#page=4).
### A. Nietigverklaring
Nietigverklaring is de sanctie wanneer bij de totstandkoming van een contract één van de vijf geldigheidsvoorwaarden niet is voldaan. Dit sluit aan bij de algemene principes van nietigverklaring van rechtshandelingen [4](#page=4).
### B. Ontbinding
Ontbinding van een overeenkomst kan op verschillende manieren gebeuren [4](#page=4).
#### 1. Contractuele ontbinding
Partijen kunnen te allen tijde door wederzijdse toestemming een overeenkomst ontbinden. Dit omvat ook ontbinding die voortvloeit uit een ontbindend beding, waarbij partijen overeenkomen dat de overeenkomst automatisch ontbonden wordt bij een fout in de uitvoering of bij een andere omstandigheid [5](#page=5).
#### 2. Gerechtelijke ontbinding
De rechter kan op verzoek van één van de partijen een wederkerige overeenkomst ontbinden als sanctie voor niet-uitvoering of wanuitvoering door de andere partij [5](#page=5).
#### 3. Ontbinding door overmacht
Overmacht bevrijdt de schuldenaar van zijn verbintenis. Bij wederkerige overeenkomsten leidt overmacht tot de bevrijding van de wederpartij voor de uitvoering van haar verbintenis, waardoor de overeenkomst ontbonden is [4](#page=4) [5](#page=5).
> **Uitzondering bij eigendomsoverdracht vóór levering:** Als de levering van een goed onmogelijk wordt door overmacht in overeenkomsten waarbij de eigendom al is overgedragen vóór de levering (vooral bij verkoop), blijft de wederpartij (koper) tot wederprestatie gehouden, tenzij contractueel anders is afgesproken [5](#page=5).
### C. Eenzijdige opzegging
In principe kunnen overeenkomsten niet eenzijdig worden verbroken. Er zijn echter belangrijke wettelijke uitzonderingen [5](#page=5):
* **Overeenkomsten van onbepaalde duur:** Niemand kan eeuwig gebonden zijn door een overeenkomst. Daarom kunnen dergelijke overeenkomsten altijd eenzijdig worden opgezegd, mits de wettelijke of gebruikelijke opzeggingstermijnen in acht worden genomen (bijvoorbeeld bij arbeidsovereenkomsten en huurovereenkomsten van onbepaalde duur) [5](#page=5).
* **De aannemingsovereenkomst** (artikel 1780 BW) [5](#page=5).
* **De lastgeving** (artikel 2004 BW) [5](#page=5).
---
# Onrechtmatige daad en buitencontractuele aansprakelijkheid
Het aansprakelijkheidsrecht regelt wanneer schadelijke effecten aanleiding kunnen geven tot een verbintenis tot schadeherstel of vergoeding, buiten een voorafgaande contractuele relatie om [5](#page=5).
### 4.1 Algemene beginselen
In het maatschappelijk verkeer kunnen iemands handelingen ongunstige en schadelijke neveneffecten voor anderen veroorzaken. Niet elk schadelijk effect leidt echter tot schadevergoeding, omdat dit de activiteiten in de samenleving volledig zou blokkeren. Het veroorzaken van schade door een fout, een onrechtmatige daad, leidt in de regel tot de verplichting deze schade te vergoeden. Soms is men aansprakelijk zonder eigen fout, bijvoorbeeld voor schade veroorzaakt door een dier dat men onder zijn hoede heeft, of voor de fout van een werknemer [5](#page=5).
> **Tip:** Het is cruciaal om het onderscheid te begrijpen tussen situaties waarin aansprakelijkheid voortvloeit uit eigen schuld (foutaansprakelijkheid) en situaties waarin men toch aansprakelijk is ondanks het ontbreken van een eigen fout (risicoaansprakelijkheid of kwalitatieve aansprakelijkheid).
### 4.2 Wetgeving en toepassingsgebied
De aansprakelijkheden en schadevergoedingen buiten contractuele verhoudingen worden geregeld in Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek. Dit boek is getiteld "Buitencontractuele aansprakelijkheid". De regels in Boek 6 kunnen echter ook van toepassing zijn op contracten, tenzij de wet of het contract dit uitsluit. Foutaansprakelijkheid en contractuele aansprakelijkheid sluiten elkaar dus niet uit [6](#page=6).
> **Tip:** Hoewel Boek 6 "Buitencontractuele aansprakelijkheid" heet, is het belangrijk te onthouden dat de regels ervan ook relevant kunnen zijn binnen een contractuele context, mits geen uitsluiting is voorzien [6](#page=6).
#### 4.2.1 Karakter van de regels
De regels in Boek 6 zijn in de regel van aanvullend recht, wat betekent dat men ervan kan afwijken, tenzij de wet dit dwingend bepaalt. Deze aanvullende regels sluiten de toepassing van andere regels in het Burgerlijk Wetboek niet uit. De regels van Boek 6 zijn van toepassing op zowel private personen als op private en publieke rechtspersonen [6](#page=6).
> **Example:** Huurovereenkomsten van onbepaalde duur kunnen in beginsel steeds eenzijdig worden opgezegd, mits de wettelijke of gebruikelijke opzeggingstermijnen worden gerespecteerd. Dit is een wettelijke uitzondering op het principe van contractuele gebondenheid [5](#page=5).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Benoemde overeenkomsten | Dit zijn specifieke soorten overeenkomsten die door de wetgever zijn geregeld en vaak gedetailleerde bepalingen kennen, zoals koop, huur en lening. Ze besparen partijen de moeite om alle details zelf uit te werken. |
| Onbenoemde overeenkomsten | Overeenkomsten die niet specifiek in de wet zijn geregeld en dus geen wettelijk voorgeschreven typologie volgen. Op deze overeenkomsten zijn de algemene principes van het verbintenissenrecht van toepassing, tenzij de partijen zelf anders hebben bepaald. |
| Eenzijdige overeenkomsten | Een type overeenkomst waarbij slechts voor één partij verbintenissen ontstaan. Hoewel er slechts één partij zich verbindt, vereist het nog steeds de instemming van alle betrokkenen om als overeenkomst te gelden. |
| Wederkerige overeenkomsten | Overeenkomsten waarbij beide partijen zich over en weer en gelijktijdig tegenover elkaar verbinden. Typische voorbeelden zijn koop en huur, waarbij zowel de verkoper/verhuurder als de koper/huurder verplichtingen hebben. |
| Consensuele overeenkomsten | Dit zijn overeenkomsten die tot stand komen door een loutere wilsovereenstemming tussen de partijen, zonder dat er specifieke formele vereisten, zoals een geschrift, vervuld hoeven te worden. De wilsuiting is hierbij voldoende. |
| Vormelijke overeenkomsten | Bij deze overeenkomsten hangt niet alleen het bewijs, maar ook het bestaan van de overeenkomst af van het naleven van bepaalde wettelijke of contractuele vormvereisten, zoals het opmaken van een akte. |
| Zakelijke overeenkomsten | Overeenkomsten die pas rechtsgeldig tot stand komen door de feitelijke afgifte van de zaak waarop de overeenkomst betrekking heeft. Voorbeelden zijn bruikleen en bewaargeving. |
| Standaardovereenkomsten | Vooraf opgestelde contracten met standaardbedingen, bedoeld om een onbepaald aantal toekomstige rechtsverhoudingen te regelen. Deze worden vaak gebruikt in situaties met veel transacties, zoals verzekeringen. |
| Toetredingsovereenkomsten | Een specifiek type standaardovereenkomst waarbij één partij de inhoud volledig bepaalt en de andere partij enkel de keuze heeft om toe te treden of niet, zonder onderhandelingsmogelijkheid over de voorwaarden. |
| Aanbod | Een voorstel tot het sluiten van een overeenkomst, dat alle onontbeerlijke elementen ervan bevat. Een geldig aanbod bindt de aanbieder en kan, mits aanvaard, leiden tot het definitief tot stand komen van de overeenkomst. |
| Aanvaarding | De instemming, zonder voorbehoud, van de ene contractspartij met het aanbod van de andere contractspartij. Aanvaarding kan zowel uitdrukkelijk als stilzwijgend geschieden, mits het duidelijk op instemming wijst. |
| Precontractuele aansprakelijkheid | Aansprakelijkheid die kan ontstaan tijdens de onderhandelingsfase vóór het sluiten van een overeenkomst, indien een partij het door haar gewekte vertrouwen op een foutieve wijze beschamen. Dit kan leiden tot een verplichting tot schadevergoeding. |
| Nietigverklaring | Een sanctie die wordt toegepast op een overeenkomst die niet voldoet aan de wettelijke geldigheidsvoorwaarden op het moment van totstandkoming. De overeenkomst wordt geacht nooit te hebben bestaan. |
| Ontbinding | Het beëindigen van een overeenkomst, die kan voortvloeien uit wederzijdse toestemming van de partijen, een gerechtelijk bevel op verzoek van een partij, of door overmacht. Dit leidt tot het verdwijnen van de rechtsgrond voor de verbintenissen. |
| Eenmalige opzegging | Het eenzijdig beëindigen van een overeenkomst, wat in principe niet is toegestaan tenzij er wettelijke uitzonderingen gelden, zoals bij overeenkomsten van onbepaalde duur, aanneming, of lastgeving. |
| Onrechtmatige daad | Een handeling die, buiten een contractuele relatie, schade veroorzaakt bij een ander en leidt tot de verplichting deze schade te vergoeden. Dit vereist meestal een fout van de veroorzaker. |
| Buitencontractuele aansprakelijkheid | De rechtsfiguur die regelt wanneer schadelijke effecten van iemands handelingen aanleiding kunnen geven tot een verbintenis tot schadeherstel of vergoeding. Dit omvat situaties van foutaansprakelijkheid en aansprakelijkheid zonder eigen fout. |